Home

Parket bij de Hoge Raad, 16-07-2021, ECLI:NL:PHR:2021:724, 21/00168

Parket bij de Hoge Raad, 16-07-2021, ECLI:NL:PHR:2021:724, 21/00168

Gegevens

Instantie
Parket bij de Hoge Raad
Datum uitspraak
16 juli 2021
Datum publicatie
20 augustus 2021
ECLI
ECLI:NL:PHR:2021:724
Formele relaties
Zaaknummer
21/00168

Inhoudsindicatie

Prejudiciële vragen (art. 392 Rv). Is bij het boeken van accommodaties via een platform als dat van Airbnb sprake van bemiddeling (art. 7:425 BW)? Is het courtageverbod van art. 7:417 lid 4 BW, op grond waarvan de tussenpersoon in voorkomend geval geen recht heeft op loon jegens de huurder, van toepassing op kortetermijnverhuur van vakantieaccommodaties? Handelt Airbnb in strijd met Richtlijn 93/13/EEG betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten? Is sprake van een oneerlijke handelspraktijk (art. 6:193b BW)?

Conclusie

PROCUREUR-GENERAAL

BIJ DE

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

Nummer 21/00168

Zitting 16 juli 2021

CONCLUSIE OP PREJUDICIËLE VRAGEN

B.J. Drijber

In de zaak van

[verzoekster] , advocaat in de prejudiciële procedure: mr. T.T. van Zanten en mr. I.M.A. Lintel

tegen

AIRBNB Ireland UC, advocaat in de prejudiciële procedure: mr. T. Cohen Jehoram

INHOUDSOPGAVE

1 Feiten en procesverloop

2 Algemeen kader: het verbod van tweezijdige courtageberekening

A. Lastgeving en belangenconflicten (art. 7:414 e.v. BW)

B. Bemiddeling en belangenconflicten (art. 7:425 e.v. BW)

C. Het verbod van tweezijdige courtageberekening (art. 7:417 lid 4 BW)

D. Totstandkomingsgeschiedenis van het verbod van tweezijdige courtageberekening

D.1 Aanleiding voor het verbod

D.2 Afbakening van het verbod

D.3 Vormgeving als algemene regel van consumentenbescherming

E. Wet dubbele bemiddelingskosten: uitbreiding van het verbod

F. Rechtsgevolgen van de schending van het verbod

G. Toepasselijkheid van het verbod op bemiddeling via websites (Duinzigt)

H. Toepasselijkheid van het verbod op bemiddeling via online platforms (Booking.com)

3 Bespreking van de prejudiciële vragen

A. Geldt het verbod van tweezijdige courtageberekening voor Airbnb? (vragen 1-3)

A.1 Inleidende opmerkingen

A.2 Geldt het verbod ook bij kortdurende huur? (vraag 1)

A.3 Is Airbnb bemiddelaar in de zin van art. 7:425 BW? (vraag 2)

A.4 Welke omstandigheden zijn voor kwalificatie bemiddelaar van belang? (vraag 3)

B. Is toepassing van het verbod in strijd met het Unierecht?

B.1 Inleidende opmerkingen

B.2 E-commercerichtlijn

B.3 Dienstenrichtlijn

B.4 Vrij verkeer van diensten (art. 56 VWEU)

C. Wat zijn de rechtsgevolgen van het verbod? (vragen 4-6)

C.1 Is het courtagebeding nietig of vernietigbaar? (vraag 4)

C.2 Welke verjaringstermijn is toepasselijk en wanneer vangt die aan? (vraag 5)

C.3 Moeten huurders een vergoeding betalen voor gebruik Airbnb-platform? (vraag 6)

D. Is tweezijdige courtageberekening door Airbnb verenigbaar met het Unierecht? (vragen 7-9)

D.1 Inleidende opmerkingen

D.2 Oneerlijk beding in consumentenovereenkomsten? (vraag 7)

D.3 Oneerlijke handelspraktijk? (vraag 8)

D.4 Van welke omstandigheden hangt het antwoord op vraag 7 en 8 af? (vraag 9)

4 Samenvatting

5 Conclusie

1 Feiten en procesverloop

8. Terms specific for Guests

2 Algemeen kader: het verbod van tweezijdige courtageberekening

3 Bespreking van de prejudiciële vragen

4 Samenvatting

5 Conclusie