Aan de consulaire ambtenaren, bij algemene maatregel van rijksbestuur aan te wijzen, wordt toegekend:
de bevoegdheid tot het opmaken van akten van de burgerlijke stand,
de bevoegdheid tot het opmaken van andere burgerlijke akten,
de bevoegdheid tot het verrichten van bepaalde handelingen van vrijwillige rechtspraak in burgerlijke zaken, in Nederland aan kantonrechters en in de landen Aruba, Curaçao of Sint Maarten of in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba aan leden van het gerecht in eerste aanleg opgedragen.