oorlogsschepen,
Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting
Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting
Opschrift
Aanhef
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is met het oog op een bestendige ontwikkeling van de Nederlandse zeescheepvaart wettelijke bepalingen vast te stellen inzake de nationaliteit van zeeschepen in Nederlandse rompbevrachting die buiten Nederland in een eigenaarsregister van zeeschepen teboekstaan;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Hoofdstuk I. Begripsbepalingen
Artikel 1
In deze wet wordt verstaan onder:
zeeschepen: schepen die blijkens hun constructie uitsluitend of in hoofdzaak voor drijven in zee zijn bestemd, met uitzondering van:
- 1°.
- 2°.
reddingsschepen, en
- 3°.
zeevissersschepen;
- 1°.
rompbevrachting: de overeenkomst, waarbij de ene partij, de rompvervrachter, zich verbindt een zeeschip zonder bemanning voor een bepaalde tijd ter beschikking te stellen van haar wederpartij, de rompbevrachter, zonder daarover nog enige zeggenschap te houden, en de rompbevrachter het schip exploiteert;
Onze Minister: Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;
buiten Nederland te boek staan: buiten Nederland te boek staan in een register soortgelijk aan de openbare registers, bedoeld in afdeling 2 van titel 1 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek;
notaris: een in Nederland gevestigde notaris.