Home

Warenwetbesluit Zuivel

Geldig vanaf 22 december 2016
Geldig vanaf 22 december 2016

Warenwetbesluit Zuivel

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 22-12-2016]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van 11 mei 1994, nr DGVgz/VVP/L 94916, gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Gelet op Verordening (EEG) nr 1411/71 van de Raad van 29 juni 1971 houdende aanvullende voorschriften voor de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelprodukten met betrekking tot melk bestemd voor menselijke consumptie (PbEG L 148);

op Verordening (EEG) nr 1898/87 van de Raad van 2 juli 1987 betreffende de bescherming van de benaming van melk en zuivelprodukten bij het in de handel brengen (PbEG L 182);

op Richtlijn nr 76/118/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 18 december 1975 houdende onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten betreffende bepaalde voor menselijke voeding bestemde geheel of gedeeltelijk gedehydrateerde verduurzaamde melk (PbEG L 24);

op Richtlijn nr 79/1067/EEG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 13 november 1979 tot vaststelling van communautaire analyse-methoden voor de controle van bepaalde voor menselijke voeding bestemde geheel of gedeeltelijk gedehydrateerde verduurzaamde melk (PbEG L 327);

op Richtlijn nr 83/417/EEG van de Raad van 25 juli 1983 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten inzake bepaalde voor menselijke voeding bestemde melkeiwitten (caseïne en caseïnaten) (PbEG L 237);

op Richtlijn nr 85/503/EEG van de Commissie van 25 oktober 1985 betreffende analysemethoden inzake voor menselijke voeding bestemde caseïnen en caseïnaten (PbEG L 308);

op Richtlijn nr 92/46/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van rauwe melk, warmtebehandelde melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268);

op Richtlijn nr 92/47/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 houdende vaststelling van de voorschriften voor het toestaan van tijdelijke en beperkte afwijkingen op de specifieke communautaire gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268);

op artikel II van de Wijzigingswet 1988 Warenwet jo. de artikelen 14, 14a, 15, 16 en 16a van de Warenwet (Stb. 1935, 793);

alsmede op artikel 1, vierde lid, artikel 4, eerste lid, artikel 5, eerste lid, onder a en b, en zesde lid, artikel 6, onder d, artikel 8, onder a, b, c en d, artikel 9, onder b, en de artikelen 12, 13 en 14 van de Warenwet (Stb. 1988, 360);

Gezien het advies van de Adviescommissie Warenwet van 8 april 1994 met nummer 14 721/(21)5;

De Raad van State gehoord (advies van 1 augustus 1994, no. W13.94.0306);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 14 oktober 1994 met nummer DGVgz/VVP/L 942092, uitgebracht in overeenstemming met Onze Ministers van Economische Zaken en van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Hebben goedgevonden en verstaan:

§ 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  1. Richtlijn 2001/114/EG: richtlijn van de Raad van de Europese Unie van 20 december 2001 inzake bepaalde voor menselijke voeding bestemde, geheel of gedeeltelijk gedehydrateerde verduurzaamde melk (PbEG 2002, L 15);

  2. Richtlijn 79/1067/EEG: Richtlijn nr 79/1067/EEG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 13 november 1979 tot vaststelling van communautaire analyse-methoden voor de controle van bepaalde voor menselijke voeding bestemde geheel of gedeeltelijk gedehydrateerde verduurzaamde melk (PbEG L 327);

  3. Richtlijn 2015/2203: Richtlijn (EU) 2015/2203 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten met betrekking tot voor menselijke voeding bestemde caseïne en caseïnaten en tot intrekking van Richtlijn 83/417/EEG van de Raad (PbEU 2015, L 314);

  4. Richtlijn 85/503/EEG: Richtlijn nr 85/503/EEG van de Commissie van 25 oktober 1985 betreffende analysemethoden inzake voor menselijke voeding bestemde caseïnen en caseïnaten (PbEG L 308);

  5. Richtlijn 92/46/EEG: Richtlijn nr 92/46/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van rauwe melk, warmtebehandelde melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268);

  6. Richtlijn 92/47/EEG: Richtlijn nr 92/47/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 houdende vaststelling van de voorschriften voor het toestaan van tijdelijke en beperkte afwijkingen op de specifieke communautaire gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268);

  7. koemelk: het door het melken van één of meer koeien verkregen produkt, zonder dat daaraan stoffen worden toegevoegd of onttrokken;

  8. rauwe melk: melk die is afgescheiden door de melkklier van een of meer koeien, ooien, geiten of buffelkoeien, die niet is verwarmd tot boven 40°C en die evenmin een behandeling met een gelijkwaardig effect heeft ondergaan;

  9. thermisatie: verhitting van rauwe melk tot een temperatuur tussen 57°C en 68°C, zodanig dat de melk na deze behandeling positief blijft reageren op de fosfatase-test;

  10. warmtebehandeling: elke behandeling door verhitting die, onmiddellijk na de toepassing ervan, een negatieve reactie bij de fosfatase-test tot gevolg heeft;

  11. melk bestemd voor de bereiding van produkten op basis van melk:

    1. 1°.

      rauwe melk bestemd voor verwerking;

    2. 2°.

      vloeibare of bevroren melk, verkregen uit rauwe melk die al dan niet een toegestane fysische behandeling, zoals een warmtebehandeling of een thermisatie, heeft ondergaan en waarvan de samenstelling al dan niet is gewijzigd, mits deze wijziging beperkt blijft tot het toevoegen of het onttrekken van natuurlijke melkbestanddelen;

  12. warmtebehandelde consumptiemelk:

    1. 1°.

      voor verkoop aan een eindverbruiker en aan instellingen bestemde consumptiemelk die uit rauwe melk is verkregen door een warmtebehandeling en die wordt aangeboden als gepasteuriseerde melk, UHT-melk, gesteriliseerde melk of hooggepasteuriseerde melk;

    2. 2°.

      door pasteurisatie behandelde melk voor bulk-verkoop op verzoek van de individuele eindverbruiker;

  13. produkten op basis van melk:

    1. 1°.

      zuivelprodukten, dat wil zeggen produkten die uitsluitend zijn verkregen uit rauwe melk, met dien verstande dat stoffen die voor de bereiding ervan noodzakelijk zijn, mogen worden toegevoegd, mits deze stoffen niet worden gebruikt voor de volledige of gedeeltelijke vervanging van één van de bestanddelen van de melk;

    2. 2°.

      samengestelde zuivelprodukten, dat wil zeggen produkten waarvan geen enkel element in de plaats komt van een melkbestanddeel of bedoeld is om daarvoor in de plaats te komen en waarvan de melk of een zuivelprodukt een essentieel bestanddeel is, hetzij door de hoeveelheid, hetzij omdat het effect kenmerkend is voor deze produkten;

  14. micro-organismen van yoghurt-cultuur: micro-organismen van de soorten Lactobacillus del-brueckii ssp. bulgaricus en Streptococcus thermophilus;

  15. Conventie van Stresa: de internationale overeenkomst nopens het gebruik van aanduidingen van herkomst en benamingen van kaassoorten, tot stand gekomen te Stresa op 1 juni 1951 (Trb. 1952, 61)

  16. kaasstandaarden: internationale kaasstandaarden, opgesteld:

    1. 1°.

      in het kader van de "FAO/WHO Code of Principles concerning Milk and Milk Products"; of

    2. 2°.

      krachtens de Conventie van Stresa;

    vermeld in bijlage II;

  17. melkveehouder: degene die bedrijfsmatig melkkoeien houdt, voor eigen rekening of voor rekening van anderen;

  18. verordening (EG) 1333/2008: verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (PbEU L 354).

Artikel 2

1.

Het is verboden te handelen in strijd met de eisen gesteld bij de artikelen 2 tot en met 5, en gesteld krachtens artikel 7, tweede lid, van verordening (EG) nr. 2597/97 van de Raad van 18 december 1997 houdende aanvullende voorschriften voor de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten met betrekking tot consumptiemelk (PbEG L 351).

2.

Het is verboden te handelen in strijd met de eisen, gesteld bij of krachtens de artikelen 2, 3, en 4, tweede lid, onder a, van verordening (EG) nr. 1898/87 van de Raad van 2 juli 1987 betreffende de bescherming van de benaming van melk en zuivelprodukten bij het in de handel brengen (PbEG L 182). .

3.

Het is verboden de in dit besluit bedoelde waren te bereiden, te verhandelen, te verwerken of te bezigen, die niet voldoen aan de eisen bij of krachtens dit besluit gesteld met betrekking tot hun samenstelling, hoedanigheid of eigenschappen.

4.

Het is verboden de in dit besluit bedoelde waren te bereiden, te behandelen, te verwerken, te verpakken, te bewaren of te vervoeren, anders dan met inachtneming van daaromtrent bij of krachtens dit besluit gestelde voorschriften.

5.

Het is verboden de in dit besluit bedoelde waren te verhandelen, met betrekking tot welke in afwijking van de in het vierde lid bedoelde voorschriften is gehandeld.

6.

Het is verboden de in dit besluit bedoelde waren ten aanzien waarvan krachtens dit besluit een verpakking is voorgeschreven, te verhandelen anders dan in een verpakking, dan wel zodanige waren te verhandelen in verpakkingen die niet voldoen aan de daaromtrent krachtens dit besluit gestelde eisen.

7.

Het is verboden de in dit besluit bedoelde waren te verhandelen anders dan met inachtneming van de voorschriften, bij of krachtens dit besluit gesteld met betrekking tot hun aanduiding.

8.

Het is verboden met gebruikmaking van de bij of krachtens dit besluit aangegeven - of daarop gelijkende - aanduidingen andere waren te verhandelen dan die waaraan die aanduidingen bij of krachtens dit besluit zijn voorbehouden.

9.

Het is verboden de in dit besluit bedoelde waren te verhandelen anders dan met inachtneming van de voorschriften, bij of krachtens dit besluit gesteld met betrekking tot het bezigen van vermeldingen.

10.

Het is verboden de in dit besluit bedoelde waren te verhandelen anders dan in verpakkingen die aan de daaromtrent krachtens dit besluit gestelde eisen voldoen.

11.

Het is verboden de in dit besluit bedoelde waren binnen Nederlands grondgebied te brengen, anders dan met inachtneming van de ter zake krachtens dit besluit gestelde voorschriften.

§ 2. Rauwe melk, bestemd voor directe aflevering aan particulieren

Artikel 3 [Vervallen per 01-01-2006]

§ 3. Uitvoering EEG-richtlijnen

Artikel 4

§ 3a. uitvoering EG-verordeningen

Artikel 4a [Vervallen per 24-06-1998]

§ 4. Stremsel bij de bereiding van kaas en kwark

Artikel 5

§ 5. Etikettering van produkten op basis van melk

Artikel 6 [Vervallen per 01-12-1999]

Artikel 7

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 12a

Artikel 13

Artikel 14

Artikel 15

Artikel 16

§ 6. De aanduidingen halfvol en mager bij vloeibare of dikvloeibare produkten op basis van melk

Artikel 17

§ 7. Slotbepalingen

Artikel 18

Artikel 19

Artikel 20

Artikel 21

Artikel 22

Bijlage Deze bijlage behoort bij artikel 9, tweede lid , en 10, tweede lid .