Warenwetregeling Verontreinigingen in levensmiddelen
Warenwetregeling Verontreinigingen in levensmiddelen
Opschrift
Aanhef
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
Gelet op: artikel 2 van verordening (EEG) nr. 737/90 van de Raad van de Europese Unie van 22 maart 1990 betreffende de voorwaarden voor de invoer van landbouwproducten van oorsprong uit derde landen ingevolge het ongeluk in de kerncentrale van Tsjernobyl (PbEG L 82), artikel 2, tweede lid, van verordening (EG) nr. 194/97 van de Commissie van 31 januari 1997 tot vaststelling van maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen (PbEG L 31), richtlijn nr. 98/53/EG van de Commissie van 16 juli 1998 tot vaststelling van bemonsteringswijzen en analysemethoden voor de officiële controle op de maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen (PbEG L 201), artikel 12, derde lid, en 13, van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen, alsmede artikel 1 van het Residubesluit;
Besluit:
Artikel 1
In deze regeling wordt verstaan onder:
Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1158: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1158 van de Commissie van 5 augustus 2020 betreffende de voorwaarden voor de invoer van levensmiddelen en diervoerders van oorsprong uit derde landen ingevolge het ongeluk in de kerncentrale van Tsjernobyl (PbEU 2020, L 257);
kruidenpreparaat: kruidenpreparaat, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten.