Verordening overdracht protocol
Verordening overdracht protocol
Opschrift
Aanhef
De ledenraad van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie KNB;
Overwegende dat het gewenst is beroeps- en gedragsregels vast te stellen;
Gelet op artikel 61 lid 2 van de Wet op het notarisambt;
Gezien het ontwerp van het bestuur met bijbehorende toelichting;
Gelet op de adviezen van de kamers van toezicht;
Gelet op de adviezen van de ringen;
stelt de navolgende verordening vast:
Artikel 1
In deze verordening wordt verstaan onder
protocolhouder de notaris dan wel na defungeren de gedefungeerde notaris, of diens rechtverkrijgenden of rechtsvertegenwoordiger(s), dan wel de waarnemer benoemd in de gevallen van artikel 28 onderdelen c, d en e Wet op het notarisambt waarbij een overdracht heeft plaatsgevonden;
protocolontvanger: de notaris die op grond van artikel 15 lid 1 Wet op het notarisambt is aangewezen het protocol en de overige notariële bescheiden over te nemen indien een notaris overlijdt, defungeert of zich vestigt buiten net arrondissement waarin zijn plaats van vestiging is gelegen, de notaris voor wie is waargenomen na beëindiging van de waarneming als bedoeld in artikel 28 onderdeel c indien daarbij een overdracht heeft plaatsgevonden, dan wel de waarnemer benoemd in de gevallen van artikel 28 onderdelen c. d en e Wet op het notarisambt aan wie een overdracht moet plaatsvinden;
overdracht: de overdracht en de overname van het protocol en van de overige notariële bescheiden in de zin van artikel 15 lid 1 en artikel 29 lid 10 Wet op het notarisambt.