Home

Besluit verwisseling en intrekking van bankbiljetten

Geldig vanaf 28 januari 2002
Geldig vanaf 28 januari 2002

Besluit verwisseling en intrekking van bankbiljetten

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 28-01-2002]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 2 augustus 2001, Generale Thesaurie, Directie Financiële Markten, FM 2001-01255M, Centrale Directie Wetgeving, Juridische en Bestuurlijke Zaken;

Gelet op artikel 106 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap;

Gelet op de artikelen 3 en 4 van het Besluit van de Europese Centrale Bank van 30 augustus 2001 betreffende de denominaties, specificaties, reproductie, vervanging en het uit circulatie nemen van eurobankbiljetten (ECB/2001/7);

Gelet op artikel 27, derde en vierde lid, van de Bankwet 1998;

De Europese Centrale Bank gehoord (advies van 19 september 2001, CON/2001/26);

De Raad van State gehoord (advies van 25 oktober 2001, no.W06.01.0424/IV);

Gezien het nader rapport van de Minister van Financiën van 30 november 2001 , Generale Thesaurie, Directie Financiële Markten, FM2001-1949M, Centrale Directie Wetgeving, Juridische en Bestuurlijke Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk 1. Bankbiljetten luidend in guldens

Artikel 1

Bankbiljetten luidend in guldens zijn op de tijden dat de kantoren van De Nederlandsche Bank N.V. voor het publiek zijn open gesteld bij die kantoren verwisselbaar.

Artikel 2

Wegens verlies of gehele of gedeeltelijke vernietiging van bankbiljetten luidend in guldens behoeft door De Nederlandsche Bank N.V. geen vergoeding te worden verleend.

Artikel 3

Artikel 4

Hoofdstuk 2. Bankbiljetten luidend in euro's

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Hoofdstuk 3. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 11