wet: Mijnbouwwet;
Mijnbouwbesluit
Mijnbouwbesluit
Opschrift
Aanhef
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 30 augustus 2002, nr. WJZ 02042889;
Gelet op bijlage 14, deel II, bij het op 7 december 1944 te Chicago tot stand gekomen Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart (Stb. 1947, 165), het op 30 november 1990 te Londen tot stand gekomen Internationaal Verdrag inzake de voorbereiding op, de bestrijding van en de samenwerking bij olieverontreiniging (Trb. 1992, 1), het op 22 september 1992 te Parijs tot stand gekomen Verdrag inzake de bescherming van het mariene milieu in het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (Trb. 1993, 141), het op 2 november 1973 te Londen tot stand gekomen Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen (Trb. 1978, 188), de artikelen 1, onderdelen n en o, 19, 25, 35, derde lid, 39, 41, eerste lid, 43, tweede lid, 49, 52, eerste lid, 123, vijfde lid, 130, 135, vierde lid, onderdeel a, vijfde en zevende lid, 136, eerste lid, 139, tweede lid, 141, tweede lid, 151 en 190 van de Mijnbouwwet, alsmede artikel 99, tweede lid, van de Wet bodembescherming;
De Raad van State gehoord (advies van 22 oktober 2002, nr. W10.02.0387/II);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 3 december 2002, nr. WJZ 02057343;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Hoofdstuk 1. Algemeen
§ 1.1. Begripsbepalingen
Artikel 1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- a.
- b.
schade: aantasting van de in artikel 49, tweede en derde lid, van de wet bedoelde belangen;
- c.
mijnbouwactiviteiten: activiteiten waarop artikel 49, eerste en vijfde lid, van de wet van toepassing is;
- d.
de uitvoerder: de in artikel 41, vierde lid, van de wet bedoelde persoon;
- e.
veiligheid: veiligheid van personen en bescherming van zaken, voor zover hieromtrent geen regels zijn gesteld bij of krachtens de Arbeidsomstandighedenwet;
- f.
inspecteur-generaal der mijnen: inspecteur-generaal der mijnen als bedoeld in artikel 126, tweede lid, van de wet;
- g.
veiligheids- en milieukritische elementen: onderdelen van een installatie, met inbegrip van computerprogramma’s, die tot doel hebben zware ongevallen te voorkomen of de gevolgen ervan te beperken, of waarvan het uitvallen een zwaar ongeval zou kunnen veroorzaken of substantieel zou kunnen bijdragen tot het ontstaan van een zwaar ongeval;
- g.
brijn: water met een verhoogde mineralenconcentratie dat overblijft na de onttrekking van water aan gewonnen brak grondwater;
- h.
Kustwacht: een door Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat en Onze Minister van Defensie opgerichte organisatie die door deze ministers als Kustwacht is aangeduid;
- i.
Kustwachtcentrum: het voor de uitvoering van kustwachttaken opgerichte coördinatiecentrum en maritiem informatieknooppunt ten behoeve van het doel van de Kustwacht;
- j.
stimuleren: het bewerken van een voorkomen om de productiviteit of injectiviteit te verbeteren.