Home

Uitvoeringswet verordening Europese vennootschap

Geldig vanaf 1 september 2017
Geldig vanaf 1 september 2017

Uitvoeringswet verordening Europese vennootschap

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-09-2017]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat Verordening (EG) 2157/2001 van de Raad van de Europese Unie van 8 oktober 2001 betreffende het statuut van de Europese vennootschap (SE) (PbEG L 294) moet worden uitgevoerd;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

Voor de toepassing van de artikelen 2 tot en met 22 van deze wet wordt onder «Verordening» verstaan de Verordening (EG) nr. 2157/2001 van de Raad van de Europese Unie van 8 oktober 2001 betreffende het statuut van de Europese vennootschap (SE) (PbEG L 294).

Artikel 2

Een vennootschap in de zin van artikel 2, vijfde lid, van de Verordening kan deelnemen aan de oprichting van een Europese naamloze vennootschap met statutaire zetel in Nederland.

Artikel 3

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 13

Artikel 14

Artikel 15

Artikel 16

Artikel 17

Artikel 18

Artikel 19

Artikel 20

Artikel 21

Artikel 22

Hoofdstuk 2. Wijziging van andere wetten

Artikel 23

Artikel 24

Artikel 25

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 26

Artikel 27