Besluit reis-, verblijf-, en verhuiskosten politie
Besluit reis-, verblijf-, en verhuiskosten politie
Opschrift
Aanhef
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 30 mei 2008, nummer 2008-0000229974, directoraat-generaal Veiligheid, directie Politie, afdeling Arbeidsvoorwaardenbeleid;
Gelet op artikel 50, eerste lid, van de Politiewet 1993;
De Raad van State gehoord (advies van 18 juni 2008, nr. W04.08.0203/I);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 19 juni 2008, nr. 2008-0000278080, directoraat-generaal Veiligheid, directie Politie, afdeling Arbeidsvoorwaardenbeleid;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Hoofdstuk I. Algemene bepalingen
Artikel 1. Definities
In dit besluit wordt verstaan onder:
ambtenaar: de ambtenaar, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie met uitzondering van de vrijwillige ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de politie, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van dat besluit;
ambtenaar in opleiding: de ambtenaar in opleiding, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie;
aspirant: de aspirant, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie;
bevoegd gezag: het bevoegd gezag, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie;
Onze Minister: Onze Minister van Justitie en Veiligheid;
plaats van tewerkstelling: de plaats van tewerkstelling, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie.