Diplomatieke vrijstellingen van omzetbelasting, accijns, belasting op personenauto's en motorrijwielen, motorrijtuigenbelasting, overdrachtsbelasting, regulerende energiebelasting en belasting op leidingwater
Diplomatieke vrijstellingen van omzetbelasting, accijns, belasting op personenauto's en motorrijwielen, motorrijtuigenbelasting, overdrachtsbelasting, regulerende energiebelasting en belasting op leidingwater
Besluit IFZ2002/1208M
- Opvolgende besluiten
- 2022-166914
- Versies van huidig besluit
Opschrift
2. Inleiding
In de artikelen 32 tot en met 39 van de Uitvoeringsregeling Algemene wet inzake rijksbelastingen 1994 (hierna te noemen: de Regeling) is een aantal belastingvrijstellingen neergelegd voor ambassades, consulaten, internationale organisaties, buitenlandse NAVO-strijdkrachten, militaire begraafplaatsen en bepaalde personeelsleden daarvan. Deze vrijstellingen zijn gebaseerd op artikel 39 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.
Per 1 januari 2002 zijn in de Regeling onder andere enkele inhoudelijke en procedurele wijzigingen aangebracht met betrekking tot de vrijstelling van omzetbelasting, motorrijtuigenbelasting en van belasting van personenauto's en motorrijwielen. De inwerkingtreding is gefaseerd gegaan: de wijzigingen die per 1 januari 2002 in werking zijn getreden zijn vanaf 1 juli 2002 van toepassing, dit laatste opdat alle betrokkenen de gelegenheid zouden hebben kennis te nemen van de wijzigingen, terwijl de wijzigingen in artikel 33 per 1 januari 2003 in werking zijn getreden.
In dit besluit, dat dient ter vervanging van de per 1 juli 2002 ingetrokken Resolutie van 23 juni 1995, nr. IFZ95/831M, wordt ingegaan op de algemene voorwaarden voor diplomatieke vrijstelling (daaronder begrepen consulaire vrijstelling) zoals neergelegd in de Regeling, alsmede op een aantal andere van belang zijnde aspecten van de diplomatieke vrijstellingen. Verder worden de diplomatieke vrijstellingen van de diverse verbruiksbelastingen toegelicht.
De diplomatieke vrijstellingen van inkomstenbelasting, loonbelasting en vermogensbelasting worden opgenomen in een apart beleidsbesluit.