Home

Verordening (EU) nr. 609/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 inzake voor zuigelingen en peuters bedoelde levensmiddelen, voeding voor medisch gebruik en de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing, en tot intrekking van Richtlijn 92/52/EEG van de Raad, Richtlijnen 96/8/EG, 1999/21/EG, 2006/125/EG en 2006/141/EG van de Commissie, Richtlijn 2009/39/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 41/2009 en (EG) nr. 953/2009 van de Commissie (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst

Verordening (EU) nr. 609/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 inzake voor zuigelingen en peuters bedoelde levensmiddelen, voeding voor medisch gebruik en de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing, en tot intrekking van Richtlijn 92/52/EEG van de Raad, Richtlijnen 96/8/EG, 1999/21/EG, 2006/125/EG en 2006/141/EG van de Commissie, Richtlijn 2009/39/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 41/2009 en (EG) nr. 953/2009 van de Commissie (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Onderwerp

1.

In deze verordening worden samenstellings- en informatievoorschriften vastgesteld voor de volgende categorieën levensmiddelen:

  1. volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding;

  2. bewerkte levensmiddelen op basis van granen en babyvoeding;

  3. voeding voor medisch gebruik;

  4. de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing.

2.

Bij deze verordening wordt een Unielijst vastgesteld van stoffen die aan een of meer van de in lid 1 bedoelde categorieën levensmiddelen mogen worden toegevoegd, en worden de regels vastgesteld die van toepassing zijn voor de actualisering van die lijst.

Artikel 2 Definities

1.

Voor de uitvoering van deze verordening zijn de volgende definities van toepassing:

  1. de definities van „levensmiddel”, „exploitant van het levensmiddelenbedrijf”, „detailhandel” en „in de handel brengen”, respectievelijk vastgesteld in artikel 2 en artikel 3, punten 3), 7) en 8), van Verordening (EG) nr. 178/2002;

  2. de definities van „voorverpakt levensmiddel”, „etikettering”, en „technisch vervaardigd nanomateriaal”, vastgesteld in respectievelijk artikel 2, lid 2, punt e), punt j), en punt t), van Verordening (EU) nr. 1169/2011;

  3. de definities van „voedingsclaim” en „gezondheidsclaim”, vastgesteld in respectievelijk artikel 2, lid 2, punten 4 en 5, van Verordening (EG) nr. 1924/2006.

2.

Verder wordt verstaan onder:

a) „zuigelingen” :
kinderen jonger dan twaalf maanden;
b) „peuters” :
kinderen tussen één en drie jaar;
c) „volledige zuigelingenvoeding” :
levensmiddelen die bestemd zijn om in de eerste levensmaanden door zuigelingen te worden genuttigd en die zolang nog geen passende aanvullende voeding wordt gegeven, volledig aan de voedingsbehoeften van deze zuigelingen voldoen;
d) „opvolgzuigelingenvoeding” :
levensmiddelen die bestemd zijn om door zuigelingen te worden genuttigd wanneer passende aanvullende voeding wordt gegeven en die het belangrijkste vloeibare bestanddeel vormen van de steeds gevarieerder wordende voeding van deze zuigelingen;
e) „bewerkte levensmiddelen op basis van granen” :

voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen:

  1. die in de specifieke behoeften voorzien van in goede gezondheid verkerende zuigelingen tijdens de periode waarin zij worden gespeend, en van in goede gezondheid verkerende peuters om hun voeding aan te vullen en/of om hen geleidelijk aan gewone voedsel te laten wennen, en

  2. die tot een van de volgende categorieën behoren:

    • eenvoudige graanproducten die met melk of met andere daarvoor in aanmerking komende vloeibare levensmiddelen worden of moeten worden aangemaakt,

    • graanproducten met daaraan toegevoegd een eiwitrijk levensmiddel, die met water of een andere, geen eiwit bevattende vloeistof worden of moeten worden aangemaakt,

    • deegwaren die vóór nuttiging in kokend water of een andere geschikte vloeistof moeten worden bereid,

    • beschuiten en biscuits die rechtstreeks worden genuttigd of eerst worden verkruimeld en daarna met water, melk of een andere geschikte vloeistof moeten worden vermengd;

f) „babyvoeding” :

voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen die in de specifieke behoeften voorzien van in goede gezondheid verkerende zuigelingen tijdens de periode waarin zij worden gespeend, en van in goede gezondheid verkerende peuters om hun voeding aan te vullen en/of om hen geleidelijk aan gewone voedsel te laten wennen, met uitzondering van:

  1. bewerkte levensmiddelen op basis van granen, en

  2. op melk gebaseerde dranken en soortgelijke producten bestemd voor peuters;

g) „voeding voor medisch gebruik” :
speciaal bewerkte of samengestelde levensmiddelen die door patiënten, met inbegrip van zuigelingen, als dieetvoeding onder medisch toezicht moeten worden gebruikt; zij zijn bestemd voor de volledige of gedeeltelijke voeding van patiënten die een beperkt, aangetast of verstoord vermogen hebben om gewone levensmiddelen, bepaalde nutriënten daarin of metabolieten in te nemen, te verteren, te absorberen, te metaboliseren of uit te scheiden, of die andere medisch bepaalde behoeften aan nutriënten hebben, voor de behandeling waarvan niet louter met wijziging van het normale voedingspatroon kan worden volstaan;
h) „de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing” :
levensmiddelen die speciaal zijn samengesteld voor gebruik in energiebeperkte diëten voor gewichtsvermindering en die indien genuttigd volgens de aanwijzingen van de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de dagelijkse voeding volledig vervangen.

Artikel 3 Interpretatiebesluiten

Met het oog op de eenvormige toepassing van deze verordening kan de Commissie door middel van uitvoeringshandelingen beslissen:

  1. of een levensmiddel onder het toepassingsgebied van deze verordening valt;

  2. tot welke in artikel 1, lid 1, bedoelde specifieke categorie een levensmiddel behoort.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 17, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

Artikel 4 In de handel brengen

1.

In artikel 1, lid 1, bedoelde levensmiddelen mogen alleen in de handel worden gebracht als zij aan deze verordening voldoen.

2.

In artikel 1, lid 1, bedoelde levensmiddelen mogen alleen op de detailmarkt worden toegelaten in de vorm van voorverpakte levensmiddelen.

3.

De lidstaten mogen het in de handel brengen van levensmiddelen die aan deze verordening voldoen, niet beperken of verbieden om redenen die verband houden met de samenstelling, de vervaardiging, de presentatie of de etikettering daarvan.

Artikel 5 Voorzorgsbeginsel

HOOFDSTUK II SAMENSTELLINGS- EN INFORMATIEVOORSCHRIFTEN

AFDELING 1 Algemene voorschriften

Artikel 6 Algemene bepalingen

Artikel 7 Adviezen van de EFSA

Artikel 8 Toegang tot documenten

Artikel 9 Algemene samenstellings- en informatievoorschriften

Artikel 10 Aanvullende voorschriften inzake volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding

AFDELING 2 Bijzondere voorschriften

Artikel 11 Bijzondere samenstellings- en informatievoorschriften

Artikel 12 Op melk gebaseerde dranken en soortgelijke producten bestemd voor peuters

Artikel 13 Levensmiddelen voor sportbeoefenaars

Artikel 14 Technische richtsnoeren

HOOFDSTUK III UNIELIJST

Artikel 15 Unielijst

Artikel 16 Actualiseren van de Unielijst

HOOFDSTUK IV PROCEDURELE BEPALINGEN

Artikel 17 Comitéprocedure

Artikel 18 Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

Artikel 19 Spoedprocedure

HOOFDSTUK V SLOTBEPALINGEN

Artikel 20 Intrekking

Artikel 21 Overgangsmaatregelen

Artikel 22 Inwerkingtreding

BIJLAGE