Home

College van Beroep voor het bedrijfsleven, 08-01-2015, ECLI:NL:CBB:2015:2, AWB 12/747A

College van Beroep voor het bedrijfsleven, 08-01-2015, ECLI:NL:CBB:2015:2, AWB 12/747A

Gegevens

Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Datum uitspraak
8 januari 2015
Datum publicatie
8 januari 2015
ECLI
ECLI:NL:CBB:2015:2
Formele relaties
Zaaknummer
AWB 12/747A
Relevante informatie
Telecommunicatiewet [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 28-06-2025]

Inhoudsindicatie

Eenmalige bijdrage vergunning commerciële radio-omroep kavel A2. Exceptieve toets. Strijd met artikel 3.3a Telecommunicatiewet (oud).

Uitspraak

uitspraak

zaaknummer: 12/747A

15306

tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 14 juni 2012, kenmerk AWB 11/2330 en 11/2331, in het geding tussen

(gemachtigden: mr. J.I.M. van der Vange en mr. drs. R.A. Diekema).

(gemachtigde: prof. mr. dr. S.J.H. Gijrath).

Procesverloop in hoger beroep

Appellante heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 14 juni 2012, ECLI:NL:RBROT:2012:BW8427.

Verweerder heeft een reactie op het hoger beroepschrift ingediend.

AVR heeft een schriftelijke uiteenzetting over de zaak gegeven.

Ten aanzien van een aantal stukken die verweerder verplicht is over te leggen heeft hij medegedeeld dat uitsluitend het College daarvan kennis zal mogen nemen. Bij beslissing van 2 oktober 2014 heeft het College de gevraagde beperking van de kennisneming gerechtvaardigd geacht. AVR heeft het College toestemming verleend om mede op grondslag van die stukken uitspraak te doen.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 4 november 2014. Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.

Grondslag van het geschil

1.1

De aangevallen uitspraak heeft betrekking op twee zaken. Appellante heeft in beide zaken hoger beroep ingesteld. Deze uitspraak ziet uitsluitend op het hoger beroep in de zaak over de FM-vergunning voor kavel A2. In de zaak die ziet op kavel A1 wordt separaat uitspraak gedaan.

Voor een uitgebreide weergave van het verloop van de procedure, het wettelijk kader en de in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden, voor zover niet bestreden, wordt verwezen naar de aangevallen uitspraak. Het College volstaat met het volgende.

1.2

Bij besluit van 21 april 2011 heeft verweerder de al eerder aan appellante verleende FM-vergunning voor kavel A2 verlengd tot 1 september 2017 en haar een vergunning verleend voor digitale radio-omroep onder oplegging van een eenmalige bijdrage van € 20.385.000,-. De hoogte van de eenmalige bijdrage is vastgelegd in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Regeling vaststelling eenmalig bedrag landelijke commerciële radio-omroep 2011 (Stcrt. 2011, 5069; hierna: de Regeling eenmalig bedrag). Het bedrag is gebaseerd op een waardebepalingsonderzoek, uitgevoerd door SEO Economisch onderzoek, het Instituut voor Informatierecht (IViR) en TNO Informatie- en Communicatietechnologie. De onderzoeksresultaten zijn opgenomen in het rapport Waarde commerciële radiovergunningen van 28 april 2010 (hierna: SEO-rapport) met het Addendum van maart 2011.

Het besluit van 21 april 2011 is voorbereid met toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

1.3

Appellante zendt op kavel A2 uit onder de naam Radio Veronica. Kavel A2 is een geclausuleerde kavel, dat wil zeggen dat de kavel programmatische beperkingen kent (zie artikel 5 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003; Stcrt. 2003, nr. 40, p. 34; nadien gewijzigd, hierna: Regeling aanwijzing). Kort gezegd dient de uitzending op kavel A2 op bepaalde tijden te zijn gericht op ‘gouwe ouwe’ popmuziek.

Uitspraak van de rechtbank

De rechtbank heeft het beroep van appellante ongegrond verklaard.

Beoordeling van het geschil in hoger beroep

Beslissing