College van Beroep voor het bedrijfsleven, 28-05-2019, ECLI:NL:CBB:2019:219, 18/1107
College van Beroep voor het bedrijfsleven, 28-05-2019, ECLI:NL:CBB:2019:219, 18/1107
Gegevens
- Instantie
- College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Datum uitspraak
- 28 mei 2019
- Datum publicatie
- 3 juni 2019
- ECLI
- ECLI:NL:CBB:2019:219
- Zaaknummer
- 18/1107
Inhoudsindicatie
Uitspraak
uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
Zaaknummer: 18/1107
uitspraak van de meervoudige kamer van 28 mei 2019 in de zaak tussen
[naam 1] , te [plaats] , appellant
(gemachtigde: mr. R. Verkoijen),
en
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder
(gemachtigde: mr. H.G.M. Wammes).
Procesverloop
Bij besluit van 13 december 2017 (het primaire besluit) heeft verweerder aan appellant een last onder bestuursdwang opgelegd vanwege overtreding van de Wet dieren en het Besluit houders van dieren (Bhd).
Bij brief van 2 januari 2018 (brief) heeft verweerder appellant bericht dat hij niet heeft voldaan aan deze last en dat verweerder bestuursdwang heeft toegepast.
Appellant heeft bezwaar gemaakt tegen het primaire besluit en tegen de brief.
Bij besluit van 22 mei 2018 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van appellant, voor zover gericht tegen de brief, niet-ontvankelijk verklaard en het bezwaar tegen het primaire besluit ongegrond verklaard.
Appellant heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Bij afzonderlijke besluiten van 28 augustus 2018 heeft verweerder de kosten van de bestuursdwang vastgesteld op € 2.801,04 (kostenbesluit 1) en € 38.540,89 (kostenbesluit II). Bij besluit van 21 november 2018 (kostenbesluit III) heeft verweerder het kostenbesluit II herzien en de kosten van bestuursdwang vastgesteld op € 27.328,40.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Ten aanzien van (gedeelten van) een aantal stukken die verweerder verplicht is over te leggen heeft hij meegedeeld dat uitsluitend het College daarvan kennis zal mogen nemen. Bij beslissing van 15 januari 2019 heeft het College de gevraagde beperking van de kennisneming niet gerechtvaardigd geacht en verweerder verzocht de stukken uiterlijk tien dagen voor de zitting aan het College en aan appellant toe te sturen.
Appellant en verweerder hebben vervolgens aanvullende stukken ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 29 januari 2019.
Appellant is verschenen, bijgestaan door mr. P. Grijpstra. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Voor verweerder zijn tevens verschenen [naam 2] , toezichthoudend dierenarts en [naam 3] , toezichthouder.
Overwegingen
1.1 Het College gaat uit van de volgende feiten en omstandigheden.
1.2 Op 13 december 2017 hebben drie toezichthouders van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), waaronder een toezichthoudend dierenarts, in aanwezigheid van twee politieagenten van de Politie Brabant Zuid-Oost, een controle verricht op het bedrijf van appellant. De bevindingen van deze controle zijn door de toezichthouders neergelegd in het rapport van bevindingen van 26 januari 2018 (rapport van bevindingen). Het rapport van bevindingen vermeldt, voor zover hier van belang, de volgende constateringen:
“Ik, toezichthouder (...), zag op afstand dat een groot aantal van deze runderen met gebogen ruggen stonden. Ik telde ongeveer 17 runderen in dit weiland. Ik zag dat geen van deze runderen aten of herkauwden. Ik heb de runderen die vooraan (...) stonden, bekeken door mijn verrekijker. Ik heb gebruik gemaakt van mijn verrekijker omdat de afstand van de (...) en de locatie waar een aantal van de runderen stonden te ver was. Door mijn verrekijker zag ik dat een aantal van deze runderen sterk vermagerd waren.
Ik zag, met behulp van de verrekijker, dat de runderen een dik haarkleed hadden, maar ik zag de aftekeningen van de heupbotten en ribben door de huid van deze runderen heen. Ik zag dat de voedingsconditie van de meeste runderen in dit weiland in meer of mindere mate slecht te noemen was. Ik zag dat dit vooral de kleinere runderen betroffen, en een aantal vrouwelijke runderen. Sommige kleine runderen hadden diepliggende ogen. Ik zag een mannelijk rund tussen het koppel staan die een redelijke voedingsconditie had, voor zover ik dat kon beoordelen van deze afstand (...)
Ik, toezichthouder (...), zag dat rondom het woonhuis en de stallen het erf niet verhard was. Ik zag veel modder, water en mest op het erf. Ik moest moeite doen om rond te lopen en op sommige plekken op het erf was het zo modderig dat ik met mijn laarzen 10 a 30 cm diep kwam vast te zitten.
Ik zag overal op het erf rommel liggen zoals prikkeldraad, buizen, planken, kapotte dakpannen, rioleringsbuizen, draad, kapotte vermoedelijk asbest golfplaten. Ik zag overal op het erf mest liggen die ik herkende als rundermest. Kennelijk liepen er runderen los op het erf tussen de rommel en materialen. Ik zag, achter op het erf een mestbassin liggen. Ik zag dat dit mestbassin gedeeltelijk gevuld was. Ik zag dat er rietpluimen uit dit mestbassin groeiden. Onbekend was of (appellant; toevoeging College) dit mestbassin nog in gebruik had. (...)
Ik zag dat in stal 1 twee runderen werden gehouden. Ik zag dat op de bodem van de ingang van deze stal 1 een dikke laag modder/mest van ongeveer 10 cm lag. (...) aan de rechterzijde van stal 1 zag ik een oude aanbind/grupstal. Ik zag dat de bodem van stal 1 bedekt was met een dikke laag aangekoekte mest. Ik zag een waterbak boven de laag mest uitkomen. Tevens zag ik in dit deel van stal 1 een hoop rommel liggen en ik zag er tientallen kippen lopen. Hier werden op het moment van controle geen runderen gehouden. Ik zag dat er geen (kracht)voer opgeslagen lag in deze stal.
Met mijn gezicht richting de [adres] , aan de linkerzijde van dit deel van stal 1 was een hok gemaakt. Ik zag dat dit hok gemaakt was van houten pallets. In dit hok zag ik een klein rund met een kalf. Ik zag dat dit rund oormerken in had met het werknummer [... 1] . Ik zag weinig lichtinval in dit hok. Ik zag dat er geen voer of water aanwezig was. Ik zag een jong kalf op de grond liggen wat nog niet was voorzien van oormerken. Ik zag dat de grond was bevuild met mest en dat deze twee runderen niet beschikten over een schone, droge ligplek. Ik zag dat de huisvesting erg onhygiënisch was. Ik zag materiaal in dit hok liggen, waaronder twee ladders. Ik wist dat de runderen zich aan deze materialen konden bezeren en/of verwonden. Ik zag dat deze twee runderen niet beschermd werden tegen gezondheidsrisico’s. (...)
Ik zag in hok 2A allerlei materialen en spullen liggen. Ik zag dat dit deel van de veldschuur werd gebruikt voor de opslag van spullen en materialen. Ik zag tussen de opgeslagen spullen een kalf staan. Ik zag dat dit kalf oormerken in had en las het werknummer [... 2] van het oormerk. Ik zag dat dit kalf niet werd beschermd tegen gezondheidsrisico’s gezien er veel uitstekende en scherpe delen aanwezig waren, waar dit kalf tussen stond. Ik zag dat er geen voer of water aanwezig was voor dit kalf. Ik hoorde later van toezichthoudend dierenarts (...) dat (appellant; toevoeging College) haar had medegedeeld dat hij dit kalf op deze manier had gehuisvest omdat dit kalf nog melk kreeg. (...)
Ik zag in hok 2B en rondom hok 2B op het erf, ongeveer 13 runderen staan. Ik zag dat het voornamelijk vrouwelijke runderen en jonge runderen betrof. Ik zag een rund, met werknummer [... 3] , aangebonden aan een touw staan. Ik zag dat de bodem van hok 2B bedekt was met een dikke laag mest. Ik zag dat de poten van de runderen wegzakten in de bodem/mest. Ik zag dat de runderen in slechte tot zeer slechte voedingsconditie waren. Ik zag dat deze runderen een doffe en lange vacht hadden, en zag door de huid de heupbotten en ribben. Ik zag dat de vacht van meerdere runderen vervuild was met aangekoekte mest. Ik zag in en om hok 2B geen watervoorziening en zag geen voer liggen voor deze runderen. Ik zag dat geen van deze runderen aten of herkauwden.
Ik zag dat deze runderen ook toegang hadden tot het erf om de stallen en het woonhuis. Ik zag naast hok 2B een grote rol prikkeldraad liggen waar de runderen zich aan konden verwonden. Ik zag op het erf rondom de stallen en woonhuis diverse materialen met scherpte en uitstekende delen liggen zoals prikkeldraad, buizen, planken, kapotte dakpannen, rioleringsbuizen, draad, kapotte vermoedelijk asbest golfplaten, waar die runderen zich aan konden verwonden. Ik zag op het erf rondom de stallen en woonhuis rundermest liggen.
Op de vraag aan (appellant; toevoeging College) of hij deze runderen wat mais kon geven, antwoordde hij bevestigend. Het duurde even voor hij de kruiwagen met mais had gehaald, gezien de slechte toestand van de bodem van zijn erf. Toen hij de kruiwagen mais leeg gooide op de grond in de modder, zag ik dat de runderen in hok 2B op het voer afstormden en gelijk begonnen te eten. De overige runderen welke gehuisvest waren in stal 2, welke niet bij het voer konden, hoorde ik hard loeien. Gezien dit gedrag hadden vermoedelijk deze runderen vandaag of misschien wel langer geen voer gehad. (...)
Ik zag dat er in hok 2C drie runderen waren gehuisvest. Ik zag dat de bodem van dit hok was vervuild met mest. Ik zag de poten van de runderen wegzakten in de mest. Ik zag dat dit geen hygiënische huisvesting was en dat deze 3 runderen niet beschikte over een droge, schone en comfortabele ligplek. Ik zag dat deze 3 runderen geen beschikking hadden over water en voer. Ik zag een lege specie kuip in het hok staan. Ik zag dat geen van deze runderen aten of herkauwden. Ik zag dat deze runderen mager waren en een doffe en met aangekoekte mest vervuilde vacht hadden. (...)
Ik zag dat er in hok 3A drie runderen waren gehuisvest. Ik zag dat zich op de bodem van hok 3A een dikke laag natte mest bevond. Ik zag dat deze drie runderen niet beschikten over een schone en droge ligplek en dat deze runderen niet op een hygiënische wijze werden gehuisvest. Ik zag dat een deel van het dak van hok 3A weg was en dat de bodem onder het gat in het dak erg vochtig was. Ik zag dat een deel van de buitenmuur van hok 3A kapot was. Ik zag dat deze drie runderen op het moment van de controle niet beschikten over voer. Ik zag dat geen van deze runderen herkauwden.
Ik zag dat deze drie runderen wel beschikten over water. Ik zag dat een buis van het voerhek was afgebroken, scherp was en ik wist dat deze drie runderen zich hieraan konden verwonden. Deze drie runderen werden daardoor niet beschermd tegen gezondheidsrisico’s door scherpte en uitstekende delen. Ik zag dat deze drie runderen een matige voedingsconditie hadden en met mest vervuilde poten, buik, flanken en achterhand hadden. (...)
Ik zag dat in hok 3B twee runderen werden gehuisvest. Ik zag dat deze runderen werden gehuisvest op een roostervloer. Ik zag dat de roostervloer smerig was en bevuild was met mest. Ik zag dat deze twee runderen niet beschikten over een hygiënische huisvesting en een schone en droge ligplek. Ik zag dat deze runderen niet beschikten over voer. Ik zag dat geen van deze runderen herkauwden. Ik zag dat deze runderen wel beschikten over water. Ik zag dat de achterhand van beide runderen bevuild was met aangekoekte mest en dat hun vacht dof en lang was.
Tussen hok 3A en 3B, op de voergang, zag ik een grote berg met mest. Ik zag voor de ingang van stal 3, ter hoogte van de mesttank, de bodem vervuild was met dunne mest. Ik zag dat de laarzen van mijn collega minimaal 15-30 cm in de mest wegzakten. Tevens zag ik een trekker met mesttank voor de ingang staan. Ik zag dat aan de mesttank een grote slang bevestigd was waarvan het andere uiteinde op de grond voor stal 3 lag. Vermoedelijk is er mest uit de mesttank op de bodem gelopen. (...)
Achter op het erf, aan de linker kant zag ik, toezichthouder (...), dat er in weiland 1 zes runderen werden gehouden. Ik zag vier grote mannelijke runderen, één klein mannelijk rund en een vrouwelijk rund. De vier grote mannelijke runderen die in dit weiland waren gehuisvest, zagen er van een afstand qua voedingsconditie redelijk uit. Ik kon voor een deel zien dat de grond drassig en nat was. Zo ver ik kon zien was er geen gras of ander voedsel aanwezig in dit weiland. Ik zag dat geen van deze runderen aten of herkauwden. Ik zag dat er geen beschutting aanwezig was en dat deze runderen niet op een andere wijze beschermd werden tegen de weeromstandigheden. (...)
In weiland 2 zag ik vijf runderen. Ik zag een groot mannelijk rund en vier runderen. Ik zag een overkapping staan, die toegankelijk was voor deze 5 runderen in weiland 2. Ik zag dat de bodem van deze overkapping vervuild was met een dikke laag natte mest. Ik zag dat deze overkapping slechts aan een korte zijde dichtgemaakt was. Ik zag dat dit niet als beschutting kon dienen voor deze runderen. Ik zag dat deze runderen op geen andere wijze beschermd werden tegen de weeromstandigheden.
Ik zag dat weiland 2 gedeeltelijk bestond uit bouwland waar mais had gestaan. Het bouwland was ingezaaid met een vanggewas. Ik zag dat in weiland 2 geen gras of andere voedsel aanwezig was. Op donderdag 14 december 2017 is geconstateerd, door toezichthouder (...), dat deze runderen beschikten over water. Ik zag dat geen van deze runderen aten of herkauwden.
Ik zag dat weiland 2 modderig en drassig was en dat er geen schone en droge ligplaats aanwezig was voor deze 5 runderen. Ik zag dat een aantal van deze runderen een slechte voedingsconditie hadden. Ik zag door de huidaftekening duidelijk de heupbeenderen, ribben, ingevallen flanken en ik zag dat deze runderen geen zogenaamde pens vulling hadden. Ik zag dat zij een doffe, lange vacht hadden. (...)
“Ik zag dat in weiland 3 ongeveer 17 runderen werden gehuisvest.(...) Ik zag dat de bodem van dit perceel bestond uit grotendeels modder. Ik zag dat er geen voedsel aanwezig was of gras groeide.
Ik zag dat geen van deze runderen aten of herkauwden. Ik zag dat er geen andere beschutting aanwezig was. Ik zag dat deze runderen op geen andere wijze beschermd werden tegen de weersomstandigheden. Ik zag dat er geen droge, schone, comfortabele ligplek aanwezig was. Ik zag dat de jongere runderen en vrouwelijke runderen mager waren. Ik zag door de huidaftekening de ruggengraat en de heupbotten bij deze magere runderen. Ik zag dat de ogen van sommige runderen diep in de oogkassen lagen.
Alle runderen in dit weiland hadden een doffe en lange vacht. Ik zag dat de grote mannelijke runderen in dit koppel in redelijke voeding conditie waren. Ook zag ik dat het merendeel van deze runderen met gebogen ruggen stonden. Door kennis en ervaring weet ik dat dit duidt op ongemak en onbehagen. Ik zag dat een deel van de omheining, aan de kant van de (...) kapot was en laag hing. (...)
Ik zag in weiland 4 twee runderen staan. Vermoedelijk konden deze runderen over/onder de draad door. Ik zag dat de bodem van dit weiland modderig en nat was. Ik zag dat hier mais was geoogst. Ik zag dat dit weiland ingezaaid was met een vanggewas. Ik zag dat er geen droge ligplek en geen schuilgelegenheid aanwezig was. Ik zag dat de vacht van deze runderen dof en lang was, en dat de runderen een slechte voedingsconditie hadden. Ik zag door de huidaftekening duidelijk de heupbeenderen, ribben, ingevallen flanken, en ik zag dat deze runderen geen zogenaamde pens vulling hadden. Ik zag dat er geen gras of ander voedsel aanwezig was in het weiland. Ik zag dat geen van deze runderen aten of herkauwden. (...)
Ik zag dat in weiland 5 één vrouwelijk rund en twee kalveren werden gehuisvest. Ik zag dat de bodem van dit perceel bestond uit grotendeels modder. Ik zag dat er geen gras of ander voedsel aanwezig was. Ik zag dat geen van deze runderen aten of herkauwden. Ik zag dat er geen schuilgelegenheid aanwezig was. Ik zag dat er geen droge, schone, comfortabele ligplek aanwezig was. Ik zag dat deze 3 runderen geen goede voedingsconditie hadden en dat hun vacht dof was. Ik zag door de huidaftekening duidelijk de heupbeenderen, ribben, ingevallen flanken en ik zag dat deze runderen geen zogenaamde pens vulling hadden.(...)
Ik zag dat in weiland 6 twee mannelijke runderen en een mannelijk kalf werden gehuisvest. Ik zag dat in dit weiland pakken opgestapeld hooi lagen. Ik zag dat deze pakken hooi waren afgeschermd met draad. Ik zag dat het mannelijk kalf achter de pakken hooi stond. Vermoedelijk kon dit kalf onder de draad door komen. Ik zag dat de twee grote stieren niet bij het hooi konden komen en hier dus niet van konden eten. Ik zag dat het kalf mager was en een met mest vervuilde achterhand had. Vermoedelijk had dit kalf diarree.
Ik las op het oormerk van dit mannelijk kalf het werknummer [... 4] . Ik zag dat de twee mannelijke runderen in dit weiland, een redelijke voedingsconditie hadden. Ik zag dat er geen gras aanwezig was op het weiland. Ik zag deze twee mannelijke runderen niet eten of herkauwen. Ik zag dat het weiland modderig en nat was en er geen droge of schone ligplek voor deze drie runderen was. Ik zag dat er voor de volwassen mannelijke runderen geen schuilgelegenheid aanwezig was. Het kalf kon beschutting vinden door in de luwte van de berg opgestapeld hooi staan.
Ik zag dat op het erf, achter weiland 6, diverse in plastic gewikkelde rollen kuilvoer en blokken kuilvoer lagen. Ik zag dat er een aanzienlijke hoeveelheid ingekuild mais aanwezig was. Ik zag dat dit voer voor geen van de runderen bereikbaar was. Gezien de omstandigheden op het veehouderijbedrijf van (appellant; toevoeging College) is het voeren van deze runderen in de diverse stallen en weilanden erg arbeidsintensief. (...)
Ik zag dat het overgrote deel van de runderen van (appellant; toevoeging College), in slechte of zeer slechte voedingsconditie waren. (Appellant; toevoeging College) heeft verzuimd deze magere runderen op een passende wijze te verzorgen en eventueel af te zonderen, in een daarvoor geschikte huisvesting. Tevens kregen de runderen welke in slechte voeding conditie waren, niet een toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en de leeftijd geschikt voer.”
1.3 Bij het primaire besluit heeft verweerder aan appellant een last onder bestuursdwang opgelegd wegens overtreding van de Wet dieren en het Bhd. Aan appellant zijn de volgende maatregelen opgelegd:
“1. Water
Zorg ervoor dat alle runderen de beschikking hebben over een toereikende hoeveelheid schoon en vers drinkwater van passende kwaliteit. Tijdens de controles is gebleken dat er dieren werden gehouden die niet de beschikking hadden over voldoende kwalitatief goed drinkwater. Dit is een overtreding van artikel 1.7, lid f en artikel 2.4 lid 7 van het Besluit houders van dieren.
2 Voer
U dient uw dieren van een toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en leeftijd geschikt voer te voorzien. Zorg ervoor dat u uw runderen zo voert dat ze hierdoor niet onnodig lijden of schade oplopen. Zorg daarbij ook dat het voer niet wordt bevuild. Tijdens de controle is vastgesteld dat het voer wordt aangeboden op een ongeschikte ondergrond. Dit is een overtreding van artikel 1.7 onder e en artikel 2.4 lid 7 van het Besluit houders van dieren.
3 Huisvesting: schone, droge, comfortabele en hygiënische ligplaatsen
Zorg ervoor dat alle gehouden runderen te allen tijde over een schone, droge, comfortabele en hygiënische ligplaats kunnen beschikken. Tijdens de controle waren de ligplaatsen bevuild. Dit is een overtreding van artikel 1.7 onder d van het Besluit houders van dieren.
4.Huisvesting: schone, droge, comfortabele en hygiënische huisvesting
Zorg dat de dieren die gebruikmaken van een schuilstal altijd over een schone en droge huisvesting kunnen beschikken. Zorg dat de huisvesting zo geconstrueerd en onderhouden is dat er voldoende schuilgelegenheid is voor alle buiten gehouden dieren. Dit is een overtreding van artikel 1.6 lid 3 van het Besluit houders van dieren.