Home

Gerechtshof Amsterdam, 22-12-2023, ECLI:NL:GHAMS:2023:3520, 200.335.730/01OK

Gerechtshof Amsterdam, 22-12-2023, ECLI:NL:GHAMS:2023:3520, 200.335.730/01OK

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
22 december 2023
Datum publicatie
10 januari 2024
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2023:3520
Zaaknummer
200.335.730/01OK

Inhoudsindicatie

Art. 25 lid 1 sub e en d WOR; geen advies gevraagd aan OR bij adviesplichtig reorganisatiebesluit. Verzoeken grotendeels toegewezen.

Uitspraak

beschikking

___________________________________________________________________

GERECHTSHOF AMSTERDAM

ONDERNEMINGSKAMER

zaaknummer: 200.335.730/01 OK

beschikking van de Ondernemingskamer van 22 december 2023

inzake

de ONDERNEMINGSRAAD VAN SPOTIFY NETHERLANDS B.V.,

gevestigd te Amsterdam,

VERZOEKER,

advocaat: mr. E. de Wind, kantoorhoudende te Amsterdam,

t e g e n

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

SPOTIFY NETHERLANDS B.V.,

gevestigd te Amsterdam,

VERWEERSTER,

advocaten: mr. A.T. Boers en mr. R.W. van den Beukel, beiden kantoorhoudende te Amsterdam.

Hierna zal verzoeker worden aangeduid als de ondernemingsraad en verweerster als Spotify NL.

1 Het verloop van het geding

1.1

De ondernemingsraad heeft bij op 18 december 2023 ingekomen verzoekschrift de Ondernemingskamer verzocht:

- te bepalen dat Spotify NL bij afweging van alle betrokken belangen niet in redelijkheid heeft kunnen komen tot het reorganisatiebesluit zonder voorafgaand advies van de ondernemingsraad;

- Spotify NL op te dragen het besluit in te trekken en alle gevolgen van het besluit ongedaan te maken;

en bij wijze van voorlopige voorzieningen, op straffe van verbeurte van een dwangsom:

- Spotify NL te verbieden handelingen te verrichten ter uitvoering van het reorganisatiebesluit;

- Spotify NL te gebieden alle al verrichte uitvoeringshandelingen ongedaan te maken.

1.2

Spotify NL heeft bij verweerschrift van 20 december 2023 de Ondernemingskamer verzocht de verzoeken af te wijzen.

1.3

De verzoeken zijn behandeld op de zitting van de Ondernemingskamer van 21 december 2023. De advocaten hebben aldaar de standpunten van de partijen toegelicht aan de hand van overgelegde aantekeningen en wat mr. De Wind betreft onder overlegging van op voorhand aan de Ondernemingskamer en de wederpartij gezonden nadere producties. Partijen en hun advocaten hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord en inlichtingen verstrekt.

2 Inleiding en feiten

2.1

Spotify is een wereldwijd opererende aanbieder van streamingdiensten met ongeveer 9.000 werknemers. Spotify NL is een Nederlandse dochteronderneming met 172 medewerkers in vaste dienst. De meeste medewerkers van Spotify NL zijn werkzaam in teams die wereldwijd opereren en zijn samengesteld uit werknemers van over de hele wereld; hun werkzaamheden hebben geen directe band met Nederland en zij rapporteren veelal aan managers in andere landen. Ongeveer tien medewerkers zijn werkzaam bij het samenstellen van content en de verkoop van reclames gericht op de Nederlandse markt.

2.2

Op 4 december 2023 heeft [A] , CEO van Spotify, bekend gemaakt dat wereldwijd ongeveer 17% van de werknemers zal worden ontslagen. Diezelfde dag is de ondernemingsraad door de afdeling Human Resources (hierna: HR) uitgenodigd voor een overleg. In dat overleg is aan de ondernemingsraad voor het eerst meegedeeld dat bij Spotify NL 19 medewerkers zouden worden ontslagen, dat de ondernemingsraad niet zou worden gevraagd daarover op de voet van artikel 25 WOR te adviseren en dat de getroffen medewerkers inmiddels een voorstel voor het sluiten van een vaststellingsovereenkomst (VSO) ter beëindiging van hun arbeidsovereenkomst hadden ontvangen.

2.3

De ondernemingsraad heeft op 4 en 5 december 2023 verzocht om nadere informatie over de reorganisatie en een toelichting van het besluit en de bestuurder van Spotify NL verzocht om in de gelegenheid gesteld te worden advies uit te brengen over het voorgenomen besluit tot reorganisatie. Bij e-mail van 6 december 2023 heeft HR aan de ondernemingsraad geschreven:

In your emails, you have argued that the works council has a right of advice in relation to the reorganization that is taking place within Spotify. Please know that Spotify has submitted a preliminary request for dismissal at the UWV for only 19 employees. (…) We have therefore not notified the UWV of a collective dismissal as there is no collective dismissal. Nor do we believe the redundancies constitute a significant reduction/reorg, taking into account the number of employees impacted, the spread of the employees over the organization, the specific roles to be made redundant, the size of Spotify, both in the Netherlands and globally etc.

(…) The grounds for the redundancy are business organizational reasons, which have been explained to the individual employees in the redundancy meetings. When selecting the employees for dismissal, the mandatory selection principle was considered. That being said, most of the roles impacted are unique within Spotify in the Netherlands. (…)

Taking everything as set out above into consideration, Spotify believes that the works council does not have a right of advice in relation to the reorganization. It has acted in accordance with the legal obligations that Spotify believes to be applicable to it in this scenario and has never done anything in order to willfully neglect the rights granted to the works council by law.

2.4

Op 7 december 2023 heeft de ondernemingsraad opnieuw verzocht om nadere informatie over de inhoud van de reorganisatie en nogmaals verzocht om in de gelegenheid gesteld te worden daarover advies uit te brengen. Bij e-mail van 12 december 2023 heeft HR aan de ondernemingsraad het volgende geschreven:

Thank you for your latest emails which we have considered carefully. In your emails, the works council has reiterated its view that it has a right of advice in relation to the current reorganisation. Spotify does not agree with this view. However, while we maintain our position we would like to invite the works council to a meeting on [14 December 2023, OK]. The purpose of this meeting will be to discuss the reorganisation in the Netherlands and to respond to any questions you may have. We hope that this meeting will allow for constructive dialogue and mark a positive step forward on this matter.

2.5

In het overleg van 14 december 2023 hebben partijen gesproken over de vraag of het reorganisatiebesluit al dan niet adviesplichtig is op grond van artikel 25 lid 1 onder d en e WOR. Partijen zijn het niet eens geworden.

3 De gronden van de beslissing

3.1

Volgens de ondernemingsraad betreft het reorganisatiebesluit een belangrijke inkrimping of andere wijziging van de werkzaamheden van de onderneming (artikel 25 lid 1, onder d, WOR) dan wel een belangrijke wijziging in de organisatie van de onderneming (artikel 25 lid 1, onder e, WOR). Het reorganisatiebesluit behelst het gedwongen ontslag van in ieder geval 19 van de 172 werknemers (11%) en het gaat dus zowel naar omvang als naar de ernst van de gevolgen om een belangrijke inkrimping van de werkzaamheden die binnen Spotify NL worden verricht. Daarnaast heeft de reorganisatie belangrijke gevolgen voor de organisatie van zowel Spotify NL als Spotify wereldwijd. Volgens de ondernemingsraad zal als gevolg van de ontslagen de werkwijze in een deel van de teams aanzienlijk wijzigen en zal, naar de ondernemingsraad begrijpt, een aantal teams worden opgeheven waardoor ook de organisatie van de werkzaamheden van de in Nederland werkzame teamleden aanzienlijk wordt beïnvloed en gewijzigd. Op grond van artikel 25 WOR had Spotify NL de ondernemingsraad tijdig in de gelegenheid moeten stellen over het reorganisatiebesluit een advies uit te brengen. Nu Spotify NL dat ten onrechte niet heeft gedaan moet worden geoordeeld dat Spotify NL niet in redelijkheid tot het bestreden besluit heeft kunnen komen. De gevraagde voorzieningen strekken ertoe te voorkomen dat een door de ondernemingsraad nog uit te brengen advies niet meer van wezenlijke invloed kan zijn op een door Spotify NL nog te nemen reorganisatiebesluit, omdat de reorganisatie tegen die tijd inmiddels al geheel zal zijn uitgevoerd.

3.2

Spotify NL meent dat de inkrimping van de werkzaamheden in Nederland beperkt is en niet kan worden gezien als een 'belangrijke inkrimping' in de zin van art. 25 lid 1 sub d WOR. Daarnaast is er geen sprake van een belangrijke wijziging in de organisatie van Spotify NL, nu de organisatiestructuur van Spotify in Nederland nauwelijks wordt gewijzigd. In Nederland worden 19 werknemers boventallig verklaard, waardoor geen sprake is van een collectief ontslag. Dit is een aanwijzing dat er geen sprake is van een belangrijke inkrimping en/of wijziging van de organisatie, aldus Spotify NL. De 19 werknemers die in Nederland boventallig zijn verklaard, zijn verdeeld over diverse teams die in Nederland dezelfde werkzaamheden uitvoeren, in min of meer dezelfde mate. Dit wil zeggen dat min of meer dezelfde hoeveelheid werk zal worden uitgevoerd, door minder werknemers. Spotify NL heeft er verder voor gekozen om functies boventallig te maken, die nauwelijks tot geen impact hebben op het functioneren van de organisatie. Zonder deze functies kan Spotify NL nog steeds op de juiste manier blijven functioneren. De organisatiestructuur van Spotify in Nederland verandert nauwelijks; op een paar afdelingen verdwijnt een aantal functies, maar dit betekent niet dat er door Spotify NL een nieuwe organisatiestructuur is neergezet. Er zijn geen nieuwe functies gecreëerd of functies van naam veranderd, de scope van functies is ook niet veranderd, er zijn geen organisatielagen verdwenen, toegevoegd of samengevoegd, geen afdelingen verdwenen, samengevoegd of opgesplitst, er zijn geen belangrijke managementfuncties boventallig gemaakt en de samenstelling van het managementteam is niet veranderd. Al met al kan daarom volgens Spotify NL niet gezegd worden dat er een belangrijke wijziging van de organisatiestructuur van Spotify NL heeft plaatsgevonden.

3.3

De Ondernemingskamer is met de ondernemingsraad van oordeel dat het hier gaat om een adviesplichtig reorganisatiebesluit. Spotify heeft op 4 december 2023 een wereldwijde reorganisatie aangekondigd waarbij 17% van de arbeidsplaatsen zou verdwijnen. Deze reorganisatie heeft ook gevolgen voor Spotify NL; 19 van de 172 werknemers worden ontslagen. Dat betreft een belangrijke inkrimping van de omvang van de werkzaamheden van de onderneming van Spotify NL. Het heeft ook zwaarwegende gevolgen voor de werknemers die het treft: zij verliezen hun vaste baan. Hoe het reorganisatiebesluit in Nederland zal worden vormgegeven, welke gevolgen dat concreet zal hebben voor de aard en omvang en inrichting van de werkzaamheden en voor de medewerkers in de andere teams en wat dit concreet betekent voor de organisatie van Spotify NL is niet duidelijk geworden. Spotify NL heeft ondanks aandringen van de ondernemingsraad alleen algemene informatie over de inhoud en gevolgen van het reorganisatiebesluit verstrekt en ook in haar verweerschrift heeft Spotify NL niet veel meer gesteld dan dat zij heeft gekozen om alleen functies boventallig te maken die nauwelijks tot geen impact hebben op het functioneren van de organisatie zonder dit concreet te maken. Bij die stand van zaken gaat de Ondernemingskamer ervan uit dat, zoals de ondernemingsraad heeft gesteld en ter zitting heeft toegelicht, het reorganisatiebesluit niet alleen een belangrijke inkrimping van de werkzaamheden betreft, maar ook een belangrijke wijziging in de organisatie van Spotify NL zoals bedoeld in artikel 25 lid 1, onder d en onder e WOR.

3.4

Vast staat dat het reorganisatiebesluit niet aan de ondernemingsraad ter advisering is voorgelegd, laat staan dat dit tijdig en voorzien van voldoende informatie is gebeurd. Volgens vaste rechtspraak van de Ondernemingskamer brengt dit mee dat Spotify NL bij afweging van de betrokken belangen niet in redelijkheid tot het reorganisatiebesluit heeft kunnen komen. De verzoeken van de ondernemingsraad zullen als na te noemen worden toegewezen. Bij het treffen van voorlopige voorzieningen bestaat dan geen belang meer. Gelet op het bepaalde in artikel 22 lid 2 WOR ziet de Ondernemingskamer evenmin aanleiding om een proceskostenveroordeling uit te spreken.

4 De beslissing