Gerechtshof Amsterdam, 04-04-2023, ECLI:NL:GHAMS:2023:796, 200.295.747/01
Gerechtshof Amsterdam, 04-04-2023, ECLI:NL:GHAMS:2023:796, 200.295.747/01
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 4 april 2023
- Datum publicatie
- 4 april 2023
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2023:796
- Zaaknummer
- 200.295.747/01
Inhoudsindicatie
Verzoek van Uber chauffeurs aan Uber om inzage als bedoeld in artikel 15 lid 1 AVG in bepaalde hen betreffende persoonsgegevens (waaronder door passagiers gegeven ‘ratings’) en om informatie als bedoeld in artikel 15 lid 1, sub h) AVG (informatie over het bestaan van geautomatiseerde besluitvorming in de zin van artikel 22 AVG). Bescherming van de persoonsgegevens van de passagiers. Is aanpassing van het initiële inzageverzoek in de gerechtelijke procedure mogelijk?
Verzoek om informatie over onder meer het door Uber gebruikte ‘batched matching’ systeem en ‘upfront pricing systeem’ alsmede de vaststelling van gemiddelde beoordelingen. Reikwijdte van het informatierecht als bedoeld in artikel 15 lid 1, sub h), AVG. Betreft het informatieverzoek besluiten waaraan rechtsgevolgen voor de chauffeurs zijn verbonden of die hen anderszins in aanmerkelijke mate treffen? Kan Uber zich op een uitzondering op het door de chauffeurs ingeroepen informatierecht beroepen? Op welke wijze moet aan het informatieverzoek gevolg worden gegeven?
Chauffeurs verzoeken tevens om overdraagbaarheid van bepaalde persoonsgegevens als bedoeld in artikel 20 AVG.
Zie ook de beschikkingen van gelijke datum in de zaken 200.295.742/01 en 200.295.806/01.
Uitspraak
afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer : 200.295.747/01
zaak-/rekestnummer rechtbank Amsterdam : C/13/687315 / HA RK 20-207
beschikking van de meervoudige burgerlijke kamer van 4 april 2023
inzake
1 [appellant sub 1] ,
wonend te [plaats A] , Verenigd Koninkrijk,
2. [appellant sub 2],
wonend te [plaats B] , Verenigd Koninkrijk,
3. [appellant sub 3] ,
wonend te [plaats B] , Verenigd Koninkrijk,
4. [appellant sub 4] ,
wonend te [plaats C] , Verenigd Koninkrijk,
5. [appellant sub 5] ,
wonend te [plaats D] , Verenigd Koninkrijk,
6. [appellant sub 6] ,
wonend te [plaats B] , Verenigd Koninkrijk,
appellanten in principaal appel,
geïntimeerden in incidenteel appel,
advocaat: mr. A.H. Ekker te Amsterdam,
tegen
UBER B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
geïntimeerde in principaal appel,
appellante in incidenteel appel,
advocaat: mr G.H. Potjewijd te Amsterdam.
1 Het geding in hoger beroep
Partijen worden hierna aangeduid als [appellant sub 1] c.s. en Uber. [appellant sub 1] c.s. worden ieder apart aangeduid als [appellant sub 1] , [appellant sub 2] , [appellant sub 3] , [appellant sub 4] , [appellant sub 5] en [appellant sub 6] .
[appellant sub 1] c.s. zijn bij beroepschrift, tevens houdende een (voorwaardelijk) incidenteel verzoek tot verstrekking van afschrift van stukken op de voet van artikel 843a Wetboek van Rechtsvordering (hierna: Rv), ontvangen ter griffie van het hof op 10 juni 2021, onder aanvoering van tien grieven, in hoger beroep gekomen van een beschikking die de rechtbank Amsterdam (hierna: de rechtbank) op 11 maart 2021 heeft gegeven onder bovenvermeld zaak- /rekestnummer (hierna: de bestreden beschikking) in een geschil tussen onder anderen [appellant sub 1] c.s. als verzoekers en Uber als verweerster.
Het beroepschrift sterkt ertoe, onder wijziging van het verzoek, dat het hof de bestreden beschikking zal vernietigen en, kort samengevat, alsnog, uitvoerbaar bij voorraad:
- Uber zal bevelen om, op straffe van een dwangsom, de verzoeken van [appellant sub 1] c.s. op grond van artikel 15 en 20 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (hierna: AVG)1 alsnog toe te wijzen;
- Uber zal bevelen om, op straffe van een dwangsom, aan [appellant sub 1] c.s. in een gangbare elektronische vorm inzage te geven in (i) de in het petitum onder d) genoemde categorieën van persoonsgegevens, (ii) informatie over de ontvangers of categorieën van ontvangers aan wie persoonsgegevens van [appellant sub 1] c.s. zijn verstrekt ten behoeve van ‘legal reasons or in the event of a dispute’ alsmede de verwerkingsdoeleinden en betrokken categorieën van persoonsgegevens als bedoeld in artikel 15 lid 1 sub a), b) en c) AVG alsmede (iii) in het bestaan van geautomatiseerde besluitvorming, met inbegrip van de in artikel 22 leden 1 en 4 bedoelde profilering, en ten minste in die gevallen, nuttige informatie over de onderliggende logica, alsmede het belang en de verwachte gevolgen van die verwerking voor [appellant sub 1] c.s.;
- Uber zal bevelen om, op straffe van een dwangsom, de door [appellant sub 1] c.s. aan Uber verstrekte persoonsgegevens in een gestructureerde, gangbare en machineleesbare vorm aan [appellant sub 1] c.s. te verstrekken en deze persoonsgegevens overeenkomstig artikel 20 lid 2 AVG rechtstreeks door te zenden aan Platform Info Exchanges;
- zal verklaren voor recht dat verstrekking van gegevens in pdf-formaat niet kan worden aangemerkt als verstrekking in een ‘gestructureerde, gangbare en machineleesbare vorm’ als bedoeld in artikel 20 lid 1 AVG, althans Uber zal bevelen om de betreffende gegevens te verstrekken in een bestandsformaat niet zijnde pdf-formaat;
een en ander met beslissing over de proceskosten.
In het (voorwaardelijk) incident hebben [appellant sub 1] c.s. het hof verzocht Uber op grond van artikel 843a Rv te bevelen inzage, afschrift of uittreksel over te leggen van de bij Uber berustende bescheiden en op een gegevensdrager aangebrachte gegevens
- waarin Uber heeft vastgelegd ten aanzien van welke categorieën van persoonsgegevens als genoemd in de Guidance Notes Uber het inzageverzoek van [appellant sub 1] c.s. als bedoeld in artikel 15 lid 1 AVG heeft toegewezen respectievelijk heeft afgewezen en
- waarin is vastgelegd of Uber ten aanzien van [appellant sub 1] c.s. geautomatiseerde besluitvorming met inbegrip van de in artikel 22, leden 1 en 4 AVG bedoelde profilering, heeft toegepast,
een en ander met beslissing over de proceskosten.
Op 13 oktober 2021 is ter griffie van het hof ontvangen, van de zijde van Uber, een verweerschrift in voorwaardelijk incident, tevens verweerschrift in de hoofzaak en tevens beroepschrift in incidenteel hoger beroep. Het verweerschrift in de hoofdzaak strekt tot bekrachtiging van de bestreden beschikking en tot afwijzing van de verzoeken van [appellant sub 1] c.s. In het incidenteel hoger beroep heeft Uber, onder aanvoering van één grief, verzocht dat het hof de bestreden beschikking gedeeltelijk zal vernietigen en alsnog de verzoeken van [appellant sub 1] , [appellant sub 2] , [appellant sub 4] , [appellant sub 5] en [appellant sub 6] zal afwijzen, met bekrachtiging voor het overige. In het voorwaardelijk incident heeft Uber verzocht om afwijzing daarvan. In principaal en incidenteel hoger beroep, alsmede in het voorwaardelijk incident heeft Uber tot slot verzocht om [appellant sub 1] c.s. te veroordelen in de kosten van het geding in hoger beroep, respectievelijk het incident, met nakosten en rente.
Op 23 december 2021 is ter griffie een verweerschrift in incidenteel hoger beroep van [appellant sub 1] c.s. ingekomen dat strekt tot verwerping van de grief van Uber, met beslissing over de proceskosten.
De mondelinge behandeling van het hoger beroep heeft plaatsgevonden op 18 mei 2022, alwaar [appellant sub 3] , [appellant sub 4] en [appellant sub 5] (deze laatste vertegenwoordigd door [A] ) en Uber (vertegenwoordigd door [B] ) zijn verschenen en bijgestaan door hun hiervoor genoemde advocaten. Bij die gelegenheid hebben de advocaten het woord gevoerd aan de hand van aan het hof overgelegde aantekeningen. Beide partijen hebben nog nadere stukken ingebracht. Tegen de indiening van de producties 20 tot en met 25 van de zijde van Uber is door [appellant sub 1] c.s. bezwaar gemaakt. Het hof heeft deze producties geweigerd. Partijen hebben vragen van het hof beantwoord.
Beide partijen hebben in hoger beroep bewijs aangeboden.
Vervolgens is de behandeling van de zaak gesloten en is uitspraak bepaald.
2 Feiten
De rechtbank heeft in de bestreden eindbeschikking onder 2 (2.1 t/m 2.9) de feiten vermeld die zij tot uitgangspunt heeft genomen. Het hof neemt die feiten tot uitgangspunt, aangevuld met andere feiten die als enerzijds gesteld en anderzijds niet dan wel onvoldoende betwist zijn komen vast te staan. Het gaat in deze zaak om het volgende.
Uber is onderdeel van een internationaal opererend concern dat door middel van een digitaal platform online diensten in de vervoersector aanbiedt. Uber koppelt passagiers via applicaties aan chauffeurs. Passagiers maken gebruik van de Uber Rider app, chauffeurs van de Uber Driver app.
[appellant sub 1] c.s. zijn werkzaam (geweest) als ‘private hire drivers’ (hierna: chauffeurs) in het Verenigd Koninkrijk waarbij zij gebruik maken c.q. maakten van de diensten van Uber. Ten tijde van de indiening van het beroepschrift grieven was in ieder geval [appellant sub 3] nog werkzaam als chauffeur voor Uber.
[appellant sub 1] c.s. zijn aangesloten bij de App Drivers & Couriers Union (hierna: ADCU). ADCU is een vakbond die opkomt voor de belangen van ‘private hire drivers’ en ‘couriers’ in het Verenigd Koninkrijk. ADCU is aangesloten bij de International Alliance of App Transport Workers (hierna: IAATW). Beide organisaties zetten zich in voor de digitale rechten van platformwerkers.
ADCU wordt ondersteund door Workers Info Exchange (hierna: WIE). WIE is een non-profit organisatie die zich mede ten doel stelt om werknemers en zelfstandigen in de informatie-economie toegang te geven tot persoonsgegevens die tijdens het werk over hen worden verzameld. Grondlegger en directeur van WIE is [appellant sub 5] [A] .
ADCU en IAATW zijn voornemens om een databank op te richten, die in stand zal worden gehouden door WIE. In deze databank zullen persoonsgegevens van chauffeurs worden opgenomen.
Uber heeft een ‘Privacy Notice’ (hierna: de privacyverklaring) opgesteld waarin zij algemene informatie over verwerking van persoonsgegevens heeft opgenomen. In deze privacyverklaring (in de versie van 29 juli 2020) is over geautomatiseerde besluitvorming vermeld:
2. Safety and security. We use personal data to help maintain the safety, security and integrity of our services and users. This includes:
(…) Using device, location, profile, usage, an other data to prevent, detect, and combat fraud or unsafe activities
Using user ratings and feedback to encourage compliance with our Community Guidelines and as grounds for deactivating drivers and delivery partners with low ratings or who otherwise violated such guidelines in certain countries.
(…)
9. Automated decision-making
We use personal data to make automated decisions relating to use of our services. This includes: (…)
Deactivating users who are identified as having engaged in fraud or activities that may otherwise harm Uber, its users, and others. In some cases, such as when a user is determined to be abusing Uber’s referral program, such behavior may result in automatic deactivation.
Verder hanteert Uber zogenaamde ‘Community Guidelines’. Deze luiden, voor zover hier van belang, als volgt:
Fraud
Deception can weaken trust and also be dangerous. Intentionally falsifying information or assuming someone else’s identity (or allowing someone else to assume your identity), for example when signing in or undergoing a security check, is not allowed. It is important to provide accurate information when reporting incidents, creating and accessing your Uber accounts, disputing charges or fees, and requesting credits. Only request fees, charges or refunds that you’re entitled to, and use offers and promotions only as intended. Don’t knowingly complete invalid transactions. (…)
How Uber enforces our guidelines
Losing access to the Uber apps may be disruptive to your life or to your business. That’s why we believe it is important to have clear standards that explain the circumstances in which you may lose access to the Uber apps. If you violate any applicable terms of use, terms of the contractual agreement you agreed to when signing up for an account with Uber or any of these Community Guidelines, you can lose access to the Uber apps. (…)
[appellant sub 1] c.s. hebben ieder afzonderlijk op verschillende tijdstippen in juni/juli 2020 per e-mail of via de Rider app en/of Driver app (i) verzoeken om inzage als bedoeld in artikel 15, lid 1 aanhef, AVG in hun door Uber verwerkte persoonsgegevens gedaan alsmede (ii) verzoeken om informatie als bedoeld in artikel 15, lid 1, sub a), b) en c) AVG, (iii) verzoeken om informatie als bedoeld in artikel 15 lid 1, sub h), AVG gelezen in samenhang met artikel 22 AVG en (iv) een verzoek om overdraagbaarheid van gegevens in de zin van artikel 20 AVG. Ten aanzien van dit laatste verzoek hebben zij hun verzoeken in min of meer gelijkluidende bewoordingen als volgt gespecificeerd:
Copies of my personal data Article 20
For data falling within the right to data portability (GDPR, art 20), which includes all data I have provided and which have been indirectly observed about me and where lawful bases for processing include consent or contract, I wish to have that data sent to me in commonly used, structured, machine-readable format, such as a CSV file. A PDF file is not a machine- readable format. accompanied with an intelligible description of all variables.
Uber heeft in reactie op deze verzoeken aan [appellant sub 1] c.s. diverse digitale bestanden verstrekt. Uber heeft bij de antwoorden aan [appellant sub 1] c.s. een toelichting verstrekt, getiteld ‘Guidance Notes’, waarin een overzicht wordt verstrekt van 26 categorieën van verwerkingen van persoonsgegevens met een algemene beschrijving van de daarbij voorkomende persoonsgegevens.