Gerechtshof Amsterdam, 18-03-2025, ECLI:NL:GHAMS:2025:670, 200.317.655/01
Gerechtshof Amsterdam, 18-03-2025, ECLI:NL:GHAMS:2025:670, 200.317.655/01
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 18 maart 2025
- Datum publicatie
- 10 april 2025
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2025:670
- Zaaknummer
- 200.317.655/01
Inhoudsindicatie
itleg Schipholakkoord volgens CAO-norm. Verkorting arbeidstijd of arbeidsduur?
Uitspraak
afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer : 200.317.655/01
zaaknummer rechtbank Amsterdam : 9446454 CV EXPL 21-13521
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 18 maart 2025
inzake
Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV),
gevestigd te Utrecht,
appellante,
advocaat: mr. A.A.M. Broos
t e g e n
1 Trigion Beveiliging B.V.,
geïntimeerden,
advocaat: mr. J.P.H. Zwemmer
Partijen worden hierna FNV en Trigion c.s. genoemd.
1 Het verloop van het geding
FNV heeft bij dagvaarding van 30 september 2022 hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de kantonrechter te Amsterdam van 12 juli 2022, onder bovenvermeld zaaknummer gewezen tussen FNV als eiseres en Trigion c.s. als gedaagden (hierna: het bestreden vonnis).
Partijen hebben daarna de volgende stukken ingediend:
- memorie van grieven met producties;- memorie van antwoord met producties.
Ter zitting van 25 oktober 2023 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. Verschenen zijn partijen, bijgestaan door hun advocaten, die de stellingen van partijen hebben toegelicht ieder aan de hand van schriftelijke notities die zijn overgelegd.
Hierna is de zaak verwezen naar mediation. Partijen hebben vervolgens laten weten dat de mediation is geëindigd zonder resultaat, waarna arrest is gevraagd.
FNV heeft geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en alsnog de vorderingen van FNV in eerste aanleg zal toewijzen, met veroordeling van Trigion c.s. in de proceskosten in beide instanties.
Trigion c.s. heeft geconcludeerd tot bekrachtiging van het bestreden vonnis, met veroordeling van FNV in de proceskosten van het hoger beroep met nakosten en wettelijke rente.
Beide partijen hebben bewijs van hun stellingen aangeboden.
2 Feiten
De kantonrechter heeft onder 1.1 tot en met 1.7 de feiten genoemd die hij tot uitgangspunt heeft genomen. Tegen deze feiten is niet gegriefd. Aangevuld met de overige in hoger beroep gestelde en niet weersproken feiten komt een en ander neer op het volgende.
Op 28 augustus 2018 hebben FNV Beveiliging, CNV Vakmensen en De Unie Security aan de ene kant, en I-Sec Nederland, G4S AS en Securitas Transport & Aviation Security aan de andere kant het zogenaamde Schiphol-akkoord gesloten. Daarin zijn afspraken gemaakt over de arbeidsvoorwaarden van de beveiligers, werkzaam voor het contract met de luchthaven Schiphol in het kader van de Beveiliging Burgerluchtvaart (hierna: de Schiphol-medewerkers).
De bepaling in het Schiphol-akkoord waar het in dit geding om gaat, luidt als volgt:
“2. ArbeidsduurDe arbeidsduur op fulltime basis wordt per 1 januari 2021 verkort van 152 uur naar 148 uur per loonperiode. Voorts zal per 1 januari 2022 de arbeidsduur nogmaals worden verkort van 148 uur naar 144 uur per loonperiode op fulltime basis. Deze afspraak is gefinancierd binnen de loonruimte van deze afspraken set.”
Deze bepaling is vervolgens opgenomen in de CAO Particuliere Beveiliging (looptijd 1 juli 2018 tot en met 30 juni 2023, hierna: CAO PB). Van deze cao bestaan verschillende tekstversies, zonder dat daarmee een inhoudelijke wijziging is beoogd. Het hof zal hierna uitgaan van de versie die door appellant worden aangeduid als ‘Jip en Janneke versie’.
“Artikel 98: ArbeidsduurJe arbeidsduur wordt verkorta. Dit geldt als je werkt binnen de Schipholtender onder het Beveiligingsplan burgerluchtvaart.b. Je fulltime arbeidsduur wordt dan als volgt verkort: - per 1 jan 2021: van 152 naar 148 per loonperiode- per 1 jan 2022: van 148 naar 144 per loonperiode.”
Per 1 januari 2023 is de verkorting van de arbeidsduur van 152 uur per loonperiode naar 144 uur per loonperiode ingevoerd voor alle werknemers die vallen onder de werkingssfeer van de cao, dus niet alleen de beveiligers die werkzaam zijn binnen de Schipholtender. Op 17 oktober 2022 hebben cao-partijen daartoe ‘Uitvoeringsafspraken bij cao 2018-2013’ gemaakt, die zijn neergelegd in Hoofdstuk 17 van de CAO PB:
“Protocol IV Roosters(...)Teneinde meer hersteltijd binnen de roosters mogelijk te maken wordt de arbeidstijd, met behoud van het op dat moment geldende salaris op basis van 152 uur, terug gebracht naar 144 uur per loonperiode met ingang van loonperiode 1 2023. Deze aanpassing geldt niet voor werknemers die vallen onder artikel 3 van de cao.”
Trigion c.s. zijn lid van De Nederlandse Veiligheidsbranche, de werkgeversorganisatie die partij is bij de CAO PB.
Tussen partijen is discussie ontstaan over de wijze waarop uitvoering moet worden gegeven aan de afspraak in artikel 98 CAO PB over de periode 2021 en 2022, en alleen ten aanzien van de beveiligers op Schiphol. Trigion c.s. heeft in die jaren aldus jegens hen uitvoering aan de afspraak gegeven dat zij vanaf 1 januari 2021 per loonperiode vier zogenoemde ‘Schiphol-uren’ toegekend kregen, en vanaf 1 januari 2022 nogmaals vier. Schiphol-uren zijn uren gedurende welke de betreffende medewerkers niet hoeven te werken maar wel hun loon krijgen doorbetaald. Volgens FNV is daarmee feitelijk geen sprake van arbeidsduurverkorting, maar had Trigion c.s. het aantal contracturen per loonperiode moeten verminderen, hetgeen zou hebben geleid tot een stijging van het uurloon (hetgeen tot gevolg heeft dat alle toeslagen berekend hadden moeten worden over dit hogere uurloon).