Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 20-12-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:11208, 200.217.426
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 20-12-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:11208, 200.217.426
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 20 december 2017
- Datum publicatie
- 20 februari 2018
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2017:11208
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2018:2305, (Gedeeltelijke) vernietiging met verwijzen
- Zaaknummer
- 200.217.426
Inhoudsindicatie
Na toestemming UWV zegt werkgever arbeidsovereenkomst op de a-grond op. Werknemer verzoekt transitievergoeding. Na verstrijken vervaltermijn 7:686a lid 4 BW doet werkgever bij wege van verweer beroep op overbruggingsregeling transitievergoeding kleine werkgevers artikel 7:673d BW. Vervaltermijn is van openbare orde. Gelet op wettelijke systeem is verweer dan niet meer mogelijk.
Uitspraak
locatie Arnhem
afdeling civiel recht, handel
zaaknummer gerechtshof 200.217.426
(zaaknummers rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, 5550086)
beschikking van 20 december 2017
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Botobe B.V.,
gevestigd te Arnhem,
verzoekster in hoger beroep,
in eerste aanleg: verweerster in het verzoek, verzoekster in het tegenverzoek,
hierna: Botobe,
advocaat: mr. H.I. van den Heuvel,
tegen:
[verweerder]
,
wonende te [A] ,
verweerder in hoger beroep,
in eerste aanleg: verzoeker in het verzoek, verweerder in het tegenverzoek,
hierna: [verweerder] ,
advocaat: mr. T.P. Boer.
1 1. Het geding in eerste aanleg
Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van de beschikkingen van
14 februari 2017 en 12 april 2017, die de kantonrechter (rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem) tussen partijen heeft gegeven.
2 Het geding in hoger beroep
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het beroepschrift van Botobe met de stukken van de eerste aanleg en een nieuwe productie, ingekomen bij de griffie van het hof op 7 juni 2017;
- het verweerschrift in hoger beroep;
- de op 13 oktober 2017 gehouden mondelinge behandeling, waarbij de advocaat van Botobe pleitnotities heeft overgelegd.
Na afloop van de mondelinge behandeling heeft het hof uitspraak bepaald op
6 december 2017, welke datum nadien is verlengd tot heden.
Botobe verzoekt in hoger beroep - kort samengevat - dat het hof de bestreden beschikkingen zal vernietigen en, opnieuw recht doende, primair de verzoeken van [verweerder] zal afwijzen, subsidiair het verzoek zal toewijzen tot een bedrag van € 1.983,- bruto, meer subsidiair het verzoek zal toewijzen tot een bedrag van € 7.106,- bruto, en daarbij (subsidiair en meer subsidiair) het verzoek om de beschikking uitvoerbaar bij voorraad te verklaren, zal afwijzen, dan wel daaraan de voorwaarde te verbinden dat [verweerder] voor het toe te wijzen bedrag zekerheid dient te stellen, alles met veroordeling van [verweerder] in de kosten van het geding in beide instanties.
3 De vaststaande feiten
[verweerder] , geboren [in] 1962, is [in] 2005 als verkoopmedewerker in dienst getreden bij de besloten vennootschap Belly-B B.V. te Nijmegen. Nadat (de rechtsopvolgster van) Belly-B B.V. in juli 2014 in staat van faillissement was verklaard, is [verweerder] in dienst getreden van Botobe. (Indirect) aandeelhoudster van zowel (de rechtsopvolgster van) Belly-B B.V. als Botobe is mevrouw [B] . Het laatstverdiende salaris van [verweerder] bedroeg € 1.836,07 bruto per maand, te vermeerderen met 8% vakantietoeslag.
Op 18 juli 2016 heeft Botobe aan het UWV toestemming gevraagd om de arbeidsovereenkomst met [verweerder] op te zeggen. Op diezelfde dag heeft Botobe bij het UWV een aanvraag verklaring overbruggingsregeling transitievergoeding ingediend.
Het UWV heeft op 26 augustus 2016 Botobe toestemming gegeven de arbeidsovereenkomst met [verweerder] op te zeggen. Bij brief van diezelfde dag heeft het UWV een verklaring overbruggingsregeling transitievergoeding afgegeven, waarin wordt vermeld dat Botobe niet aan de voorwaarden voor deze regeling voldoet.
Bij brief van 30 augustus 2016 heeft Botobe de arbeidsovereenkomst opgezegd tegen 30 september 2016.
Botobe heeft aan [verweerder] geen transitievergoeding betaald.