Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 14-03-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:2401, 200.202.434
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 14-03-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:2401, 200.202.434
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 14 maart 2017
- Datum publicatie
- 23 maart 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2017:2401
- Formele relaties
- Einduitspraak: ECLI:NL:GHARL:2017:6907
- Zaaknummer
- 200.202.434
Inhoudsindicatie
Arbeidszaak, Wwz. Kantonrechter heeft verzoek tot vernietiging ontslag op staande voet afgewezen en op verzoek van werkgever gefixeerde schadevergoeding toegewezen ter hoogte van het loon over de door werkgever in acht te nemen opzegtermijn.
In hoger beroep is het hof van oordeel dat de werkgever voorshands de dringende reden voldoende aannemelijk heeft gemaakt, behoudens tegenbewijs waartoe werknemer wordt toegelaten. Indien dat negatief voor werknemer uitpakt, is hij een lagere gefixeerde schadevergoeding verschuldigd. Deze wordt bepaald door de opzegtermijn die in acht genomen had moeten worden door de schadeplichtige partij, zoals ook onder het oude recht gold: art. 7A:1639r (oud) BW, en dat is sindsdien niet gewijzigd.
Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Arnhem
afdeling civiel recht, handel
zaaknummer gerechtshof 200.202.434
(zaaknummers rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, 4894812 en 4894871)
beschikking van 14 maart 2017
in de zaak van
[verzoeker] ,
wonende te [plaatsnaam] ,
verzoeker in hoger beroep,
in eerste aanleg: verzoeker, verweerder in het (voorwaardelijk) tegenverzoek,
hierna: [verzoeker],
advocaat: mr. P.F. van Esseveldt,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
United Parcel Service Nederland B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verweerster in hoger beroep,
in eerste aanleg: verweerster, tevens verzoekster in het (voorwaardelijk) tegenverzoek,
hierna: UPS,
advocaat: mr. J.P.H. Zwemmer.
1 Het geding in eerste aanleg
In eerste aanleg is geprocedeerd en beslist zoals weergegeven in de beschikking van
27 juli 2016 van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, waarbij de kantonrechter het verzoek van [verzoeker] tot vernietiging van het ontslag op staande voet heeft afgewezen en de door UPS verzochte gefixeerde schadevergoeding heeft toegewezen, een en ander met veroordeling van [verzoeker] in de proceskosten.
2 Het geding in hoger beroep
Het verloop van de procedure is als volgt:
- het beroepschrift van [verzoeker] met stukken van de eerste aanleg, ter griffie ontvangen op 27 oktober 2016;
- het verweerschrift in hoger beroep van UPS, met producties;
- een namens [verzoeker] toegezonden proces-verbaal van aangifte van belediging;
- de op 13 januari 2017 gehouden mondelinge behandeling, waarbij beide partijen pleitnotities hebben overgelegd. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [verzoeker] aan het hof een USB-stick met de reeds in eerste aanleg in het geding gebrachte camerabeelden overgelegd.
Vervolgens heeft het hof UPS verzocht de salarisspecificaties van [verzoeker] over 2015 over te leggen, waarna eerst [verzoeker] en daarna UPS mocht reageren op de daarop vermelde vakantiedagen in relatie tot de door UPS bij haar verweerschrift in hoger beroep overgelegde vakantiekaart. Partijen hieraan op respectievelijk 16 januari 2017, 20 januari 2017 en 25 januari 2017 voldaan.
Het hof heeft uitspraak bepaald op 14 maart 2017.
[verzoeker] heeft verzocht de beschikking van de kantonrechter te vernietigen, en opnieuw rechtdoende, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, te bepalen dat de arbeidsovereenkomst ten onrechte is opgezegd en
- primair UPS te veroordelen de arbeidsovereenkomst te herstellen onder verbeurte van een dwangsom,
- subsidiair [verzoeker] een vergoeding toe te kennen die het hof billijk acht,
- onder veroordeling van UPS in de proceskosten van beide instanties.
3 De feiten
Tegen de door de kantonrechter vastgestelde feiten is geen beroepsgrond gericht. Aangevuld met wat in hoger beroep is komen vast te staan, zijn de feiten als volgt.
UPS is een wereldwijd opererende koeriersdienst van gespecialiseerde logistieke- en transportservices. Bij UPS in Nederland zijn ongeveer 140 werknemers werkzaam.
[verzoeker] , [geboortedatum] , is op 1 mei 2002 in dienst van (de rechtsvoorgangster van) UPS getreden en was laatstelijk in de functie van Teamleader Reload werkzaam in het UPS Center te [plaatsnaam] tegen een brutoloon van € 2.869,69 per maand exclusief 8% vakantiebijslag en overige emolumenten. Op de arbeidsovereenkomst is de CAO voor het Beroepsgoederenvervoer over de weg van toepassing.
Naast [verzoeker] was in het UPS Center te [plaatsnaam] een tweede Teamleader werkzaam, [teamleider 2] . Als Teamleader Reload gaf [verzoeker] samen met die collega leiding aan circa 40 loodsmedewerkers. In die rol was [verzoeker] verantwoordelijk voor de aansturing van de sortering van de pakketten naar de verschillende bestemmingen. In het kantoorgedeelte van de loods van het UPS Center te [plaatsnaam] werkte onder meer [center clerk] als Center Clerk.
Sinds januari 2015 ontving UPS verschillende malen klachten van klanten over het ontbreken van telefoons en andere zaken in pakketten. Op 21 december 2015 ontving UPS van haar klant [bedrijf 1] een klacht over drie via het UPS Center te [plaatsnaam] verzonden pakketten waaruit telefoons waren verdwenen. Na onderzoek door de Security Investigator van UPS, [security investigator] , bleken de telefoons te zijn verdwenen uit op 27 oktober, 3 en 18 december 2015 verzonden pakketten van [bedrijf 1] . In de pakketten van 3 en 18 december 2015 ontbraken (volgens de aangifte) respectievelijk zes Samsung telefoons en tien iPhones. Vervolgens heeft de interne afdeling Security van UPS onderzoek verricht, welk onderzoek bestond uit het analyseren van de scan history van de pakketten en het opzoeken, bekijken en analyseren van de camerabeelden van de loods waarin deze pakketten werden verwerkt. De camerabeelden van 27 oktober 2015 waren inmiddels gewist. Na analyse van de camerabeelden van 3 en 18 december 2015 heeft de afdeling Security op 12 januari 2016 de personen gehoord die in aanraking zijn geweest met de pakketten van 3 en 18 december 2015, namelijk [verzoeker] , [teamleider 2] en [center clerk] . Met [center clerk] heeft de afdeling Security op 13 januari 2016 nog een tweede gesprek gevoerd.
Na het verhoor op 12 januari 2016 heeft [verzoeker] een door [security investigator] opgemaakte verklaring ondertekend waarin [verzoeker] onder meer verklaart dat hij niet heeft gestolen.
UPS heeft [verzoeker] op 12 januari 2016 op non-actief gesteld.
Op 14 januari 2016 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen [verzoeker] en - namens UPS - security supervisor [security supervisor] en de manager van [verzoeker] , [manager] . [verzoeker] is diezelfde dag op staande voet ontslagen. Het ontslag is aan [verzoeker] bevestigd bij e-mail en (aangetekende) brief van dezelfde datum. In deze e-mail/brief deelt UPS [verzoeker] onder meer mee:
"Op dinsdag 12 januari 2016 heeft er een gesprek plaatsgevonden tussen u en namens UPS [persoon 1] en [persoon 2] .
Dit gesprek vond plaats naar aanleiding van de vermissing van de inhoud van een tweetal pakketten, met trackingnummers: [pakket 1] en [pakket 2] . Doel van dit gesprek was u de vermissingen mededelen. Daarnaast wilde UPS u horen over voornoemde feiten. (…)
UPS heeft contact gehad met de klant. De klant heeft verklaard dat ten aanzien van beide leveringen
een deel van de inhoud van het pakket ontbrak. Bovendien kwam bij beide leveringen de verpakking niet overeen met de originele verpakking. De klant heeft aangegeven dat in het pakket d.d. 3 december 2015 6 telefoons (Samsung G531F) ontbraken en dat het op een andere manier is dicht getaped, als het origineel. Tevens heeft de klant aangegeven dat in het pakket d.d. 18 december 2015 10 telefoons (Iphone 6 S plus 64GB Gold) ontbraken en dat dit pakket in een hele andere verpakking is bezorgd, namelijk in een UPS express box.
Op basis van bovenstaande informatie heeft UPS aanleiding gezien om camerabeelden te bekijken. Op de camerabeelden d.d. 3 december 2015 is te zien dat u opdracht geeft aan een loodsmedewerker om, zonder reden, een pakket van de band te halen. U bedekt dit pakket met een aantal andere pakketen. Vervolgens haalt u enkele minuten later het label (way bill) van het pakket en houdt u deze bij zich. Na deze handeling geeft u de loodsmedewerker de opdracht om het pakket, zonder label, terug te plaatsen op de lopende band. Tot slot heeft u uw collega Team leader geroepen om het pakket wederom van de lopende band te halen.
Het desbetreffende pakket wordt pas na de sort, terwijl dit niet volgens de regels is, na aanwijzingen van u naar het kantoorgedeelte gebracht waar alle pakketten met een exceptie worden behandeld (in dit geval ontbreekt het label). Na een periode van ongeveer 1,5 uur, wordt het pakket weer de loods ingebracht (zonder label). Het pakket heeft echter niet meer de originele verpakking, aangezien duidelijk zichtbaar is dat het pakket aan één zijde volledig is dicht getaped (dit was niet het geval toen het pakket naar het kantoorgedeelte werd gebracht). Gedurende deze periode van 1,5 uur bent u de gehele periode in het kantoorgedeelte geweest, samen met uw collega Team leader.
Deze handelswijze is hoogst opmerkelijk aangezien dit pakket nu geen service heeft kunnen maken. Dit terwijl er geen enkele reden was om het pakket in eerste instantie gedurende een langere periode niet te behandelen, om het pakket van de band af te halen, het label te verwijderen en het te laten verpakken in een andere verpakking.
Vervolgens is zichtbaar dat het pakket in de douane kooi wordt opgeslagen, terwijl dit niet de procedure is. Het pakket had namelijk in de hold kooi moeten worden opgeslagen.
De volgende dag d.d. 4 december 2015 is het pakket weer in het normale proces opgenomen, is het
originele label (wat u eraf heeft gehaald) gescand en is het pakket geladen in een feeder vrachtwagen.
Uiteindelijk is het pakket bezorgd bij de klant, echter ontbraken 6 telefoons.
Tevens zijn de camerabeelden van het pakket d.d. 18 december 2015 bekeken. Het gaat om eenzelfde
soort pakket als het pakket d.d. 3 december 2015. Op de beelden is wederom uw betrokkenheid te zien. U bent getuige van het feit dat dit pakket tijdens de sortering apart wordt gehouden. Vervolgens wordt het pakket wederom naar het kantoorgedeelte gebracht, terwijl hier geen enkele reden voor is, aangezien het pakket goed is ingepakt en er geen exceptie is voor dit pakket.
Vervolgens blijkt uit de beelden dat u een plat gevouwen lege UPS express box verpakking brengt naar het kantoorgedeelte. 3-4 minuten later komt deze UPS express box naar buiten, met blijkbaar een gedeelte van de inhoud van het pakket daarin. Dit pakket wordt daarna op de juiste manier verwerkt, het wordt gescand en geladen in een feeder vrachtwagen.
De klant heeft bevestigd dat het restant van de goederen de volgende dag zijn afgeleverd in de UPS
express box (en dus niet in de originele verpakking). Er ontbraken 10 telefoons.
UPS heeft u en meerdere collega’s gehoord over bovenstaande feiten. Tijdens deze verhoren zijn er
feiten en details duidelijk geworden welke uw rol bevestigen.
UPS heeft een belastende verklaring ontvangen, waarin duidelijk wordt dat u reeds meerdere jaren
opdracht geeft om pakketten, zonder dat daar een geldige reden voor is, open te maken en vervolgens
opnieuw in te pakken. Zodra het pakket open is, bekijkt u de inhoud en besluit u of u een gedeelte van de inhoud wegneemt.
Ten aanzien van eerder genoemde pakketten is verklaard dat u een gedeelte van de inhoud heeft
meegenomen te weten telefoons. Tevens heeft u uw collega aangeboden om ook een telefoon mee te
nemen.
Tijdens het gesprek tussen u en namens UPS [persoon 1] en [persoon 2] op 12 januari 2016 heeft u verklaard dat u op de hoogte bent van de diefstallen, echter ontkent u hierbij betrokken te zijn. (…)
Aangezien u op geen van bovenstaande feiten en omstandigheden een plausibel antwoord heeft kunnen geven is besloten u per direct op d.d. 12 januari 2016 op non-actief te stellen, met behoud van loon gedurende het onderzoek.
Nadat UPS aanvullend onderzoek heeft gedaan is er op 14 januari 2016 wederom een gesprek met u
geweest (…).
Tijdens dit gesprek zijn nogmaals bovenstaande feiten benoemd en is u om een reactie gevraagd.
Wederom heeft u geen inhoudelijke reactie kunnen geven en heeft u enkel gezegd dat u geen spullen heeft meegenomen.
Vervolgens is u medegedeeld dat, kijkend naar bovenstaande feiten en constateringen UPS heeft besloten uw dienstverband per direct te beëindigen. Uw handelswijze is voor UPS namelijk volstrekt onacceptabel en u heeft het vertrouwen van UPS zeer ernstig geschaad. Niet alleen heeft u meerdere malen spullen meegenomen van onze klanten, tevens heeft u andere collega’s hierbij betrokken.
UPS beschouwd uw handelswijze als een dringende reden voor ontslag op staande voet. (…)
UPS houdt u verantwoordelijk voor alle schade die eventueel nog voortvloeit uit uw handelswijze en de gevolgen hiervan. (…)
Voor zover u dat niet al hebt gedaan, wordt u dringend verzocht onmiddellijk, doch uiterlijk 18 januari 2016, in overleg met uw manager [manager] , alle aan UPS toebehorende bedrijfseigendommen in te leveren."
3.9 Ook [teamleider 2] en [center clerk] zijn door UPS op staande voet ontslagen.
Op 19 januari 2016 heeft [security investigator] , namens UPS en namens [bedrijf 1] als benadeelde, bij de politie aangifte gedaan van verduistering (in dienstbetrekking) door onder andere [verzoeker] . Van die aangifte is proces-verbaal opgemaakt.