Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-07-2023, ECLI:NL:GHARL:2023:6290, 200.307.572

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-07-2023, ECLI:NL:GHARL:2023:6290, 200.307.572

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
25 juli 2023
Datum publicatie
6 maart 2024
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2023:6290
Zaaknummer
200.307.572

Inhoudsindicatie

Deelgeschil. Eigenaar van een schoonmaakbedrijf heeft bij werkzaamheden in een vleeswerkingsfabriek letsel opgelopen. Hof oordeelt dat de eigenaar (als niet-werknemer van de fabriek) een beroep kan doen op artikel 7:658 lid 4 BW.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem, afdeling civiel

zaaknummer gerechtshof 200.307.572

zaaknummer rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht: 9621088

arrest van 25 juli 2023

in de zaak van

1 Poeliersbedrijf [appellant1] B.V,

die is gevestigd in [vestigingsplaats] ,

2. Nationale Nederlanden N.V.,

die is gevestigd in Den Haag,

die hoger beroep hebben ingesteld

en bij de rechtbank optraden als eisende partijen,

hierna: ieder afzonderlijk [appellant1] en NN,

advocaat: mr. W.A.M. Rupert,

tegen

[geïntimeerde] ,

die woont in [woonplaats1] ,

en bij de rechtbank optrad als gedaagde partij,

hierna: [geïntimeerde] ,

advocaat: mr. J.Knaap.

1 Het verloop van de procedure in hoger beroep

Naar aanleiding van het arrest van 13 september 2022 heeft op 26 april 2023 een mondelinge behandeling bij het hof plaatsgevonden. Daarvan is een verslag gemaakt dat aan het dossier is toegevoegd (het proces-verbaal). Hierna hebben partijen het hof gevraagd opnieuw arrest te wijzen.

2 De kern van de zaak

2.1.

[geïntimeerde] is eigenaar van een schoonmaakbedrijf. Hij heeft bij werkzaamheden in de vleeswerkingsfabriek van [appellant1] letsel opgelopen waarvoor hij [appellant1] aansprakelijk heeft gesteld. In dit stadium van de procedure gaat het uitsluitend om de vraag of [geïntimeerde] , als niet-werknemer van [appellant1] , een beroep kan doen op artikel 7:658 lid 4 BW. Deze bepaling verklaart de voor werknemers gunstige regeling van de aansprakelijkheid van de werkgever voor arbeidsongevallen van toepassing op met werknemers gelijk te stellen personen.

2.2.

[geïntimeerde] heeft bij de kantonrechter in een zogenaamde deelgeschilprocedure gevorderd

dat voor recht wordt verklaard dat hij - voor de bij [appellant1] verrichte werkzaamheden - binnen de reikwijdte van artikel 7:658 lid 4 BW valt. De kantonrechter heeft deze verklaring gegeven.

2.3.

In de bodemprocedure die [appellant1] en NN vervolgens zijn begonnen hebben zij verlof gevraagd en gekregen om tegen dat oordeel van de kantonrechter tussentijds in hoger beroep te gaan. De bedoeling van dit tussentijds hoger beroep is dat de toegewezen verklaring voor recht alsnog worden afgewezen, of dat het hof zal verklaren dat artikel 7:658 lid 4 BW niet van toepassing is op het ongeval van [geïntimeerde] .

3 Het oordeel van het hof

4 De beslissing