Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 18-06-2024, ECLI:NL:GHARL:2024:4102, 200.338.849/01
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 18-06-2024, ECLI:NL:GHARL:2024:4102, 200.338.849/01
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 18 juni 2024
- Datum publicatie
- 25 juni 2024
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2024:4102
- Zaaknummer
- 200.338.849/01
Inhoudsindicatie
Wwz. Ontslag op staande voet wegens niet op tijd terugkeren na vakantie. Hof acht anders dan kantonrechter wel dringende reden aanwezig. Werknemer heeft ten onrechte niet onderzocht of hij na auto-ongeval op de heenreis op andere wijze tijdig terug kon keren en heeft ten onrechte geen contact met de werkgever opgenomen over de problemen met zijn auto. Werknemer mag wel de transitievergoeding behouden.
Uitspraak
locatie Leeuwarden, afdeling civiel
zaaknummer gerechtshof 200.338.849/01
zaaknummers rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, 10722954 en 10753291
beschikking van 18 juni 2024
in de zaak van
Interboat Shipyard B.V.
gevestigd te Zwartsluis,
die hoger beroep heeft ingesteld,
bij de kantonrechter: verweerster, die ook een eigen verzoek had ingediend,
hierna: Interboat,
advocaat: mr. F.J. Bloem-Timmermans die kantoor houdt in Zwolle,
tegen
[geïntimeerde] ,
die woont in [woonplaats1] ,
die ook zelf (incidenteel) hoger beroep heeft ingesteld,
bij de kantonrechter: verzoeker, tevens verweerder in het verzoek van Interboat,
hierna: [geïntimeerde],
advocaat: mr. H. Hulshof die kantoor houdt in Emmeloord.
1 Het verloop van de procedure in hoger beroep
Interboat heeft hoger beroep ingesteld van de beschikking van de kantonrechter in de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle (hierna: de kantonrechter) van 13 december 2023.
Het verloop van de procedure is als volgt:
- het beroepschrift van Interboat, ter griffie ontvangen op 11 maart 2024;
- het verweerschrift (tevens incidenteel hoger beroepschrift) van [geïntimeerde] , ontvangen op 1 mei 2024;
- het verweerschrift in incidenteel hoger beroep, ontvangen op 10 mei 2024;
- de op 24 mei 2024 gehouden mondelinge behandeling, waarbij Interboat een pleitnotitie heeft overgelegd. Van de mondelinge behandeling is een verslag (proces-verbaal) gemaakt dat aan het dossier is toegevoegd.
Na afloop van de mondelinge behandeling heeft het hof beschikking bepaald op 8 juli 2024 of zoveel eerder als mogelijk is.
2 De kern van de zaak
Interboat heeft [geïntimeerde] op staande voet ontslagen omdat hij niet op tijd is teruggekeerd van vakantie. [geïntimeerde] heeft in het ontslag berust. De kantonrechter heeft geen dringende reden aanwezig geoordeeld en heeft Interboat veroordeeld tot betaling van de verzochte transitievergoeding en vergoeding wegens onregelmatige opzegging. De ook nog verzochte billijke vergoeding is op nihil gesteld. De door Interboat (in een afzonderlijk verzoekschrift) verzochte gefixeerde schadevergoeding heeft de kantonrechter afgewezen.
Interboat wil dat de verzoeken van [geïntimeerde] alsnog worden afgewezen en dat de door haar verzochte gefixeerde schadevergoeding alsnog wordt toegewezen. [geïntimeerde] wil in incidenteel appel dat alsnog een billijke vergoeding als door hem verzocht wordt toegekend.
Het hof is van oordeel dat het ontslag berust op een geldige dringende reden. De vergoeding wegens onregelmatig ontslag wordt afgewezen en de gefixeerde schadevergoeding wordt toegewezen. Het hof kent net als de kantonrechter wel de transitievergoeding toe.
Het hof zal die beslissingen hierna motiveren nadat eerst de relevante feiten zijn weergegeven.
3 De feiten
[geïntimeerde] is op 1 mei 2008 in dienst getreden van Interboat als [functie] . Interboat exploiteert in Zwartsluis een werf waar motorboten worden gebouwd en onderhouden. [geïntimeerde] is geboren in 1973 en werkte 40 uur per week (van maandag tot en met donderdag) en werkte op vrijdag veelvuldig over. Zijn (basis)loon bedroeg € 3.000,- bruto per maand. Op de arbeidsovereenkomst is de Hiswa-Recron Cao van toepassing (verder: de cao).
[geïntimeerde] heeft de Poolse nationaliteit en is de Nederlandse taal niet machtig. Bij Interboat werken meer Poolse werknemers.
Interboat heeft in oktober 2022 haar medewerkers meegedeeld dat de collectieve vakantiesluiting in 2023 zal plaatsvinden in de weken 32 en 33 en dat werknemers de vakantie met één week kunnen verlengen (in week 31 of week 34).
[geïntimeerde] heeft in mei 2023 vakantie aangevraagd voor de weken 30 tot en met 33 van dat jaar. Dit verzoek is niet ingewilligd. Op 1 juni 2023 heeft hierover (en over andere onderwerpen) met behulp van een vertaalster een gesprek plaatsgevonden tussen [geïntimeerde] en de bedrijfsleider. Interboat heeft toegelicht dat vanwege grote drukte de vakantieaanvraag niet werd ingewilligd. In een brief van 15 juni 2023 (met Poolse vertaling) heeft Interboat dit bevestigd en daarbij geschreven dat [geïntimeerde] had aangegeven het hier niet mee eens te zijn. Als [geïntimeerde] toch vier weken op vakantie zou gaan, zou dat ernstige gevolgen hebben.
Op 19 juli 2023 heeft opnieuw een gesprek plaatsgevonden waarbij [geïntimeerde] toestemming heeft gekregen om vanaf week 30 drie weken met vakantie te gaan, maar dat hij in week 33 van maandag tot en met donderdag weer aan het werk moest. Daarbij werd herhaald dat als hij toch vier weken aaneengesloten met vakantie ging, dit ernstige gevolgen voor hem zou hebben. Dit is in een brief (met Poolse vertaling) van 20 juli 2023 aan [geïntimeerde] bevestigd.
[geïntimeerde] heeft op de heenreis naar zijn vakantieadres op vrijdag 21 juli 2023, in Polen, een auto-ongeval gehad. [geïntimeerde] heeft op zondag 23 juli 2023 een Poolse collega gebeld en gevraagd of deze aan Interboat wilde meedelen dat hij een ongeval heeft gehad. Die collega heeft aan dat verzoek voldaan.
[geïntimeerde] heeft zijn auto op maandag 24 juli 2023 naar een garagebedrijf in de buurt van zijn vakantieverblijfplaats gebracht.
[geïntimeerde] heeft op 26 juli 2023 een arts bezocht. Deze heeft licht nekletsel geconstateerd, als gevolg waarvan [geïntimeerde] tot 2 augustus 2023 arbeidsongeschikt zou zijn. [geïntimeerde] heeft deze medische verklaring per e-mail aan Interboat toegezonden. Interboat heeft deze aan haar arbodienst ter hand gesteld. De arbodienst heeft getracht contact op te nemen met [geïntimeerde] , maar het telefoonnummer dat in de personeelsadministratie van Interboat stond bleek niet meer te kloppen.
Op maandag 14 augustus 2023 (week 33) heeft [geïntimeerde] zich niet op zijn werk gemeld. Interboat heeft die dag een brief aan hem verstuurd (ook per e-mail), voorzien van Poolse vertaling, waarin hem één laatste kans werd gegeven, om op de volgende dag op het werk te verschijnen waarbij met ontslag op staande voet werd gedreigd als hij hieraan geen gevolg gaf.
[geïntimeerde] heeft zijn auto op woensdag 16 augustus 2023 om 10.00 uur bij de garage opgehaald. Hij is op donderdag 17 augustus 2023 ’s avonds aan de terugreis van Polen naar Nederland begonnen en is op vrijdag 18 augustus 2023 in Nederland teruggekeerd. Op die dag heeft Interboat hem op staande voet ontslagen. In de ontslagbrief van 18 augustus 2023 staat als dringende reden vermeld dat [geïntimeerde] zich niet aan de afspraken heeft gehouden en dat sprake is van werkweigering c.q. ongeoorloofde afwezigheid. Verder wordt aangegeven dat [geïntimeerde] wegens verwijtbaar gedrag geen recht heeft op een transitievergoeding en dat Interboat recht heeft op een schadevergoeding, maar dat zij daarvan afziet als [geïntimeerde] zich bij het ontslag neerlegt.
[geïntimeerde] heeft per oktober 2023 ander werk gevonden in Zwartsluis. Hij heeft tussen 18 augustus 2023 en de indiening van het verzoek bij de kantonrechter op 15 september 2023 geen contact meer gehad met Interboat.