Gerechtshof Den Haag, 20-05-2025, ECLI:NL:GHDHA:2025:1175, 200.349.323/01
Gerechtshof Den Haag, 20-05-2025, ECLI:NL:GHDHA:2025:1175, 200.349.323/01
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 20 mei 2025
- Datum publicatie
- 30 juli 2025
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2025:1175
- Zaaknummer
- 200.349.323/01
Inhoudsindicatie
Beëindiging van de arbeidsovereenkomst tussen partijen op de i-grond (op basis van de omstandigheden genoemd in de d- en g-grond) met toekenning van de maximale vergoeding als bedoeld in artikel 7:671b lid 8 BW.
Uitspraak
Civiel recht
Team Handel
Zaaknummer hof : 200.349.323/01
Zaak- en rekestnummer rechtbank : 10922639 VZ VERZ 24-1047
Beschikking van 20 mei 2025
in de zaak van
Stichting MaasWonen,
gevestigd in Rotterdam,
verzoekster,
advocaat: mr. M.N. Guntenaar, kantoorhoudend in Utrecht,
tegen
[verweerder] ,
wonend in [woonplaats] ,
verweerder,
advocaat: mr. H.J. van Amerongen, kantoorhoudend in 's-Hertogenbosch.
Het hof noemt partijen hierna MaasWonen en [verweerder] .
1 De zaak in het kort
In deze zaak moet worden beoordeeld of de arbeidsovereenkomst tussen partijen al dan niet moet eindigen wegens disfunctioneren van de werknemer (de d-grond) en/of een verstoorde arbeidsverhouding (de g-grond). Het hof oordeelt dat de arbeidsovereenkomst moet eindigen op grond van een combinatie van omstandigheden genoemd in beide gronden, omdat van de werkgever in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren (de i-grond).
2 Procesverloop in hoger beroep
Bij beroepschrift, met bijlagen, ter griffie ingekomen op 24 december 2024 is MaasWonen in hoger beroep gekomen van de beschikkingen van de kantonrechter in de rechtbank Rotterdam van 8 mei 2024 en 2 oktober 2024.
[verweerder] heeft een verweerschrift, met een bijlage, ingediend dat op 17 maart 2025 is ontvangen ter griffie van het hof.
Partijen hebben hun standpunten uiteengezet tijdens de mondelinge behandeling op 7 april 2025.
Voorafgaand aan de mondelinge behandeling hebben partijen de volgende stukken toegestuurd:
- -
-
bijlagen 11 tot en met 15 door MaasWonen;
- -
-
bijlagen 7 tot en met 9 door [verweerder] ;
- -
-
bijlage 16 door MaasWonen.
Van de mondelinge behandeling is een proces-verbaal opgemaakt, dat zich bij de stukken bevindt. Vervolgens is een datum voor de beschikking bepaald.
3 Feitelijke achtergrond
De kantonrechter heeft in de tussenbeschikking van 8 mei 2024 onder 2.1 tot en met 2.4 de feiten vastgesteld die hij tot uitgangspunt heeft genomen. Deze feiten zijn in hoger beroep niet in geschil en dienen derhalve ook het hof als uitgangspunt. Samengevat en waar nodig aangevuld met andere feiten die als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende betwist zijn komen vast te staan, komen de feiten neer op het volgende.
MaasWonen drijft een onderneming die zich bezig houdt met de verdeling van onder meer de verhuur van woningen en andere onroerende zaken.
[verweerder] is op 16 april 2018 voor onbepaalde tijd bij de rechtsvoorganger van MaasWonen in dienst getreden. Op de arbeidsovereenkomst is van toepassing de cao Woondiensten (hierna: de cao). De huidige functie van [verweerder] is [functie 1] .
[verweerder] heeft begin 2022 een liquiditeitstekort niet tijdig gemeld waardoor een lening aan de Nederlandse Waterschapsbank N.V. van 3,4 miljoen euro niet tijdig kon worden afgelost. MaasWonen heeft [verweerder] hiervoor op 4 februari 2022 een officiële waarschuwing gegeven.
Op 1 maart 2022 zijn partijen een verbetertraject voor de duur van zes maanden gestart. Partijen hebben met elkaar afgesproken dat [verweerder] voor het einde van het verbetertraject een merkbare en structurele verbetering in zijn functioneren moest laten zien op de volgende ontwikkelpunten:
“(...)
1. u treedt op geen enkele wijze nog buiten uw bevoegdheden;
2. u informeert het bestuur en de treasurycommissie steeds tijdig en volledig over alle relevante zaken;
3. u ziet erop toe dat maandelijks een adequate liquiditeitsprognose wordt opgesteld;
4. u houdt een juist en volledig overzicht van de betalingsverplichtingen van MaasWonen op korte en lange termijn bij;
5. u ziet erop toe dat eens per kwartaal een adequate analyse van de begrotingsrealisatie plaatsvindt;
6. u communiceert zowel in woord als geschrift transparant, duidelijk en of respectvolle wijze met zowel meerderen als uw ondergeschikten;
7. u zet zich aantoonbaar in voor de professionele ontwikkeling van de medewerkers in uw team;
8. MaasWonen ontvangt geen klachten van medewerkers over de samenwerking met u.
9. u zorgt er voor dat financiële rapportages op tijd worden aangeleverd dan wel dat u tijdig risico's signaleert.
(...)”
[verweerder] werd gedurende het traject begeleid door [functie 2] [naam 1] (hierna: [naam 1] ), die tweewekelijkse evaluatiegesprekken met [verweerder] zou voeren die schriftelijk zouden worden vastgelegd. De evaluatiegesprekken die hebben plaatsgevonden, zijn door MaasWonen niet schriftelijk vastgelegd.
[verweerder] heeft zich op 19 september 2022 ziekgemeld wegens burn-outklachten. Sinds 18 september 2023 is [verweerder] weer volledig hersteld.
MaasWonen heeft [verweerder] met ingang van 17 november 2023 op non-actief gesteld.