Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 02-05-2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:1873, 200.168.324_01
Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 02-05-2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:1873, 200.168.324_01
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Datum uitspraak
- 2 mei 2017
- Datum publicatie
- 2 mei 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHSHE:2017:1873
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBOBR:2015:19
- Tussenuitspraak: ECLI:NL:GHSHE:2017:1874
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2018:2174, Overig
- Zaaknummer
- 200.168.324_01
Inhoudsindicatie
Is Nederlandse transportonderneming op grond van charterbepaling in cao gehouden om bij een buitenlandse transportonderneming die in onderaanneming internationaal transport uitvoert te bedingen om chauffeurs te betalen conform Nederlandse arbeidsvoorwaarden.
Toepasselijkheid Detacheringsrichtlijn?
Bevoegdheid, rechtsmacht.
Uitspraak
Afdeling civiel recht
zaaknummer 200.168.324/01
arrest van 2 mei 2017
in de zaak van
1 [Transporten B.V.] ,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
advocaat: mr. R.A.A. Duk te 's-Gravenhage,
2. [GmbH],
gevestigd te [vestigingsplaats] , Duitsland,
3. [Silo-Tank] ,
gevestigd te [vestigingsplaats] , Hongarije,
advocaat: mr. O. Surquin te Arnhem,
appellanten in principaal hoger beroep,
geïntimeerden in voorwaardelijk incidenteel hoger beroep,
hierna ieder afzonderlijke aan te duiden als [Transporten B.V.] , GmbH en Silo-Tank en gezamenlijk als [Transporten B.V. c.s.] ,
tegen
Federatie Nederlandse Vakbeweging (rechtsopvolger van FNV Bondgenoten),
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
geïntimeerde in principaal hoger beroep,
appellante in voorwaardelijk incidenteel hoger beroep,
hierna aan te duiden als FNV,
advocaat: mr. J.H. Mastenbroek te Groningen,
op het bij exploot van dagvaarding van 26 maart 2015 ingeleide hoger beroep van het vonnis van 8 januari 2015, door de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats 's-Hertogenbosch gewezen tussen [Transporten B.V. c.s.] als gedaagden en FNV als eiseres.
1 Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer 2674677/417 / 14-249)
Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis.
2 Het geding in hoger beroep
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
-
de dagvaarding in hoger beroep;
- -
-
het exploot van anticipatie van FNV;
- -
-
de memorie van grieven van [Transporten B.V.] ;
- -
-
de memorie van grieven van GmbH en Silo-Tank;
- -
-
de memorie van antwoord, tevens memorie van grieven in voorwaardelijk incidenteel hoger beroep;
- -
-
de akte in het principale hoger beroep, tevens memorie van antwoord in voorwaardelijk incidenteel hoger beroep van [Transporten B.V. c.s.] met producties;
- -
-
het pleidooi, waarbij partijen pleitnotities hebben overgelegd;
- de bij brieven van 21 maart 2016 door [Transporten B.V. c.s.] en FNV toegezonden producties, die zij bij het pleidooi bij akten in het geding hebben gebracht.
Het hof heeft daarna een datum voor arrest bepaald. Het hof doet recht op bovenvermelde stukken en de stukken van de eerste aanleg. In verband met opeenvolgende ziekten van twee raadsheren is later dan gepland uitspraak gedaan.