Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 09-03-2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:954, 200.199.022_01

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 09-03-2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:954, 200.199.022_01

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
9 maart 2017
Datum publicatie
10 maart 2017
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2017:954
Formele relaties
Zaaknummer
200.199.022_01

Inhoudsindicatie

WWZ; wegens intrekking hoger beroep geen prejudiciële vragen over leeftijdsdiscriminatie ivm uitsluiting van AOW-gerechtigden van recht op transitievergoeding, zie beschikking van 2 februari 2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:345, AR updates 2017/130

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Afdeling civiel recht

Uitspraak : 9 maart 2017

Zaaknummer : 200.199.022/01

Zaaknummer eerste aanleg : 5017613 AZ VERZ 16-164

5017972 AZ VERZ 16-165

5017997 AZ VERZ 16-166

in de zaak in hoger beroep van:

[appellant] ,

wonende te [woonplaats] ,

appellant,

hierna aan te duiden als [appellant] ,

advocaat: mr. B. van Meurs te Heerlen,

tegen

de besloten vennootschap [Dairy] Dairy Industry B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

verweerster,

hierna aan te duiden als [Dairy] ,

advocaat: mr. J.A.J. Hooymayers te Breda,

als vervolg op de door het hof gewezen tussenbeschikking van 2 februari 2017 in het hoger beroep van de door de rechtbank Limburg, sector kanton, locatie Roermond gewezen beschikking van 30 juni 2016.

5 Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

de tussenbeschikking van 2 februari 2017;

-

het door mr. Van Meurs ingediendeV4-formulier, ingekomen ter griffie op 22 februari 2017;

-

de faxbrief van mr. Van Meurs, ingekomen ter griffie op 22 februari 2017.

Het hof heeft daarna een datum voor beschikking bepaald.

6 De verdere beoordeling

6.1.

Bij beschikking van 2 februari 2017 heeft het hof:

a. a) [Dairy] opgedragen om alle stukken van haar arbodienst in het geding te brengen, waaruit blijkt wat is gedaan aan re-integratie en wat het oordeel is geweest van de bedrijfsarts over de mogelijkheden van [appellant] om te hervatten in passende arbeid;

b) partijen in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de in r.o. 3.25 voorgestelde vragen.

De opdracht onder b) hield verband met de stelling van [appellant] dat de uitsluiting van AOW-gerechtigden van een transitievergoeding (artikel 7:673 lid 7 aanhef en onder b BW) een verboden onderscheid oplevert naar leeftijd. Het hof heeft het voornemen uitgesproken hierover prejudiciële vragen te stellen aan de Hoge Raad. Om die reden zijn partijen in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over voorgestelde vragen.

6.2.

Bij faxbrief van 22 februari 2017 heeft mr. Van Meurs namens beide partijen medegedeeld dat zij tot een minnelijke regeling zijn gekomen, dat om die reden het hoger beroep wordt ingetrokken en dat ieder van partijen de eigen kosten draagt. Mr. Hooymayers heeft deze faxbrief voor akkoord mede ondertekend.

6.3.

Het voorgaande heeft tot gevolg dat het hof op processuele gronden niet meer toekomt aan een (nadere) inhoudelijke beoordeling van de zaak en dat [appellant] in zijn hoger beroep niet-ontvankelijk dient te worden verklaard.

7 De beslissing

Het hof:

verklaart [appellant] niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep;

compenseert de proceskosten van het hoger beroep in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

Deze beschikking is gegeven door mrs. M. van Ham, C.E.L.M. Smeenk-van der Weijden en A.J. Henzen en is in het openbaar uitgesproken op 9 maart 2017.