Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 27-09-2022, ECLI:NL:GHSHE:2022:3274, 200.298.162_01

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 27-09-2022, ECLI:NL:GHSHE:2022:3274, 200.298.162_01

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
27 september 2022
Datum publicatie
6 oktober 2022
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2022:3274
Zaaknummer
200.298.162_01

Inhoudsindicatie

Het antwoord op de vraag wie bij het sluiten van de overeenkomst(en) de wederpartij van geïntimeerde is geworden hangt af van hetgeen partijen daaromtrent jegens elkaar hebben verklaard en van andere gedragingen van partijen. Appellante heeft tegenover de gemotiveerde weerspreking door geïntimeerde onvoldoende gemotiveerd gesteld dat geïntimeerde als redelijke persoon in de zin art. 8 CISG had moeten begrijpen dat niet Kupas s.r.o. maar appellante haar contractspartij was.

Uitspraak

Team Handelsrecht

zaaknummer gerechtshof 200.298.162

(zaaknummer rechtbank Oost-Brabant, 8058827)

arrest van 27 september 2022

in de zaak van

de vennootschap naar Slowaaks recht

Kupas Trade s.r.o,

gevestigd te [vestigingsplaats] (Slowakije),

appellante in het principaal hoger beroep,

geïntimeerde in het (voorwaardelijk) incidenteel hoger beroep,

in eerste aanleg: eiseres in conventie, verweerster in reconventie,

hierna: Kupas Trade,

advocaat: mr. L.S. Slinkman,

tegen:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Houtverwerkingsindustrie [[Y]] B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

geïntimeerde in het principaal hoger beroep,

appellante in het (voorwaardelijk) incidenteel hoger beroep,

in eerste aanleg: gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,

hierna: [geïntimeerde] ,

advocaat: mr. H.J.M. Goossens.

1 Het geding in eerste aanleg

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van de beschikking van de rechtbank Den Haag van 4 september 2019 en de vonnissen van 23 januari 2020, 16 juli 2020, 29 oktober 2020 en 29 april 2021 die de kantonrechter (rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats Eindhoven) heeft gewezen.

2 Het geding in hoger beroep

2.1

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- de dagvaarding in hoger beroep van 28 juli 2021,

- de memorie van grieven,

- de memorie van antwoord tevens van (voorwaardelijk) incidenteel hoger beroep met

producties,

- de memorie van antwoord in (voorwaardelijk) incidenteel hoger beroep,

2.2

Vervolgens heeft Kupas Trade de stukken voor het wijzen van arrest aan het hof overgelegd en heeft het hof arrest bepaald.

3 De vaststaande feiten

3.1

In hoger beroep kan van het volgende worden uitgegaan.

3.2

Kupas Trade exploiteert sinds medio 2017 een onderneming, die zich onder meer

bezighoudt met de ontwikkeling, productie en verkoop van speeltoestellen,

gymnastiektoestellen en sportartikelen. [persoon A] (hierna: [persoon A] ) is directeur van

deze onderneming.

3.3

Kupas s.r.o. exploiteert, althans exploiteerde, een soortgelijke onderneming als

Kupas Trade. [persoon B] (hierna: [persoon B] ) is/was directeur van deze onderneming.

3.4

[geïntimeerde] exploiteert een onderneming, die zich bezighoudt met de handel in

hout(en) (speeltoestellen). [persoon C] (hierna: [persoon C] ) is directeur van [geïntimeerde] .

3.5

Medio 2017 is Kupas s.r.o uitgeschreven uit het handelsregister en is [persoon B] in dienst getreden bij Kupas Trade.

3.6

[geïntimeerde] heeft ruim twintig jaren zakengedaan met Kupas s.r.o., in de persoon van

[persoon B] , waarbij het onder meer ging om de aan- respectievelijk verkoop van houten

speeltoestellen. In die periode is tussen [persoon C] en [persoon B] een vriendschappelijke relatie

ontstaan. In het kader van deze vriendschappelijke relatie heeft [geïntimeerde] diverse malen

geldbedragen uitgeleend aan Kupas s.r.o. met de bedoeling haar van een tijdelijk

liquiditeitsprobleem te verlossen. Deze leningen zijn door Kupas s.r.o. steeds afgelost door

middel van verrekening van door [geïntimeerde] aan haar verschuldigde factuurbedragen.

3.7

Medio mei 2017 heeft [geïntimeerde] een bedrag van € 20.000,00 uitgeleend aan Kupas

s.r.o. De ten aanzien daarvan tussen [geïntimeerde] en Kupas s.r.o. gesloten overeenkomst van

geldlening is vastgelegd in een notariële akte van 9 mei 2017.

3.8

Bij e-mail van 28 september 2018 heeft een medewerker van [geïntimeerde] , [persoon D]

(hierna: [persoon D]), via [persoon B] ([e-mailadres]), een bestelling gedaan.

3.9

Bij e-mail van 1 oktober 2018 heeft [persoon B] daarop een vraag over de bestelling gesteld en de volgende opmerking toegevoegd:

“(…) Bemerkung: Wir schicken neue Daten um aktuelle neue Firma KUPAS TRADE, s.r.o. (…)”

3.10

Na ontvangst van een prijsopgave van [persoon B] heeft [persoon D] bij e-mail

van 2 oktober 2018 op de vraag van [persoon B] geantwoord en bevestigd dat de levertijd in orde was.

3.11

Bij e-mail van diezelfde dag (2 oktober 2018) heeft [persoon B] [persoon D] verzocht

om de bestellingen opnieuw en met de juiste gegevens te doen:

“(….)

schicken sie bitte neue Bestellung mit richtige Daten:

Firma: KUPAS TRADE, s.r.o.

richtige Nummer und Preise Anlage

Dann konnen gleich nach Produktions Bestellung geben ... (….)”

3.12

[geïntimeerde] heeft vervolgens een drietal bestelformulieren (met bestelnummers KU 18.04, KU18.06 en KU 18.07) aan [persoon B] verzonden. Op deze bestelformulieren is vermeld dat

Kupas Trade de leverancier van [geïntimeerde] is en [persoon B] haar contactpersoon.

3.13

De door [geïntimeerde] bestelde goederen zijn op 13 november 2018 aan haar geleverd.

Kupas Trade heeft een factuur ten bedrage van € 15.353,00 verzonden aan [geïntimeerde] . Deze factuur is tot een bedrag van € 12.898,00 onbetaald gelaten.

3.14

Per e-mail van 3 december 2018 heeft [persoon A] contact opgenomen met [geïntimeerde] en heeft het volgende bericht:

“(…) my name is [persoon A] and I work for company KUPAS TRADE Ltd. as CEO.

Our accounting department has written that you have paid only part of the invoice No.

1020180096. I have the information about KUPAS Ltd's commitments from the previous

period therefore I send in attachment extract from the business register of the KUPAS

TRADE Ltd. There you can find names of the company owners. These owners also bought

the whole object of KUPAS Ltd.

I want to emphasize that KUPAS TRADE Ltd had nothing in common with KUPAS Ltd therefore you cannot claim any commitments from KUPAS TRADE Ltd. It's a totally

different company with different owners, ID and VAT. [persoon B] works for KUPAS

TRADE Ltd. as production director because of his long experience but he is only employee in the company.

I hope that all this information will help you understand the situation and pay us the rest of

the invoice without delay.

I also hope that cooperation between our companies will continue. (….)”

3.15

Bij brief van 1 maart 2019 heeft de Slowaakse gemachtigde van Kupas Trade

[geïntimeerde] verzocht om binnen vijf dagen na ontvangst van die brief over te gaan tot betaling

van een bedrag van € 12.898,00. Verder is in deze brief onder meer het volgende vermeld:

“(...) With regard to the fact that our client, business company KUPAS TRADE, s. r. o., is not identical with business company KUPAS, s.r.0., (...), which was voluntarily deleted from the Business registry of District Court Trenčin as of 01. 08.2017 (...), it is unacceptable to

dispose of liability of obligations to our Client dare to the existence of your outstanding

receivables from aforementioned business company KUPAS, s.r.o. (... )”

3.16

Bij brief van 24 juli 2019 aan de Slowaakse gemachtigde van Kupas Trade heeft de

gemachtigde van [geïntimeerde] de vordering betwist en zich in dat kader onder meer op het

standpunt gesteld dat [geïntimeerde] - na verrekening met het openstaande bedrag ter zake van de

aan Kupas s.r.o. verstrekte geldlening (zoals vermeldt onder 3.7) - niets meer verschuldigd is. [geïntimeerde] is niet tot betaling overgegaan.

4. Het geschil en de beslissing in eerste aanleg en de vordering in hoger beroep

4.1

Kupas Trade heeft in eerste aanleg in conventie gevorderd dat de kantonrechter [geïntimeerde] zal veroordelen om een bedrag van € 12.898,00 te betalen, te vermeerderen met rente, buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten.

4.2

[geïntimeerde] heeft in eerste aanleg in (voorwaardelijke) reconventie – samengevat – gevorderd dat de kantonrechter Kupas Trade zal veroordelen om aan [geïntimeerde] te betalen een bedrag gelijk aan het bedrag waartoe [geïntimeerde] in conventie mocht worden veroordeeld, de tussen partijen gesloten overeenkomst zal vernietigen, dan wel ongeldig zal verklaren naar Slowaaks recht, met veroordeling van Kupas Trade in de proceskosten.

4.3

De kantonrechter heeft bij vonnis van 29 april 2021 in conventie de vorderingen van Kupas Trade afgewezen en in reconventie verstaan dat aan de vordering in reconventie verbonden voorwaarde niet is vervuld.

4.4

Kupas Trade is met drie grieven van dit vonnis in hoger beroep gekomen en heeft geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis van 29 april 2021 zal vernietigen en opnieuw rechtdoende, zo nodig onder verbetering van de gronden, de vorderingen van Kupas Trade alsnog zal toewijzen, met veroordeling van [geïntimeerde] in de proceskosten in beide instanties.

4.5

[geïntimeerde] heeft (voorwaardelijk) incidenteel hoger beroep ingesteld en heeft geconcludeerd dat het hof Kupas Trade primair niet-ontvankelijk zal verklaren in haar rechtsvorderingen en subsidiair Kupas Trade zal veroordelen tot betaling van schadevergoeding aan [geïntimeerde] voor een bedrag gelijk aan hetgeen in het principaal hoger beroep aan Kupas Trade zal worden toegewezen, met de mogelijkheid tot verrekening en met veroordeling van Kupas Trade in de proceskosten.

5 De motivering van de beslissing in hoger beroep

6 De slotsom

7 De beslissing