Home

Hoge Raad, 10-06-2005, AT1097, R04/140HR

Hoge Raad, 10-06-2005, AT1097, R04/140HR

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
10 juni 2005
Datum publicatie
10 juni 2005
ECLI
ECLI:NL:HR:2005:AT1097
Formele relaties
Zaaknummer
R04/140HR
Relevante informatie
Faillissementswet [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 15-11-2025] art. 12

Inhoudsindicatie

10 juni 2005 Eerste Kamer Rek.nr. R04/140HR JMH/RM Hoge Raad der Nederlanden Beschikking in de zaak van: 1. [Verzoeker 1], wonende te [woonplaats], 2. de vennootschap naar Belgisch recht HERDERA B.V.B.A., gevestigd te Sint Niklaas, België, VERZOEKERS tot cassatie, advocaat: mr. drs. R.A. van der Hansz, t e g e n DIGISAVE INTERNATIONAL B.V., gevestigd te Fijnaart, gemeente Moerdijk, VERWEERSTER in cassatie, advocaat: mr. R.A.A. Duk. 1. Het geding in feitelijke instanties...

Uitspraak

10 juni 2005

Eerste Kamer

Rek.nr. R04/140HR

JMH/RM

Hoge Raad der Nederlanden

Beschikking

in de zaak van:

1. [Verzoeker 1],

wonende te [woonplaats],

2. de vennootschap naar Belgisch recht HERDERA B.V.B.A.,

gevestigd te Sint Niklaas, België,

VERZOEKERS tot cassatie,

advocaat: mr. drs. R.A. van der Hansz,

t e g e n

DIGISAVE INTERNATIONAL B.V.,

gevestigd te Fijnaart, gemeente Moerdijk,

VERWEERSTER in cassatie,

advocaat: mr. R.A.A. Duk.

1. Het geding in feitelijke instanties

Met een op 15 oktober 2004 gedateerd verzoekschrift hebben verzoekers tot cassatie - verder afzonderlijk te noemen: [verzoeker 1] en Herdera dan wel tezamen [verzoeker] c.s. - zich gewend tot de rechtbank te Breda en verzocht verweerster in cassatie - verder te noemen: Digisave - in staat van faillissement te verklaren.

Digisave heeft het verzoek bestreden.

De rechtbank heeft bij beschikking van 16 november 2004 het verzoek afgewezen.

Tegen deze beschikking hebben [verzoeker] c.s. hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.

Bij arrest van 9 december 2004 heeft het hof het vonnis (lees: beschikking) waarvan beroep bekrachtigd.

Het arrest van het hof is aan deze beschikking gehecht.

2. Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof hebben [verzoeker] c.s. beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.

Digisave heeft verzocht [verzoeker] c.s. niet-ontvankelijk in hun cassatieberoep te verklaren, althans dat beroep te verwerpen.

De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van [verzoeker] c.s. in hun cassatieberoep.

3. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep

3.1 Bij een op 24 december 2004 ter griffie van de Hoge Raad ingekomen verzoekschrift hebben [verzoeker] c.s. beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest (lees: beschikking) van het hof van 9 december 2004, bij welke uitspraak het hof de beslissing van de rechtbank tot afwijzing van het verzoek van [verzoeker] c.s. om Digisave in staat van faillissement te verklaren heeft bekrachtigd.

3.2 Ingevolge art. 12 lid 1 F. konden [verzoeker] c.s. gedurende acht dagen na de dag van de uitspraak van het arrest van het hof in cassatie komen. Het beroep in cassatie is dus niet tijdig ingesteld.

3.3 [Verzoeker] c.s. hebben - onder verwijzing naar HR 28 november 2003, nr. R03/009, RvdW 2003, 180 - gesteld dat zij niettemin tijdig in beroep zijn gekomen, omdat zij eerst op 20 december 2004 van de inhoud van het arrest kennis hebben kunnen nemen, nu het hof "pas op 17 december 2004 de beschikking aan de procureur van eisers tot cassatie [heeft] vrijgegeven". Daarmee hebben zij kennelijk beoogd zich te beroepen op de in voormeld arrest gegeven uitzondering op de regel dat aan beroepstermijnen strikt de hand moet worden gehouden, voor het geval degene die cassatie instelt als gevolg van een door (de griffie van) het hof begane fout of verzuim niet tijdig wist en redelijkerwijs ook niet kon weten dat het hof een uitspraak had gedaan en die uitspraak hem als gevolg van een niet aan hem toe te rekenen fout of verzuim pas na afloop van de termijn voor het instellen van cassatie is toegezonden of verstrekt.

3.4 Zodanige uitzondering doet zich hier niet voor. Voor toepassing daarvan is eerst plaats indien [verzoeker] c.s. als gevolg van een fout of verzuim van (de griffie van) het hof niet tijdig wisten en redelijkerwijs ook niet konden weten dat het hof het arrest had uitgesproken. Het proces-verbaal van de behandeling ter terechtzitting van het hoger beroep houdt in dat [verzoeker 1], vergezeld van zijn raadsman, is verschenen, dat [verzoeker 1] verklaart 100% aandeelhouder van Herdera te zijn en dat de voorzitter meedeelt dat het hof op 9 december 2004 uitspraak zal doen. Dit in aanmerking genomen, kan de enkele omstandigheid dat, zoals [verzoeker] c.s. stellen, de tekst van het arrest van het hof eerst op 17 december 2004 beschikbaar is gekomen niet meebrengen dat zij niet wisten en redelijkerwijs ook niet konden weten dat het hof op voormelde datum uitspraak had gedaan.

3.5 [Verzoeker] c.s. kunnen dus niet in hun beroep worden ontvangen.

4. Beslissing

De Hoge Raad:

verklaart [verzoeker] c.s. niet-ontvankelijk in het beroep;

veroordeelt [verzoeker] c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Digisave begroot op € 333,38 aan verschotten en op € 1.800,-- voor salaris.

Deze beschikking is gegeven door de raadsheren H.A.M. Aaftink, als voorzitter, A.M.J. van Buchem-Spapens en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de vice-president P. Neleman op 10 juni 2005.