Home

Hoge Raad, 09-09-2005, AT8785, R05/013HR

Hoge Raad, 09-09-2005, AT8785, R05/013HR

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
9 september 2005
Datum publicatie
9 september 2005
ECLI
ECLI:NL:HR:2005:AT8785
Formele relaties
Zaaknummer
R05/013HR
Relevante informatie
Faillissementswet [Tekst geldig vanaf 01-01-2025 tot 15-11-2025] art. 285, Wet op de rechterlijke organisatie [Tekst geldig vanaf 01-07-2023] art. 81

Inhoudsindicatie

9 september 2005 Eerste Kamer Rek.nr. R05/013HR JMH Hoge Raad der Nederlanden Arrest in de zaak van: [Verzoeker], wonende te [woonplaats], VERZOEKER tot cassatie, advocaat: jhr. mr. A.J. Sandberg. 1. Het geding in feitelijke instanties...

Uitspraak

9 september 2005

Eerste Kamer

Rek.nr. R05/013HR

JMH

Hoge Raad der Nederlanden

Arrest

in de zaak van:

[Verzoeker],

wonende te [woonplaats],

VERZOEKER tot cassatie,

advocaat: jhr. mr. A.J. Sandberg.

1. Het geding in feitelijke instanties

Met een op 4 oktober 2004 ter griffie van de rechtbank te Assen ingekomen verzoekschrift heeft verzoeker tot cassatie - verder te noemen: [verzoeker] - zich gewend tot die rechtbank en verzocht toegelaten te worden tot de schuldsaneringsregeling. Daarbij heeft hij geen verklaring op grond van art. 285 Fw. overgelegd.

Ter terechtzitting van 30 november 2004 heeft [verzoeker] zijn bovenvermeld verzoek ingetrokken.

Met een op 6 december 2004 ter griffie van de rechtbank ingediend verzoekschrift heeft [verzoeker] wederom verzocht tot de schuldsaneringsregeling toegelaten te worden wederom zonder overlegging van een verklaring op grond van art. 285 Fw.

Na behandeling van dit verzoek ter terechtzitting van 7 december 2004 heeft de rechtbank bij vonnis van 8 december 2004 het verzoek afgewezen.

Tegen dit vonnis heeft [verzoeker] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Leeuwarden.

Bij arrest van 14 januari 2005 heeft het hof het vonnis waarvan beroep bekrachtigd.

Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2. Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof heeft [verzoeker] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

De conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekt tot verwerping van het beroep.

3. Beoordeling van de middelen

De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien artikel 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4. Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Dit arrest is gewezen door de vice-president P. Neleman als voorzitter en de raadsheren D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de vice-president P. Neleman op 9 september 2005.