Home

Hoge Raad, 22-10-2010, BN6239, 09/01261

Hoge Raad, 22-10-2010, BN6239, 09/01261

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
22 oktober 2010
Datum publicatie
22 oktober 2010
ECLI
ECLI:NL:HR:2010:BN6239
Formele relaties
Zaaknummer
09/01261

Inhoudsindicatie

Arbeidsrecht. Kennelijk onredelijk ontslag ex art. 7:681 BW; omvang ontslagvergoeding; maatstaf van HR 27 november 2009, nr. 09/00978, LJN BJ6596; beoordeling van een vordering ex art. 7:681 lid 1 en 2 vergt dat eerst, aan de hand van alle omstandigheden van het geval, wordt vastgesteld dat het ontslag kennelijk onredelijk is; bij vergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag mogen kantonrechtersformule, en generieke korting daarop, daarom niet worden toegepast.

Uitspraak

22 oktober 2010

Eerste Kamer

09/01261

DV/MD

Hoge Raad der Nederlanden

Arrest

in de zaak van:

[Eiser],

wonende te [woonplaats],

EISER tot cassatie,

advocaat: mr. P. Garretsen,

t e g e n

STICHTING DELTA PSYCHIATRISCH CENTRUM,

gevestigd te Poortugal, gemeente Albrandswaard,

VERWEERSTER in cassatie,

niet verschenen.

Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en Delta.

1. Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:

a. het vonnis in de zaak met het rolnummer 692185 van de kantonrechter te Rotterdam van 19 mei 2006;

b. het arrest in de zaak 105.005.349/01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 28 oktober 2008.

Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2. Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

Tegen Delta is verstek verleend.

De zaak is voor [eiser] toegelicht door zijn advocaat.

De conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper strekt tot vernietiging van het bestreden arrest met verdere beslissingen als gebruikelijk.

3. Beoordeling van de middelen

3.1 Het gaat in deze zaak om de vraag welke vergoeding aan [eiser] toekomt wegens het hem gegeven ontslag, dat naar het oordeel van het hof, alle omstandigheden in aanmerking genomen, kennelijk onredelijk is.

3.2 Zoals de Hoge Raad heeft overwogen in zijn arrest van 27 november 2009, nr. 09/00978, LJN BJ6596, geeft het oordeel van het hof blijk van een onjuiste rechtsopvatting waar het bij de vaststelling van de hoogte van de aan de werknemer toe te kennen schadevergoeding is uitgegaan van de zogeheten kantonrechtersformule minus 30%. De daarop gerichte klachten van de middelen slagen.

3.3 De overige klachten van de middelen behoeven geen behandeling.

4. Beslissing

De Hoge Raad:

vernietigt het arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 28 oktober 2008;

verwijst het geding ter verdere behandeling en beslissing naar het gerechtshof te Amsterdam;

veroordeelt Delta in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [eiser] begroot op € 1.773,43 aan verschotten en € 2.600,-- voor salaris.

Dit arrest is gewezen door de vice-president D.H. Beukenhorst als voorzitter en de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, A. Hammerstein en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.B. Bakels op 22 oktober 2010.