Home

Hoge Raad, 17-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:747, 20/00138

Hoge Raad, 17-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:747, 20/00138

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
17 april 2020
Datum publicatie
17 april 2020
ECLI
ECLI:NL:HR:2020:747
Formele relaties
Zaaknummer
20/00138

Inhoudsindicatie

Art. 81 lid 1 RO. Wet Bopz. Voorlopige machtiging. Faxbericht door advocaat van betrokkene gezonden aan de rechtbank na afloop van de mondelinge behandeling. Was de rechtbank gehouden de inhoud van dit faxbericht in de beoordeling te betrekken?

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 20/00138

Datum 17 april 2020

BESCHIKKING

In de zaak van

[betrokkene],wonende te [woonplaats],

VERZOEKER tot cassatie,

hierna: betrokkene,

advocaat: M.A.M. Wagemakers,

tegen

DE OFFICIER VAN JUSTITIE IN HET ARRONDISSEMENT NOORD-NEDERLAND,

VERWEERDER in cassatie,

hierna: de officier van justitie,

niet verschenen.

1. Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikking in de zaak C/18/195464/FA RK 19-2986 van de rechtbank Noord-Nederland van 10 december 2019.

Betrokkene heeft tegen de beschikking van de rechtbank beroep in cassatie ingesteld. De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.

De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend.

De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep.

2 Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van de rechtbank beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3 Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, C.H. Sieburgh en F.J.P. Lock, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer C.E. du Perron op 17 april 2020.