Hoge Raad, 11-11-2022, ECLI:NL:HR:2022:1602, 21/03899
Hoge Raad, 11-11-2022, ECLI:NL:HR:2022:1602, 21/03899
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 11 november 2022
- Datum publicatie
- 11 november 2022
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2022:1602
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2022:605, Gevolgd
- In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2021:5818, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 21/03899
Inhoudsindicatie
Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Productaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid producent voor schade als gevolg van gebruik op jonge leeftijd van off label voorgeschreven antidepressivum. Miskenning devolutieve werking? Slechts aansprakelijkheid voorschrijvend arts? Ontoelaatbare verrassingsbeslissing? Omkeringsregel.
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 21/03899
Datum 11 november 2022
ARREST
In de zaak van
[eiser],wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
hierna: [eiser],
advocaten: M.B.A. Alkema en M. Littooij,
tegen
GLAXOSMITHKLINE B.V.,gevestigd te Zeist,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: GSK,
advocaten: F.E. Vermeulen en B.F.L.M. Schim.
1. Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
-
de vonnissen in de zaak C/16/433825 / HA ZA 17-206 van de rechtbank Midden-Nederland van 13 september 2017 en 30 mei 2018;
-
de arresten in de zaak 200.249.882 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 28 juli 2020 en 15 juni 2021.
[eiser] heeft tegen het arrest van het hof van 15 juni 2021 beroep in cassatie ingesteld.
GSK heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, en voor GSK mede door F.H. Oosterloo.
De conclusie van de Advocaat-Generaal T. Hartlief strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaten van [eiser] hebben schriftelijk op die conclusie gereageerd.
2 Beoordeling van het middel
De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
3 Beslissing
De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van GSK begroot op € 916,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren C.H. Sieburgh, als voorzitter, H.M. Wattendorff, F.R. Salomons, G.C. Makkink en K. Teuben, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op 11 november 2022.