Home

Hoge Raad, 02-02-2024, ECLI:NL:HR:2024:151, 23/01029

Hoge Raad, 02-02-2024, ECLI:NL:HR:2024:151, 23/01029

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
2 februari 2024
Datum publicatie
2 februari 2024
ECLI
ECLI:NL:HR:2024:151
Formele relaties
Zaaknummer
23/01029

Inhoudsindicatie

Art. 81 lid 1 RO. Arbeidsrecht. Overheidsrechter onbevoegd om kennis te nemen van ontslagzaak op grond van arbitragebeding? Onjuiste toepassing van art. 1022 Rv in licht van art. 6 en 13 EVRM en art. 17 Grondwet? Afwijzing vordering tot vergoeding van volledige proceskosten.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 23/01029

Datum 2 februari 2024

BESCHIKKING

In de zaak van

[verzoeker],

wonende te [woonplaats],

VERZOEKER tot cassatie, verweerder in het incidentele cassatieberoep,

hierna: [verzoeker],

advocaat: M.J. van Basten Batenburg,

tegen

EY ADVISORY NETHERLANDS LLP,

kantoorhoudende te Rotterdam, statutair gevestigd te Londen, Verenigd Koninkrijk,

VERWEERSTER in cassatie, verzoekster in het incidentele cassatieberoep,

hierna: EYAN,

advocaten: D.M. de Knijff en M.S. van der Keur.

1 Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:

a. de beschikking in de zaak 9212015 \ VERZ 21-8269 van de rechtbank Rotterdam van 31 augustus 2021;

b. de beschikking in de zaak 200.300.375/01 van het gerechtshof Den Haag van 20 december 2022.

[verzoeker] heeft tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld.

EYAN heeft incidenteel cassatieberoep ingesteld.

Partijen hebben over en weer geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De conclusie van de Advocaat-Generaal R.H. de Bock strekt verwerping van zowel het principale als het incidentele cassatieberoep.

De advocaten van partijen hebben schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2 Beoordeling van de middelen in het principale en in het incidentele beroep

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3 Beslissing

De Hoge Raad:

in het principale beroep:

- verwerpt het beroep;

- veroordeelt [verzoeker] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van EYAN begroot op € 857,-- aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris;

in het incidentele beroep:

- verwerpt het beroep;

- veroordeelt EYAN in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verzoeker] begroot op € 1.800,-- voor salaris.

Deze beschikking is gegeven door de vicepresident M.V. Polak als voorzitter en de raadsheren C.H. Sieburgh, F.J.P. Lock, F.R. Salomons en K. Teuben, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op 2 februari 2024.