Rechtbank Amsterdam, 11-04-2024, ECLI:NL:RBAMS:2024:2010, C/13/743208 / HA RK 23-390
Rechtbank Amsterdam, 11-04-2024, ECLI:NL:RBAMS:2024:2010, C/13/743208 / HA RK 23-390
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Amsterdam
- Datum uitspraak
- 11 april 2024
- Datum publicatie
- 24 april 2024
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBAMS:2024:2010
- Zaaknummer
- C/13/743208 / HA RK 23-390
Inhoudsindicatie
Ontslag statutair bestuurder. Redelijke grond voor opzegging als bedoeld in artikel 7:669 BW aanwezig. Ernstig verwijtbaar gehandeld door ontslag op staande voet bij vorige werkgever te verzwijgen. Geen herplaatsingsplicht gelet op ontstane vertrouwensbreuk door het verzwegen arbeidsverleden. Geen recht op billijke en transitievergoeding. Verzoek tot schadevergoeding in zelfstandig tegenverzoek grotendeels toegewezen. Sprake van wanprestatie/onrechtmatige daad. Schending nevenactiviteitenbeding.
Uitspraak
Civiel recht
Zaaknummer / rekestnummer: C/13/743208 / HA RK 23-390
Beschikking van 11 april 2024
in de zaak van
[verzoeker] ,
wonende te [woonplaats] ,
verzoekende partij,
verwerende partij in het tegenverzoek,
hierna te noemen: [verzoeker] ,
advocaat: mr. S.C. Verlinden,
tegen
HESSEN APOTHEEK B.V.,
gevestigd te De Bilt,
verwerende partij,
verzoekende partij in het tegenverzoek,
hierna te noemen: Hessen Apotheek,
advocaat: mr. F.C. Werts.
1 De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met bijlagen, ontvangen op 6 december 2023;
- de beschikking van 11 januari 2024, waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- het verweerschrift met tegenverzoek met bijlagen, ontvangen op 2 februari 2024;
- de aanvullende bijlage 25 van Hessen Apotheek, ontvangen op 6 februari 2024;
- het verweerschrift tegen het tegenverzoek, ontvangen op 13 februari 2024.
Op 15 februari 2024 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. [verzoeker] en Hessen Apotheek waren aanwezig, bijgestaan door hun advocaten. Namens Hessen Apotheek was aanwezig [naam 1] (hierna: [naam 1] ), werkzaam als hoofd beheer bij Stichting Vereniging Nederlandse Apotheken (hierna: Stichting VNA), en gevolmachtigde om namens Hessen Apotheek het woord te voeren. Partijen hebben hun standpunten toegelicht en mr. Werts heeft spreekaantekeningen overgelegd. Partijen hebben geantwoord op de door de rechtbank gestelde vragen en zij hebben op elkaar kunnen reageren. De griffier heeft hiervan aantekeningen gemaakt, die in het dossier zijn gevoegd. Ten slotte is beschikking gevraagd en is de datum voor beschikking bepaald op heden.
2 Waar gaat deze zaak over?
[verzoeker] was werkzaam bij Hessen Apotheek als apotheker. [verzoeker] vindt dat Hessen Apotheek hem ten onrechte op non-actief heeft gesteld en vervolgens zonder geldige reden heeft ontslagen. Hij verzoekt in deze procedure toekenning van een billijke vergoeding van € 71.106,12 bruto, en de transitievergoeding. Daarnaast wil hij dat Hessen Apotheek zich niet negatief uitlaat over hem jegens derden en eerdere negatieve uitlatingen rectificeert.
Hessen Apotheek meent dat zij wel een geldige reden had om [verzoeker] te ontslaan. Zij vindt dat [verzoeker] Hessen Apotheek heeft opgelicht waardoor zij schade heeft geleden. Zij verzoekt daarom in een zelfstandig tegenverzoek dat [verzoeker] de door hem veroorzaakte schade van in totaal € 146.140,75 aan haar moet betalen.
De rechtbank oordeelt dat het ontslag terecht is gegeven en wijst de verzoeken van [verzoeker] tot toekenning van vergoedingen af. Zijn andere verzoeken worden ook afgewezen. In het tegenverzoek wijst de rechtbank een bedrag van € 73,794,88 toe. Dit bedrag moet [verzoeker] aan Hessen Apotheek betalen. Hoe de rechtbank tot dit oordeel komt, wordt onder de beoordeling uitgelegd.
3 De feiten
Op 1 april 2023 is Hessen Apotheek overgenomen door Farmaceutisch Beheer B.V. (hierna: FB). De aandelen van FB worden gehouden door Stichting VNA.
Op 24 april 2023 is [verzoeker] bij Hessen Apotheek in dienst getreden in de functie van Beherend/Gevestigd Apotheker op basis van een arbeidsovereenkomst voor de duur van vijf jaar. Deze functie hield onder meer in dat [verzoeker] zelfstandig de vestiging “Transvaal Apotheek” exploiteerde. De bedoeling van beide partijen was dat [verzoeker] in vijf jaar zou uitgroeien tot zelfstandig gevestigd apotheker met een eigen apotheek onder de vleugel van Stichting VNA.
Per 1 juni 2023 is [verzoeker] ook statutair bestuurder geworden van Hessen Apotheek.
In juni 2023 heeft [verzoeker] zijn echtgenote in de apotheek te werk gesteld als apotheekassistente.
Op 7 juli 2023 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen [naam 1] , mr. Werts en [verzoeker] . Hessen Apotheek heeft [verzoeker] gevraagd of hij nevenwerkzaamheden verrichtte. [verzoeker] heeft daarop geantwoord dat hij voorheen een eenmanszaak had, maar dat de exploitatie hiervan al was gestaakt voordat hij het dienstverband met Hessen Apotheek aanging. Na dit gesprek heeft Hessen Apotheek [verzoeker] op non-actief gesteld en hem verzocht de apotheek meteen te verlaten. [verzoeker] heeft de sleutels van de apotheek en zijn inloggegevens met wachtwoorden op verzoek van Hessen Apotheek achtergelaten en is daarop, samen met zijn echtgenote, vertrokken.
Na het gesprek ontving [verzoeker] nog diezelfde dag een brief van Hessen Apotheek van 7 juli 2023, waarin staat:
“Ons hebben zeer verontrustende signalen bereikt dat er redenen zouden zijn die de beoogde samenwerking met u als beherend apotheker in dienst van Hessen Apotheek B.V. verhinderen. Wij hebben u deze ochtend gevraagd of u hierbij enige herkenning hebt en u de gelegenheid gegeven om open kaart te spelen.
De signalen zijn van dien aard dat wij overgaan tot een op non actief stelling en wij zullen de signalen verder (laten) onderzoeken. Wij zullen u te zijner tijd informeren over de bevindingen. U bent hierbij per direct en tot nader order op non-actief gesteld in uw functie van beherend apotheker van Hessen Apotheek B.V. U zult bij een separaat te nemen schorsingsbesluit ook op non actief worden gesteld in uw functie van statutair bestuurder van Hessen Apotheek B.V.”
Op 10 juli 2023 ontving [verzoeker] het schriftelijke schorsingsbesluit van (de aandeelhouder van) Hessen Apotheek. Het luidt, voor zover relevant, dat:
“- is gebleken dat [ [verzoeker] ] bij diens aanstelling en benoeming heeft verzwegen dat er onderzoeken lopen naar mogelijke strafbare c.q. tuchtrechtelijke onoirbare gedragingen zijnerzijds, op grond waarvan hij bij een voorgaande werkgever is ontslagen op staande voet en waarvan melding is gedaan bij de IGJ (Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, rb);
- er serieuze vermoedens zijn gerezen dat [verzoeker] deze gedragingen (kan hebben/) heeft voortgezet;
- het gedragingen betreft die strijdig zijn met het belang van [Hessen Apotheek] en de met haar verbonden onderneming zodat er een zwaarwegende reden is die meebrengt dat van de vennootschap in redelijkheid niet kan worden gevergd dat [verzoeker] nog langer zijn taken als bestuurder uitoefent; (…)”
Met dit besluit is [verzoeker] met onmiddellijke ingang en voor de duur van het onderzoek geschorst als statutair bestuurder van Hessen Apotheek.
Bij brief van 12 juli 2023 heeft Hessen Apotheek een aandeelhoudersvergadering op 9 augustus 2023 bijeengeroepen met als agendapunt het voornemen om [verzoeker] te ontslaan als statutair bestuurder en werknemer van Hessen Apotheek. [verzoeker] is opgeroepen om de vergadering bij te wonen en zijn zienswijze te geven. In de oproeping is als reden voor het voorgenomen ontslag vermeld een verstoring van de arbeidsverhouding c.q. vertrouwensbreuk, veroorzaakt door de handelswijze van [verzoeker] met betrekking tot de door hem verrichte nevenactiviteiten.
Bij brief van 3 augustus 2023 heeft de gemachtigde van [verzoeker] bezwaar gemaakt tegen de non-actiefstelling, schorsing, het uitblijven van het onderzoek en het feitelijk per direct effectueren van zijn ontslag.
Op 7 augustus 2023 heeft Hessen Apotheek een rapport van intern onderzoek aan [verzoeker] verzonden. Bij e-mail van 9 augustus 2023 heeft [verzoeker] op dit rapport gereageerd. Op diezelfde dag heeft Hessen Apotheek [verzoeker] opgeroepen voor een nieuwe aandeelhoudersvergadering, op 25 augustus 2023, om hem meer tijd te geven een zienswijze voor te bereiden. [verzoeker] heeft op 24 augustus 2023 zijn zienswijze, die inhoudelijk hetzelfde is als zijn e-mail van 9 augustus 2023, gestuurd.
Op 25 augustus 2023 heeft de aandeelhoudersvergadering plaatsgevonden. [verzoeker] is daar niet verschenen. In de vergadering is het besluit genomen om [verzoeker] met onmiddellijke ingang te ontslaan als statutair bestuurder en zijn arbeidsovereenkomst per 1 oktober 2023 op te zeggen. Het besluit is nog diezelfde dag schriftelijk aan [verzoeker] bekend gemaakt.
Bij brief van 25 augustus 2023 heeft de gemachtigde van Hessen Apotheek de opzegging per 1 oktober 2023 aan [verzoeker] bevestigd en gereageerd op de zienswijze van [verzoeker] van 9 en 24 augustus 2023.