Home

Rechtbank Amsterdam, 11-02-2025, ECLI:NL:RBAMS:2025:779, 11208120

Rechtbank Amsterdam, 11-02-2025, ECLI:NL:RBAMS:2025:779, 11208120

Gegevens

Instantie
Rechtbank Amsterdam
Datum uitspraak
11 februari 2025
Datum publicatie
14 februari 2025
ECLI
ECLI:NL:RBAMS:2025:779
Zaaknummer
11208120

Inhoudsindicatie

beeindigingsovereenkomst niet tot stand gekomen want geen duidelijk en ondubbelzinnige instemming. afspraak over verdere invulling arbeidsovereenkomst en eindafrekening wel tot stand gekomen o.g.v. wilsvertrouwensleer.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Civiel recht

Kantonrechter

Zaaknummer: 11208120 \ CV EXPL 24-8562

Vonnis van 11 februari 2025

in de zaak van

INDEPENDENT RECRUITMENT B.V.,

te Amsterdam,

eisende partij in conventie,

verwerende partij in reconventie,

hierna te noemen: werkgever,

gemachtigde: mr. D.G. van der Mark,

tegen

[gedaagde] ,

te [woonplaats] ,

gedaagde partij in conventie,

eisende partij in reconventie,

hierna te noemen: werknemer,

gemachtigde: mr. B. Noort.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- de dagvaarding van 1 juli 2024 met producties; - de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie met producties;- de conclusies van antwoord in reconventie met producties en wijziging van eis in conventie;

- de akte waarbij productie 14 van werkgever in het geding is gebracht.

Op 20 december 2024 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. Hiervan zijn spreekaantekeningen gemaakt. Werknemer en haar gemachtigde waren daarbij aanwezig. Werkgever werd vertegenwoordigd door haar directeur [naam 1] , bijgestaan daar de gemachtigde. Ten slotte is vonnis bepaald. Vervolgens is nog een akte na comparitie door werknemer ingediend. Dit is in strijd met de goede procesorde nu hier geen gelegenheid voor is geboden en werkgever zich tegen deze nadere akte niet kan verweren. Deze akte wordt dan ook buiten beschouwing gelaten.

2 De feiten

2.1.

Werknemer is op 4 april 2022 in dienst van werkgever getreden. De dienstbetrekking is aangegaan voor een duur van 7 maanden. Bij brief van 28 september 2022 is de arbeidsovereenkomst van werknemer verlengd: voor de duur van 12 maanden, aldus eindigend per 31 oktober 2023.

2.2.

Op 19 juni 2023 heeft op initiatief van werkgever een gesprek plaatsgevonden tussen werknemer en [naam 2] (managing partner werkgever). Tijdens dit gesprek is werknemer verteld dat de arbeidsovereenkomst na de verlenging niet wordt voortgezet. Op dezelfde dag is door werkgever het volgende bericht aan werknemer gestuurd: Zoals op maandag 19 juni besproken, bevestigen wij hierbij dat je huidige arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd helaas niet zal worden verlengd. Dat betekent dat je arbeidsovereenkomst van rechtswege zal eindigen op 31 oktober 2023. Vanaf maandag 19 juni 2023 tot de beëindigingsdatum ben je vrijgesteld van het verrichten van werkzaamheden. Tot de beëindigingsdatum betalen wij op de gebruikelijke wijze je salaris. Bij de betaling van je salaris over de maand oktober zal ook je tegoed aan vakantiegeld worden uitbetaald. Eventueel nog openstaande, maar niet genoten vakantiedagen worden geacht te zijn genoten voor de beëindigingsdatum. Indien je voor de beëindigingsdatum een passende positie vindt dan zal de dienstbetrekking eindigen op de startdatum van de nieuwe functie, gelijk met een totaal afrekening. Onder dit (digitale) bericht wordt gevraagd om een Handtekening voor ontvangst. Dit bericht is door werknemer op 21 juni 2023 digitaal ondertekend (Validsigned).

2.3.

Door werkgever is het loon gedurende de looptijd van de arbeidsovereenkomst doorbetaald. Werknemer heeft na 19 juni 2023 geen werkzaamheden meer voor werkgever verricht.

2.4.

Met ingang van 1 oktober 2023 is werknemer in een vergelijkbare functie in dienst getreden bij een andere organisatie.

3 Het geschil

in conventie

3.1.

Werkgever vordert na vermeerdering van eis - samengevat - werknemer te veroordelen om een bedrag van € 3.078,00 bruto, het loon plus vakantietoeslag over de laatste maand in loondienst, terug te betalen. Dit loon is gelet op de schending van de gemaakte afspraken, onverschuldigd betaald, aldus werkgever.

in reconventie

3.2.

Werknemer vordert na vermindering van eis, samengevat,

  1. € 388,64 aan verschuldigd salaris over de maand november;

  2. € 194,32 bruto aan wettelijke verhoging in verband met vordering a);

  3. € 1.624,50 bruto aan transitievergoeding bij einde dienstverband;

  4. e wettelijke rente over voornoemde bedragen, gerekend vanaf 1 december 2023;

  5. € 446,36 aan buitengerechtelijke incassokosten.

4 De beoordeling

5 De beslissing