Rechtbank Den Haag, 11-10-2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:14822, C-09-639918-HA ZA 22-1055
Rechtbank Den Haag, 11-10-2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:14822, C-09-639918-HA ZA 22-1055
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 11 oktober 2023
- Datum publicatie
- 11 oktober 2023
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2023:14822
- Zaaknummer
- C-09-639918-HA ZA 22-1055
Inhoudsindicatie
overheidsaansprakelijkheid: niet openen jacht in jachtseizoen 22/23 op de haas in drie provincies en op het konijn in het hele land onrechtmatig?
Uitspraak
Civiel recht
Zaaknummer: C/09/639918 / HA ZA 22-1055
Vonnis van 11 oktober 2023
in de zaak van
1 KONINKLIJKE NEDERLANDSE JAGERSVERENIGING,
te Amersfoort,2. FEDERATIE PARTICULIER GRONDBEZIT,
te Ede,3. NEDERLANDSE ORGANISATIE VOOR JACHT EN GRONDBEHEER,
te Wierden,4. WILDBEHEEREENHEID ROERSTREEK E.O.,
te Roerdalen,5. WILDBEHEEREENHEID AMELAND,
te Ameland,6. [eiser 6],
te [plaats 1] ,7. [eiser 7],
te [plaats 2] ,8. [eiser 8],
te [plaats 3] ,
eisende partijen,
hierna samen te noemen: KNJV c.s.,
advocaten: mr. T. Barkhuysen en mr. A.A. al Khatib te Amsterdam,
tegen
STAAT DER NEDERLANDEN (Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV)),
te Den Haag,
gedaagde partij,
hierna te noemen: de Staat,
advocaat: mr. E.C.M. Schippers te Den Haag,
en de gevoegde partijen
1 STICHTING ANIMAL RIGHTS,
te Den Haag
2. STICHTING FAUNA4LIFE
te Amstelveen,
gevoegde partijen,
hierna te noemen: de Stichtingen,
advocaat: mr. P.H. den Boer te Den Haag.
1 Samenvatting
Eisers komen op tegen het niet openen van het jachtseizoen 2022/2023 op de haas (in drie provincies) en het konijn (in het hele land). Zij menen dat dit tegenover hen onrechtmatig is, kort gezegd omdat het een inbreuk op hun eigendomsrecht is die niet bij formele wet is voorzien, niet noodzakelijk is en ook niet evenredig.
Eisers menen dat de Staat bij de beslissing om de jacht niet te openen art. 3.22 lid 5 Wet natuurbescherming (Wnb) onjuist heeft toegepast. Zij menen dat de jacht is ingeperkt om politieke redenen en niet voor een doel dat de Wet natuurbeheer beoogt te dienen. Bovendien berust de beslissing volgens eisers op ondeugdelijke gegevens en een ondeugdelijke rekenmethode die ook nog eens ondeugdelijk is toegepast.
Eisers vorderen daarom dat de rechtbank uitspreekt dat het niet openen van de jacht op de haas en het konijn onrechtmatig is, en de Staat verbiedt om deze jachtverboden op hen toe te passen. Ook vorderen zij dat de rechtbank uitspreekt dat de rekenmethode die de Staat heeft gehanteerd (de ‘Habitatrichtlijnmethode’) onrechtmatig is, en de Staat verbiedt om deze methode in de toekomst te hanteren.
In dit vonnis wijst de rechtbank de vorderingen af.
Eisers 1-3 kan de rechtbank niet in hun vorderingen ontvangen omdat zij niet voor een eigen belang opkomen maar voor belangen van anderen en ideële belangen. Voor dergelijke acties bestaat een bijzondere procedure met eigen regels en waarborgen, maar daaraan hebben eisers 1-3 niet voldaan.
De vorderingen van eisers 4-8 worden afgewezen omdat de rechtbank van oordeel is dat het niet (volledig) openen van de jacht op de haas en het konijn een bij wet voorziene vorm van regulering van hun eigendomsrecht is, die zowel noodzakelijk als evenredig is. De Staat heeft bij de wijziging van de Regeling natuurbescherming (Rnb) de toets aangelegd die hij in het systeem van de Wnb moest aanleggen.
Over het dataverzamelingsprotocol en de rekenmethode die de Staat heeft gebruikt is wellicht wetenschappelijke discussie mogelijk, maar onrechtmatig is de keuze van de Staat pas indien de Staat bij de huidige stand van zaken in redelijkheid niet voor dit protocol en deze rekenmethode had kunnen kiezen. Die drempel wordt in deze zaak niet gehaald; dit oordeel licht de rechtbank hierna toe.