Home

Rechtbank Den Haag, 04-08-2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:14926, 11669536 \ RP VERZ 25-50333

Rechtbank Den Haag, 04-08-2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:14926, 11669536 \ RP VERZ 25-50333

Gegevens

Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum uitspraak
4 augustus 2025
Datum publicatie
29 augustus 2025
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2025:14926
Zaaknummer
11669536 \ RP VERZ 25-50333

Inhoudsindicatie

Maaltijdvergoeding voor ZSM-locatie in Den Haag. Heeft de OR een bovenwettelijk instemmingsrecht op grond van art. 32 lid 2 WOR verkregen?

Uitspraak

Zittingsplaats Den Haag

DJ/c

Rep.nr.: 11669536 \ RP VERZ 25-50333

Datum: 4 augustus 2025

Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:

de Ondernemingsraad van Arrondissementsparket Den Haag,

gevestigd te Den Haag,

verzoeker,

gemachtigde: mr. G.A. Stouthart,

tegen

de Staat der Nederlanden, meer in het bijzonder Ministerie van Justitie en Veiligheid, Arrondissementsparket Den Haag, onderdeel van het Openbaar Ministerie,

zetelende te Den Haag,

verweerder,

gemachtigde: mrs. E.C. Brussee en G. Wind.

Partijen worden ‘de OR’ en ‘het OM Den Haag’ genoemd.

1 Het procesverloop

1.1.

De kantonrechter heeft kennis genomen van de volgende stukken:

- een verzoekschrift van 24 april 2025 met de producties 1 tot en met 20:

- een verweerschrift met de producties 1 tot en met 17;

- producties 21 tot en met 25 van de OR.

1.2.

Op 7 juli 2025 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. Namens de OR zijn verschenen [naam 1] , voorzitter, [naam 2] , [naam 3] , [naam 4] en [naam 5] , OR-leden, bijgestaan door mr. Stouthart. Namens het OM Den Haag zijn verschenen [naam 6] , directeur-bedrijfsvoering, [naam 7] en [naam 8] , bijgestaan door mrs. Brussee en Wind. Mr. Stouthart heeft een pleitnota voorgedragen en overgelegd. De griffier heeft voor het overige aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Deze bevinden zich in het griffiedossier.

1.3.

Daarna is de uitspraak bepaald op vandaag.

2 Waar gaat het over?

Het OM heeft sinds 2013 ZSM-locaties die ook buiten kantooruren open zijn. De bedrijfskantine is dan dicht waardoor er geen maaltijdvoorzieningen zijn. Om de medewerkers buiten kantooruren tegemoet te komen kunnen zij sinds 2013 aanspraak maken op een forfaitaire vergoeding. Het OM Den Haag wil die vergoeding afschaffen. De OR is het daar niet mee eens. De OR stelt een bovenwettelijk instemmingsrecht te hebben waardoor het OM Den Haag de vergoeding niet zonder haar instemming kan afschaffen.

3 De feiten

3.1.

De organisatie

3.1.1.

Het OM is een landelijke organisatie verdeeld over tien arrondissementen. Ieder arrondissement heeft een eigen parket. Het OM Den Haag is daar een van. Het OM Den Haag is verantwoordelijk voor het afdoen van strafzaken binnen de politie-eenheid Den Haag. De leiding van het OM Den Haag bestaat uit de hoofdofficier van justitie, de plaatsvervangend hoofdofficier van justitie en de directeur-bedrijfsvoering. Het OM Den Haag heeft ongeveer 360 werknemers waarvan 70 officieren van justitie. Daarnaast werken er parketsecretarissen, administratief medewerkers, beleids- en communicatieadviseurs en ondersteunende medewerkers.

3.1.2.

Ieder arrondissementsparket heeft een eigen ondernemingsraad. De tien ondernemingsraden zijn onderdeel van de Centrale OR (COR). De COR heeft zeggenschap over de OM brede onderwerpen. Daarnaast is er een Departementale OR (DOR). Die heeft zeggenschap over J&V brede onderwerpen.

3.1.3.

De OR is de ondernemingsraad in de zin van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR). De OR bestaat uit elf leden. Het OM Den Haag is de ondernemer in de zin van de WOR en de hoofdofficier is de WOR-bestuurder.

3.1.4.

De medewerkers van het OM Den Haag zijn sinds de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (WRNA) werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst. Op de werknemers is de Cao Rijk van toepassing. Op de officieren van justitie zijn de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en het Besluit rechtspositie rechterlijke ambtenaren van toepassing.

3.2.

De Cao Rijk

3.2.1.

De Cao Rijk is een standaardcao, wat inhoudt dat daarvan niet kan worden afgeweken, niet in het voordeel en niet in het nadeel van medewerkers.

3.2.2.

In art. 11 van de Cao Rijk is het volgende bepaald over maaltijdvergoedingen

“§ 11.1 Maaltijdvergoeding bij overwerk

U heeft bij overwerk recht op een maaltijdvergoeding als u:

• ten minste twee uur over moet werken en

• door het overwerk ’s avonds niet op de voor u gebruikelijke tijd en locatie kunt eten.

U krijgt de werkelijke uitgaven voor uw maaltijd vergoed tot maximaal het vergoedingsbedrag voor een avondmaaltijd bij binnenlandse dienstreizen. U moet aantonen welke kosten u heeft gemaakt voor uw maaltijd.

Als u dat niet kunt aantonen heeft u recht op een maaltijdvergoeding van € 2,27. U heeft geen recht op een maaltijdvergoeding als uw werkgever voor de avondmaaltijd zorgt. Dit is alleen anders als u voor die maaltijd moet betalen.

Het is mogelijk dat in uw voordeel van bovenstaande bepalingen wordt afgeweken als uw werkgever de toepassing daarvan in uw situatie niet redelijk vindt.”

3.3.

De introductie van ZSM-locaties

3.3.1.

In 2013 is een landelijk samenwerkingsproject tussen politie en OM geïntroduceerd, het zogeheten ZSM-project. ZSM staat voor ‘Zo snel, Slim, Selectief, Simpel Samen en Samenlevingsgericht Mogelijk’. Het houdt in dat veelvoorkomende criminaliteit in nauwe samenwerking met politie op doeltreffende wijze wordt afgedaan. Daarvoor zijn ZSM-locaties geopend, waarin ook buiten kantooruren wordt gewerkt. Het OM is in beginsel zeven dagen per week veertien uur per dag op de ZSM-locaties aanwezig.

3.3.2.

Met ingang van 1 januari 2013 is de Tijdelijke Bedrijfstijd- en werktijdregeling ZSM Openbaar Ministerie in werking getreden, geldend van januari 2013 tot 1 januari 2014. De regeling is tot stand gekomen met instemming van de Medezeggenschapsraad OM (MROM) en maakt inroostering van OM-medewerkers ’s avonds en in het weekend mogelijk.

3.3.3.

Op de ZSM-locatie in Den Haag is een bedrijfskantine aanwezig maar die is ’s avonds en in de weekenden niet open. De medewerkers die dan werken zijn voor hun maaltijden dus aangewezen op externe voorzieningen. Om aan de medewerkers tegemoet te komen is hun tijdens avond- en weekenddiensten een forfaitaire vergoeding geboden. In 2013 bedroeg deze € 13,90 voor een lunch en € 21,03 voor een avondmaaltijd. Deze vergoeding kon worden gedeclareerd via de P-portal. De regeling is opgenomen in de Handleiding HR zaken A-Z regio Den Haag van 1 januari 2013 tot 1 januari 2014 (hierna: de Handleiding). Daarin is bepaald dat gedeclareerd kan worden als ‘dienstreis’ en dat geen bonnetje ingeleverd hoeft te worden. De regeling betrof een afwijking van de landelijke lijn.

3.3.4.

De Handleiding vermeldt onder meer het volgende:

“Vanaf januari 2013 zijn medewerkers werkzaam op de frontoffice. Door het werken op een frontoffice met openingstijden buiten de reguliere kantooruren van het Parket Den Haag zal een aantal relevante onderwerpen op P & O gebied nadrukkelijker aan de orde zijn, zoals de arbeidstijdenwet en de toelage onregelmatige dienst. Dit is vastgesteld in de tijdelijke Bedrijfstijd- en werktijdregeling ZSM van het Openbaar Ministerie. In aanvulling op deze werktijdenregeling gelden onderstaande afspraken op P&O gebied.”

3.3.5.

De Handleiding geeft de mogelijkheid van tussentijdse wijziging van de regeling. Er is in bepaald:

“Tussentijds kunnen zaken wijzigen op basis van opgedane ervaring of omdat dit vanuit het landelijke kader wordt opgelegd, hiervan worden medewerkers tijdig op de hoogte gesteld en worden in dit document opgenomen.”

3.3.6.

In 2016 heeft het OM (landelijk) bepaald dat de ZSM-locaties als werklocatie moeten worden aangemerkt en onderdeel uitmaken van de plaats van tewerkstelling. De werkzaamheden op de ZSM-locaties gelden sindsdien als reguliere werkzaamheden die in roosterverband worden uitgevoerd. Het gevolg daarvan is dat het werken op een ZSM-locatie niet kan worden aangemerkt als een ‘dienstreis’. Dit is ook zo vastgelegd in de Cao Rijk 2021.

3.3.7.

In een memo van het Parket-Generaal van 4 mei 2021 is dit nogmaals bevestigd. Het Parket-Generaal heeft erop aangedrongen dat het OM Den Haag de landelijke lijn zou volgen. Op 30 mei 2023 heeft de directeur-bedrijfsvoering van het OM Den Haag aan de medewerkers meegedeeld dat de landelijke lijn zal worden gevolgd en dat de maaltijdvergoeding daarom met ingang van 1 september 2023 zal worden afgeschaft. De OR heeft in reactie daarop laten weten het hier niet mee eens te zijn en heeft de nietigheid van het besluit ingeroepen.

3.4.

Het overleg tussen partijen

3.4.1.

Vervolgens heeft overleg plaatsgevonden tussen de OR en het OM Den Haag. Dat heeft geleid tot een coulanceregeling op basis waarvan de maaltijdvergoedingen tot 1 april 2024 op de oude wijze gedeclareerd konden worden. Vervolgens heeft de hoofdofficier bepaald dat maaltijden vanaf 1 april 2024 op basis van aantoonbaar gemaakte kosten kunnen worden gedeclareerd tot het maximum van de forfaitaire bedragen.

3.4.2.

Op 30 april 2024 heeft de OR zijn standpunt in een nieuwsbericht verwoord. Daarin vermeldt de OR onder meer:

“De maaltijdvergoeding via de vaste forfaitaire maaltijdvergoeding zou daarmee ook ophouden te bestaan. De OR was het hier nadrukkelijk niet mee eens, onder andere omdat het hier een afspraak tussen de bestuurder en de OR betrof. Volgens de OR had de bestuurder de OR om instemming moeten vragen (Art. 27 WOR) en was dit niet gedaan. Er zijn namelijk beslissingen in de onderneming die niet genomen kunnen worden als de ondernemingsraad er niet mee instemt.

De OR heeft daarom de nietigheid van het besluit van het bestuur ingeroepen (...)”

3.4.3.

Op 7 januari 2025 heeft het bestuur besloten dat de regeling met ingang van 1 juli 2025 komt te vervallen. De OR heeft op 21 januari 2025 de nietigheid van dit besluit ingeroepen.

4 Het verzoek en het verweer

5 De beoordeling

6 De beslissing