Rechtbank Gelderland, 08-06-2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:3327, AWB - 22 _246
Rechtbank Gelderland, 08-06-2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:3327, AWB - 22 _246
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Gelderland
- Datum uitspraak
- 8 juni 2023
- Datum publicatie
- 9 juni 2023
- ECLI
- ECLI:NL:RBGEL:2023:3327
- Zaaknummer
- AWB - 22 _246
Inhoudsindicatie
Omgevingsvergunning voor het uitbreiden van een varkenshouderij naar 4.384 vleesvarkens.
De rechtbank oordeelt dat een naast de varkenshouderij gelegen woning, ondanks dat deze later is herbouwd op een andere locatie op hetzelfde perceel, aangemerkt moet worden als een voormalige agrarische bedrijfswoning. Voor deze voormalige agrarische bedrijfswoning gelden op grond van artikel 3, tweede lid, van de Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) geen geurnormen, maar richtafstanden. Aan deze richtafstanden wordt voldaan zodat de ontwikkeling niet in strijd is met de Wgv. De rechtbank ziet gelet op de achtergrond van deze regeling in de Wgv (namelijk het mogelijk maken om voormalige bedrijfswoningen om te zetten naar reguliere woningen zonder dat omliggende veehouderijen in hun uitbreidingsmogelijkheden worden beperkt) en gelet op de omstandigheid dat uit de stukken blijkt dat de geurbelasting op deze woning vermindert van 27,6 odour units in de huidige situatie naar 21 odour units in de nieuwe situatie, geen aanleiding om artikel 3, tweede lid van de Wgv wegens strijd met artikelen 8 van het EVRM buiten toepassing te laten
De rechtbank is van oordeel dat het college met een aanvullende motivering alsnog afdoende heeft gemotiveerd dat voor wat betreft het aspect “geur” en “endotoxinen” ten opzichte van de vergunde situatie geen sprake is van belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu die het opstellen van een milieueffectrapport noodzakelijk maken.
Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
Bestuursrecht
zaaknummer: ARN 22/246
uitspraak van de meervoudige kamer van
in de zaak tussen
[Eiseres A] en [eiser B] , [eiser C] , [eiser D] , [eiser E] ,
uit [plaats F] , eisers
(gemachtigde: ir. [H] ),
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oost Gelre, (het college)
(gemachtigde: mr. ing. A. Vos).
Als derde-partij neemt aan de zaak deel: V.O.F. [G] , uit [plaats F] (vergunninghouder)
(gemachtigde: mr. ing. [I] ).
Inleiding
Bij besluit van 30 november 2021 heeft het college aan vergunninghouder een omgevingsvergunning verleend voor de activiteiten “bouwen” en “milieu”.
Eisers hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Het college heeft met het wijzigingsbesluit van 15 augustus 2022 geluidsvoorschriften gewijzigd. Het beroep van eisers is op grond van artikel 6:19 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van rechtswege ook gericht tegen dit wijzigingsbesluit en eisers hebben tegen dit wijzigingsbesluit aanvullende gronden ingediend.
Het college heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft het beroep op 30 maart 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: [Eiseres A] en [eiser B] , [eiser C] , [eiser D] en hun gemachtigde, namens het college de gemachtigde en ing. A. Lohuis en namens vergunninghouder [J] en [K] .
Totstandkoming van het besluit
1. Vergunninghouder exploiteert op het perceel [aan het adres L] te [plaats F] een varkenshouderij. Voor deze varkensveehouderij is op 4 september 2006 een milieuvergunning verleend. De vergunde situatie bedroeg als volgt:

Op 1 januari 2013 is de inrichting onder het Activiteitenbesluit komen te vallen en daardoor gewijzigd van een type C-inrichting (waarvoor een milieuvergunningplicht geldt) naar een type B-inrichting.
2. Vergunninghouder heeft het voornemen om de bestaande stallen (E en F) te slopen en daarvoor in de plaats aan de oostelijke zijde van het perceel een nieuwe stal met een luchtwasser te bouwen (stal I). De zeugenhouderij zal worden gestopt en de vleesvarkenshouderij zal worden uitgebreid. De aangevraagde situatie bedraagt als volgt:

Op 4 oktober 2019 heeft vergunninghouder daarom een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor de activiteiten “bouwen”1 en “milieu”2. Omdat er sprake is van meer dan 2000 vleesvarkens wordt het bedrijf milieuvergunningplichtig.
Op stal I zal een biologisch luchtwassysteem worden gerealiseerd (BWL.2009.12.V4).
In het bedrijf zullen in totaal 4.384 vleesvarkens worden gehouden. Omdat er meer dan 2.000 vleesvarkens worden gehuisvest is er sprake van een IPPC-inrichting.
3. Het ontwerpbesluit heeft vanaf 19 februari 2021 voor een periode van 6 weken ter inzage gelegen. Eisers hebben zienswijzen ingediend.
4. In het bestreden besluit van 30 november 2021 heeft het college aan vergunninghouder de omgevingsvergunning verleend. Bij besluit van 15 augustus 2022 heeft het college naar aanleiding van het beroep het bestreden besluit gewijzigd en geluidsvoorschriften gewijzigd.
5. Het woonperceel van eisers [A en B] ligt op een afstand van ongeveer 50 meter vanaf het bedrijf en het woonperceel van eisers [D] , [E] en [C] op respectievelijk 150, 320 en 500 meter. Zij vrezen toenemende geur- en geluidsoverlast te gaan ondervinden van het bedrijf en zij vrezen voor gevolgen voor hun gezondheid.