Home

Rechtbank Gelderland, 29-05-2024, ECLI:NL:RBGEL:2024:3314, C/05/421809 / HA ZA 23-306

Rechtbank Gelderland, 29-05-2024, ECLI:NL:RBGEL:2024:3314, C/05/421809 / HA ZA 23-306

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
29 mei 2024
Datum publicatie
11 juni 2024
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2024:3314
Zaaknummer
C/05/421809 / HA ZA 23-306

Inhoudsindicatie

Rechtbank is voornemens prejudiciële vragen te stellen aan de Hoge Raad over uitwerking regels Didam-arrest. Projectontwikkelaar heeft voorkeursrecht tot koop van percelen grond verkregen voordat Didam-arrest werd gewezen. Gemeente wil thans de verplichting om de percelen eerst aan projectontwikkelaar te koop aan te bieden niet langer gestand doen. Zij acht dat in strijd met het gelijkheidsbeginsel. Projectontwikkelaar beroept zich op vertrouwensbeginsel. Zijn Didam-strijdige overeenkomsten nietig of vernietigbaar of rechtsgeldig? Afweging gelijkheidsbeginsel-vertrouwensbeginsel? Grond voor schadevergoeding bij nietige of vernietigbare overeenkomst?

Uitspraak

Vonnis

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Arnhem

zaaknummer / rolnummer: C/05/421809 / HA ZA 23-306

Vonnis van 29 mei 2024

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

VABO ONTWIKKELING B.V.,

gevestigd te Culemborg,

eiseres in conventie,

verweerster in reconventie,

advocaten mr. W.J. Bosma en mr. P. Ligtenberg te ’s-Gravenhage,

tegen

de publiekrechtelijke rechtspersoon

GEMEENTE WEST BETUWE,

zetelend te Geldermalsen,

gedaagde in conventie,

eiseres in reconventie,

advocaat mr. J. van de Riet te Utrecht.

Partijen zullen hierna VABO en de gemeente genoemd worden.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

het tussenvonnis van 30 augustus 2023

-

de conclusie van antwoord in reconventie met producties 27 tot en met 30

-

de akte overlegging producties 31 tot en met 34 van Vabo

-

een bij brief van 11 januari 2024 ontvangen nadere productie van de gemeente

-

het op 15 januari 2024 ontvangen procesbesluit van de Gemeente

-

de akte eiswijziging van Vabo

-

het verkort proces-verbaal van mondelinge behandeling van 18 januari 2024.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 Het onderwerp van het geschil in het kort

De zaak gaat over de ‘Koopovereenkomst Molenblok Varik’ tussen Vabo en de gemeente Neerijnen (thans na fusie van gemeenten genaamd de gemeente West Betuwe), waarbij Vabo percelen grond heeft gekocht van de gemeente. De overeenkomst is gesloten op 5 februari 2014 en houdt in de koop door Vabo van een aantal percelen grond ten noordoosten van het dorp Varik, met een gefaseerde levering. Vabo zou daar 31 woningen realiseren. De eerste fase van woningbouw is door Vabo gerealiseerd.

In de koopovereenkomst is in artikel 17.1 bepaald dat de gemeente verplicht is om andere gronden in het plangebied eerst aan Vabo te koop aan te bieden als de gemeente voornemens is deze gronden te vervreemden. Het ging om een deel van het plangebied waarvoor nog geen woonbestemming gold, maar dat de gemeente op grond van een wijzigingsbevoegdheid in het bestemmingsplan op een later moment alsnog een woonbestemming zou kunnen geven. De gemeente is thans voornemens deze percelen te vervreemden, maar wil de hiervoor genoemde verplichting tot aanbieding van de percelen aan Vabo niet langer gestand doen. In het licht van het door de Hoge Raad gewezen Didam-arrest1 beroept de gemeente zich er namelijk op dat uitvoering geven aan het recht van eerste koop door Vabo strijdig is met het gelijkheidsbeginsel. Vabo stelt zich op het standpunt dat in dit geval, waar de overeenkomst is gesloten voordat het Didam-arrest werd gewezen, het vertrouwensbeginsel voorgaat op het gelijkheidsbeginsel en dat de gemeente gehouden is de aanbiedingsplicht in de overeenkomst na te komen.

3 De feiten

3.1.

Voordat de koopovereenkomst van 5 februari 2014 werd gesloten, hebben (de rechtsvoorganger van) de gemeente en Vabo op 19 juli 2005 een overeenkomst gesloten waarin de gemeente grond gelegen aan de Waalbanddijk te Varik aan Vabo heeft verkocht. Vabo zou daar woningen ontwikkelen.

3.2.

Ten behoeve van door Vabo destijds op het perceel te realiseren woningbouw was herziening van het bestemmingsplan nodig, omdat op het perceel een agrarische bestemming rustte.

3.3.

De overeenkomst van 19 juli 2005 is een aantal malen gewijzigd, te weten op 1 september 2009, op 14 juli 2010 en 11 november 2010.

3.4.

Nadat de gemeenteraad op 14 april 2011 het bestemmingsplan Molenblok Varik had vastgesteld, heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State het bestemmingsplan bij uitspraak van 16 mei 2012 vernietigd. De reden daarvoor was, kort gezegd, dat de gemeenteraad niet aannemelijk had gemaakt dat met het plan werd bereikt dat in de geleidelijk toenemende lokale woningbehoefte gedurende de planperiode werd voorzien. Daarmee was het bestreden besluit waarbij het bestemmingsplan was vastgesteld genomen in strijd met de bij het voorbereiden van een besluit te betrachten zorgvuldigheid.

3.5.

Vabo en de gemeente hebben daarna overleg gevoerd over de ontstane situatie en hebben met betrekking tot ongeveer hetzelfde gebied uiteindelijk een nieuwe overeenkomst gesloten op 5 februari 2014. Daarin is bepaald dat de eerdere overeenkomst van 19 juli 2005 en de aanvullingen daarop zijn beëindigd.

3.6.

In de (nieuwe) overeenkomst van 5 februari 2014 is in de considerans onder punt 9. opgenomen dat voor het plangebied een nieuw bestemmingsplan zal worden gemaakt, waarbij een deel van het huidige plangebied vooralsnog niet ten behoeve van wonen zal worden bestemd, een deel via wijzigingsbevoegdheid voor wonen kan worden bestemd en een deel een directe woonbestemming krijgt (de kavels 1 tot en met 31), dat de gemeente de gronden voor eenendertig woningen in zes fasen aan Vabo zal verkopen en dat Vabo een afnameplicht heeft. Daarnaast verkrijgt Vabo een recht van eerste koop op die fasen die door middel van een wijzigingsbevoegdheid naar wonen kunnen worden bestemd.

3.7.

In de koopovereenkomst van 5 februari 2014 is voorts vermeld:

Artikel 11 Planologische medewerking van de gemeente

11.1 (…)

De Gemeente verplicht zich medewerking te verlenen aan een planologische procedure, zodat voor de bouw van de woningen een omgevingsvergunning kan worden verleend.

11.3

Voor de kavels 32 tot en met 50, waarvoor artikel 17 van toepassing is, zal de Gemeente een wijzigingsbevoegdheid in het bestemmingplan opnemen. De wijzigingsbevoegdheid zal zodanig worden beschreven dat het college van burgemeester en wethouders de bestemming voor dit deel van het bestemmingsplangebied kunnen wijzigen naar wonen indien de kavels 1 tot en met 31 zijn gerealiseerd en er een bewezen marktvraag is voor additionele woningen. De Gemeente is niet tot wijzigen verplicht. (…)

Artikel 15 Markbewerking

(…)

15.3

De gemeente zal de maximale impulssubsidie op grond van het Impulsplan Gelderse woningmarkt van de provincie Gelderland aanvragen. (…)

15.4

De aanvraag van een impulssubsidie door de Gemeente is een inspanningsverplichting en geen resultaatsverplichting. Indien de subsidie niet wordt verleend heeft dit voor Vabo geen effect op de uitvoering van deze overeenkomst.

(…)

Artikel 17 Recht van eerste koop/voorkeursrecht

17.1

Ingeval de Gemeente voornemens is de in bijlage 5 aangegeven gronden geheel of gedeeltelijk te vervreemden, is zij verplicht de onroerende zaak eerst bij aangetekende brief aan Vabo te koop aan te bieden.

17.2

De Gemeente is bevoegd om op de in bijlage 5 aangegeven gronden maximaal vijf (5) kavels van haar keuze uit te zonderen ten behoeve van eigenbouw (particulier opdrachtgeverschap).

17.3

Vabo zal, indien zij van haar recht tot koop gebruik wenst te maken, hiervan binnen twee (2) maanden na de verzending van de kennisgeving, bedoeld in de artikel 17.1, eveneens bij aangetekende brief aan de Gemeente mededeling doen.

17.4

De koopprijs en de overige bepalingen van de koopovereenkomst zal door de Gemeente worden aangeboden, waarbij de voorwaarden (uitgezonderd de koopprijs) zoveel mogelijk aansluiten bij het bepaalde in deze overeenkomst. De koopprijs wordt door de Gemeente marktconform bepaald.

17.5

Indien Vabo niet tijdig op de voorgeschreven wijze heeft kenbaar gemaakt, dat zij van haar voorkeursrecht gebruik wenst te maken, is de Gemeente vrij in de overdracht van de aangeboden gronden.

(…)

Artikel 21 Tussentijdse beëindiging

21.1

De Partijen zijn gerechtigd deze overeenkomst voortijdig te beëindigen in geval:

21.1.1

van ingrijpende wijziging van omstandigheden, die naar de maatstaven van de redelijkheid en de billijkheid een verdere uitvoering van de overeenkomst niet langer verantwoord maakt, behoudens als de Partijen in onderling overleg overeenstemming bereiken over aanpassing van de inhoud van deze overeenkomst aan die gewijzigde omstandigheden;

21.1.2

van toerekenbare tekortkoming van één der Partijen (…);

21.1.3.

van (dreigend) faillissement (…);

21.1.4.

ingeval Vabo zonder daarvoor uitdrukkelijke toestemming van de gemeente te hebben verkregen, zijn contractspositie overdraagt;

21.1.5.

de daarvoor aangewezen publiekrechtelijke lichamen of rechterlijke instantie(s) hun goedkeuring onthouden of toestemming weigeren, die vereist is voor de uitvoering van (essentiële onderdelen van) deze overeenkomst, doch niet eerder dan nadat gebleken is dat de Partijen géén overeenstemming hebben bereikt over een zodanige wijziging of aanpassing van de afspraken of het plan c.q. plannen, dat daarmee de vereiste goedkeuringen of toestemmingen als hiervoor bedoeld wél worden verkregen of verleend.

(…)

21.4

De door partijen geleden schaden, kosten en interessen komen slechts voor vergoeding in

aanmerking in de in artikel 21.1.2, 21.l.3 en 21.1.4 bedoelde gevallen, tenzij sprake is van richtige uitvoering van de overeenkomst door toepassing van de concerngarantie.

Artikel 24 Slotbepalingen

(…)

24.3

Nietigheid van enige bepaling van deze overeenkomst tast de rechtsgeldigheid van de overige bepalingen niet aan. In het geval een van de bepalingen van deze overeenkomst nietig blijkt te zijn, zullen de Partijen in redelijk overleg een vervangende bepaling overeenkomen die aansluit bij de bedoeling, aard en strekking van de overeenkomst.

3.8.

Op 18 december 2014 is het bestemmingsplan Molenblok Varik 2014 vastgesteld, waarin een deel van het plangebied ten behoeve van wonen is bestemd en voor het andere deel een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen, waarmee de agrarische bestemming kan worden gewijzigd in woonbestemming. Dit bestemmingsplan is onherroepelijk geworden.

3.9.

Omdat vertraging was opgelopen in de verplichting van de gemeente om de eerste fase bouwrijp te maken en partijen constateerden dat het niet meer mogelijk was om de afname van de bouwkavels te laten plaatsvinden op de vooraf vastgestelde data, hebben partijen medio 2016 een aanvullende overeenkomst gesloten waarbij zij nadere afspraken hebben gemaakt over het bouw- en woonrijp maken en betaling van de door de Provincie Gelderland aan de gemeente verleende impulssubsidie van € 500.000 (onder meer bedoeld voor de realisatie van 21 woningen in de eerste fase). De gemeente heeft de helft van die subsidie aan Vabo betaald.

3.10.

De 21 woningen in de eerste fase van het plan zijn door Vabo gerealiseerd.

3.11.

In een ‘Overdrachtformulier Molenblok’ van de gemeente van december 2018 is vermeld:

De zaak

Kernachtige omschrijving van de zaak’:

Ontwikkeling woningbouwlocatie ten oosten van Varik, nabij de molen. Gefaseerde opgave.

Gemeentegrond verkocht en nog te verkopen aan Vabo.

Inmiddels de eerste 21 woningen opgeleverd. December 2018 grond verkocht voor de realisatie van de volgen de 10 woningen (als het goed is 20/21 december (…)

Welke afspraken/toezeggingen zijn gedaan:

Afspraken zijn vastgelegd in koop-/ontwikkelingsovereenkomst met aanvulling van in de dijkzone. Vabo heeft eerste recht van koop van de volgende 8 woningen en de woningen in de dijkzone (…)

Welke acties moeten nog worden ondernomen:

Afwikkeling Subsidie; reactie Provincie afwachten vwb de definitieve toekenning van de subsidie. Indien helemaal akkoord en bekend dat we alle gelden mogen houden, dan deel van de subsidie (conform overeenkomst) overdragen aan Vabo. (…)

Opstarten gesprek Vabo over grondprijs 8 woningen en dijkzone. (…)”

3.12.

In het kader van de ontwikkeling van deelgebieden 2 en 3 van het plan Molenblok is er in september 2022 een startoverleg geweest tussen Vabo en de gemeente. Daarbij is ook gesproken over het contractuele recht van eerste koop van Vabo in relatie tot het in 2021 door de Hoge Raad gewezen Didam-arrest.

3.13.

Beide partijen hebben juridisch advies ingewonnen over de gevolgen van het Didam-arrest op het voorkeursrecht van Vabo. Partijen en hun adviseurs hebben overleg gevoerd, maar dat heeft niet tot overeenstemming geleid.

3.14.

In een brief van 14 februari 2023 van de gemeente aan Vabo heeft de gemeente meegedeeld niet over te gaan tot het aanbieden van de percelen aan Vabo als bedoeld in artikel 17.1 van de koopovereenkomst. De gemeente heeft zich er daarbij op beroepen dat het haar ten tijde van het sluiten van de overeenkomst van 5 februari 2014 al niet vrij stond de overeenkomst met Vabo te sluiten, op grond van het gelijkheidsbeginsel. De gemeente heeft in deze brief vermeld dat zich meerdere bouwers/ontwikkelaars bij de gemeente hebben gemeld om in aanmerking te komen om een bouwplan op de gronden te ontwikkelen en bebouwing te realiseren. De gemeente heeft voorts te kennen gegeven te zullen overgaan tot een openbare selectieprocedure om tot verkoop en ontwikkeling van de gronden te kunnen overgaan, die omstreeks maart 2023 zal worden gestart.

3.15.

In een brief van 17 februari 2023 van Vabo aan de gemeente heeft Vabo te kennen gegeven het niet eens te zijn met het standpunt van de gemeente en haar aanspraken uit de overeenkomst van 5 februari 2014 niet prijs te geven. Vabo heeft zich beroepen op het vertrouwensbeginsel, dat volgens haar meebrengt dat afspraken die zijn gemaakt voordat het Didam-arrest werd gewezen, door een gemeente moeten worden gerespecteerd en nagekomen. In deze brief heeft Vabo de gemeente in gebreke gesteld en gesommeerd om binnen twee weken na dagtekening van haar brief onvoorwaardelijk en onherroepelijk te bevestigen dat de gemeente de gemaakte afspraken alsnog zal nakomen, in het bijzonder door de gronden zoals in bijlage 5 bij de koopovereenkomst beschreven bij aangetekende brief aan Vabo te koop aan te bieden overeenkomstig het bepaalde in artikel 17 van de koopovereenkomst en te bevestigen dat de gemeente ervan zal afzien om een openbare selectieprocedure te starten om tot verkoop en ontwikkeling van de bedoelde gronden over te kunnen gaan.

3.16.

Daarna heeft nog overleg tussen partijen plaatsgevonden. De gemeente is bij haar standpunt gebleven en heeft aangegeven op korte termijn te zullen starten met de openbare selectieprocedure voor de uitgifte en ontwikkeling van de percelen.

3.17.

Op 7 april 2023 heeft de voorzieningenrechter van deze rechtbank op verzoek van Vabo verlof tot leveringsbeslag en verlof tot het leggen van conservatoir verhaalsbeslag op de percelen, kadastraal bekend gemeente Varik, sectie E, nummer 1169 (gedeeltelijk) en 1083 verleend.

3.18.

In de conclusie van antwoord heeft de gemeente de buitengerechtelijke ontbinding van de overeenkomst ingeroepen.

3.19.

Namens de gemeente is [bedrijf 1] op 25 oktober 2023 een tender gestart met betrekking tot de verkoop van de deelgebieden 2, 3 en eventueel 4 van de ontwikkellocatie Molenblok in Varik. De sluitingsdatum voor inschrijving was 1 december 2023.

3.20.

Vabo heeft niet ingeschreven op de tender.

3.21.

Nadat Vabo de gemeente had gesommeerd de openbare selectieprocedure te beëindigen, in ieder geval tot er in de bodemzaak onherroepelijk is beslist, heeft de gemeente op 24 november 2023 aan Vabo een toezegging gedaan inhoudende dat een verkoop (waaronder ook te verstaan een verkoop met uitgestelde levering) en levering van de percelen niet zal plaatsvinden voorafgaand aan en binnen één maand na het vonnis in deze bodemprocedure.

4 Het geschil

5 De beoordeling

6 De beslissing