Rechtbank Limburg, 19-12-2024, ECLI:NL:RBLIM:2024:10114, 11335755 AZ VERZ 24-86
Rechtbank Limburg, 19-12-2024, ECLI:NL:RBLIM:2024:10114, 11335755 AZ VERZ 24-86
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Limburg
- Datum uitspraak
- 19 december 2024
- Datum publicatie
- 9 januari 2025
- ECLI
- ECLI:NL:RBLIM:2024:10114
- Zaaknummer
- 11335755 AZ VERZ 24-86
Inhoudsindicatie
Werknemer had ten tijde van het aangaan van de tweede arbeidsovereenkomst en de ziekmelding de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. Het ontslagverbod tijdens ziekte geldt in dit geval gedurende zes weken. Werkgever heeft opgezegd zonder schriftelijke instemming van werknemer en zonder de in artikel 7:671a lid 1 BW bedoelde toestemming van het UWV. Werkgever heeft de arbeidsovereenkomst opgezegd in strijd met het bepaalde in art 7:671 lid 1, aanhef en onder a, BW. De verzoeken van werknemer tot vernietiging van de opzegging en doorbetaling van het loon (vanaf datum hersteld melding) worden toegewezen.
Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer / rekestnummer: 11335755 \ AZ VERZ 24-86
Beschikking van 19 december 2024
in de zaak van
[verzoeker] ,
wonend te [woonplaats] ,
verzoekende partij,
hierna te noemen: [verzoeker] ,
gemachtigde: mr. C.A.M.J.M. Joosten,
tegen
[verweerster] ,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
verwerende partij,
hierna te noemen: [verweerster] ,
gemachtigde: mr. I. Ummels-Koks (DAS Rechtsbijstand te Roermond).
1 De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met bijlagen 1 tot en met 3
- het verweerschrift
- de door [verzoeker] in het geding gebrachte aanvullende bijlagen 4 en 5
- de pleitaantekeningen van mr. S.L.T.A. Scheepers (die bij de gelegenheid van de mondelinge behandeling mr. Joosten heeft waargenomen)
- de mondelinge behandeling van 5 december 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2 De feiten
[verzoeker] , geboren op [geboortedatum] 1956, is op 11 januari 2023 krachtens een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd in dienst getreden bij [verweerster] .
Op 9 januari 2024 hebben partijen een tweede arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd gesloten, ingaande op 10 januari 2024 en van rechtswege eindigend op 9 januari 2025. Het betreft een nul-urencontract met een urengarantie van 40 uren per maand. De functie van [verzoeker] is chauffeur (Schaal D6) met een loon van € 17,64 bruto per uur.
Op 4 juni 2024 heeft [verzoeker] zich ziekgemeld. [verweerster] heeft vervolgens zes weken het loon doorbetaald.
Op 2 augustus 2024 ontvangt [verzoeker] een aangetekende brief gedateerd 13 juli 2024 van [verweerster] (bijlagen 2 en 4 verzoekschrift). Daarin staat voor zover relevant:
“(...) Op 13 juli 2024 bent u 6 weken ziek, volgens de wet poortwachter mogen wij uw dienstverband na 6 weken beëindigen. (informatie op rijksoverheid.nl; wat gebeurd er als ik doorwerk na mijn aow-leeftijd).
Wij maken dan ook gebruik van deze regeling en beëindigen uw contract per 13 juli 2024.
U ontvangt per deze datum een eindafrekening. (...)”
Op 17 september 2024 stuurt [verzoeker] een WhatsAppbericht aan [naam] van [verweerster] (bijlage 5 verzoekschrift). Daarin staat:
“(...) Van mijn kant kan ik je melden dat ik weer mag en kan werken (...)”
3 Het verzoek en het verweer
[verzoeker] verzoekt de kantonrechter de opzegging d.d. 3 augustus 2024 (de kantonrechter leest 13 juli 2024 en ontvangen op 2 augustus 2024) te vernietigen en [verweerster] te veroordelen tot doorbetaling van het loon met ingang van 1 september 2024, alsmede [verweerster] te veroordelen in de proceskosten.
[verweerster] voert verweer en stelt dat het verzoek moet worden afgewezen. [verweerster] heeft daartoe aangevoerd dat - nu de arbeidsrelatie is gestart voordat [verzoeker] de aow-gerechtigde leeftijd had bereikt - instemming van [verzoeker] of toestemming van het UWV of de kantonrechter niet is vereist.