Rechtbank Midden-Nederland, 09-11-2016, ECLI:NL:RBMNE:2016:5847, C/16/405922 / HA ZA 15-1006
Rechtbank Midden-Nederland, 09-11-2016, ECLI:NL:RBMNE:2016:5847, C/16/405922 / HA ZA 15-1006
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Midden-Nederland
- Datum uitspraak
- 9 november 2016
- Datum publicatie
- 8 december 2016
- ECLI
- ECLI:NL:RBMNE:2016:5847
- Zaaknummer
- C/16/405922 / HA ZA 15-1006
- Relevante informatie
- Burgerlijk Wetboek Boek 6 [Tekst geldig vanaf 04-02-2025 tot 28-06-2025], Burgerlijk Wetboek Boek 6 [Tekst geldig vanaf 04-02-2025 tot 28-06-2025] art. 101, Burgerlijk Wetboek Boek 6 [Tekst geldig vanaf 04-02-2025 tot 28-06-2025] art. 106, Burgerlijk Wetboek Boek 6 [Tekst geldig vanaf 04-02-2025 tot 28-06-2025] art. 162
Inhoudsindicatie
Onrechtmatige daad gemeente: onzorgvuldig handelen tav boom die scheuren in woning heeft veroorzaakt. Beoordeling schade + eigen schuld verweer
Uitspraak
vonnis
Civiel recht
handelskamer
locatie Utrecht
zaaknummer / rolnummer: C/16/405922 / HA ZA 15-1006
Vonnis van 9 november 2016
in de zaak van
[eiser] ,
wonende te [woonplaats] ,
eiser,
advocaat mr. S. van Steenwijk te Utrecht,
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
GEMEENTE OUDEWATER,
zetelend te Oudewater,
gedaagde,
advocaat mr. A.T. Bolt te Arnhem.
Partijen zullen hierna [eiser] en de gemeente genoemd worden.
1 De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
-
het tussenvonnis van 10 februari 2016 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- -
-
de brief aan de zijde van [eiser] van 29 maart 2016, met productie;
- -
-
het proces-verbaal van comparitie van 14 april 2016;
- -
-
de brief van de rechtbank aan partijen van 8 september 2016;
- -
-
de brief aan de zijde van [eiser] van 19 september 2016, met bijlage.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2 De feiten
[eiser] is sinds 1995 eigenaar van de woning aan de [adres] in [gemeente] (hierna: de woning). De woning betreft een zogenaamd hoek(rijtjes)huis. De woning heeft aan de voorzijde, de zijkant en de achterzijde een tuin.
Naast de zijtuin van de woning loopt een trottoir, waar naast zich een gemeentelijk plantsoen bevindt. In dit plantsoen stond tot en met 16 december 2013 een cederboom. De de gemeente was eigenaar van deze boom.
Ten tijde van reguliere snoeiwerkzaamheden aan de boom door de gemeente in november 2011 heeft [eiser] de gemeente geïnformeerd over ontstane scheurtjes in de buitenzijmuur van de woning. Hierbij heeft [eiser] het sterke vermoeden geuit dat deze scheuren waren veroorzaakt door de boom. De heer [A] , leidinggevende van het Stadserf (onderdeel van de sector Beheer Openbare Ruimte van de gemeente), heeft vervolgens ter plaatse de scheuren bekeken.
Op 18 september 2012 heeft [eiser] wederom contact opgenomen met [A] van de gemeente en gemeld dat de scheuren groter waren geworden. [A] heeft dit vervolgens ter plaatse vastgesteld.
Bij brief van 1 oktober 2012 heeft [eiser] de gemeente aansprakelijk gesteld voor de schade wegens scheurvorming welke volgens [eiser] is veroorzaakt door de boom.
Een door de verzekeraar van de gemeente ingeschakelde boomdeskundige heeft op 12 december 2012 een voorlopig expertiserapport uitgebracht, waarin – voor zover relevant – het volgende is opgenomen:
“(...) 1. Situatie woning [adres] te [gemeente]
In de hoekwoning van de heer [eiser] (…) zijn forse scheuren in de buiten- en binnenmuren vastgesteld. (…) De woning (…) is op staal gefundeerd. (…)