Home

Rechtbank Midden-Nederland, 27-05-2019, ECLI:NL:RBMNE:2019:2573, UTR 18/3458

Rechtbank Midden-Nederland, 27-05-2019, ECLI:NL:RBMNE:2019:2573, UTR 18/3458

Gegevens

Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Datum uitspraak
27 mei 2019
Datum publicatie
14 juni 2019
ECLI
ECLI:NL:RBMNE:2019:2573
Formele relaties
Zaaknummer
UTR 18/3458

Inhoudsindicatie

In deze uitspraak worden vier beroepszaken behandeld over de verlening van een omgevingsvergunning voor een aanbouw met een dakopbouw. Sommige eisers zijn ten onrechte door verweerder niet als belanghebbenden aangemerkt. De rechtbank voorziet zelf in hun zaak en beoordeelt direct ook hun inhoudelijke gronden. Verweerder heeft gebruik gemaakt van de kruimelgevallenregeling. Bij de belangenafweging moet een vergelijking worden gemaakt tussen de aanvraag en wat er op grond van het bestemmingsplan al mogelijk is. Verweerder heeft de belangenafweging voldoende gemotiveerd en onderbouwd. Gezien de ruime bouwmogelijkheden in het bestemmingsplan heeft verweerder in redelijkheid tot de afweging kunnen komen dat de relatief kleine afwijkingen voor de omwonenden niet tot onevenredige gevolgen leiden.

Uitspraak

Zittingsplaats Utrecht

Bestuursrecht

zaaknummers: UTR 18/3548, 18/3554, 18/3792 en 18/3796

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 mei 2019 in de zaken tussen

1 [eiseres sub 1] [woonplaats] , eiseres 1

(gemachtigde: mr. G.G. Kranendonk) (UTR 18/3548)

2 [eiser sub 2.1] en [eiser sub 2.2] uit [woonplaats] , eisers 2

(gemachtigde: mr. J.C. Zweistra) (UTR 18/3792)

3 [eiser sub 3.1] en [eiser sub 3.2] [woonplaats] , eisers 3

(gemachtigde: mr. S.A.J.T. Hoogendoorn) (UTR 18/3554)

4 [eiser sub 4.1] en [eiser sub 4.2] [woonplaats] , eisers 4