Home

Rechtbank Midden-Nederland, 12-10-2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4095, 9906026

Rechtbank Midden-Nederland, 12-10-2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4095, 9906026

Gegevens

Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Datum uitspraak
12 oktober 2022
Datum publicatie
12 januari 2023
ECLI
ECLI:NL:RBMNE:2022:4095
Zaaknummer
9906026

Inhoudsindicatie

Het afbreken van de onderhandelingen door werkgever over een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is onder de gegeven omstandigheden in strijd met de goede trouw. Werkgever moet het positief contractsbelang vergoeden.

Uitspraak

Civiel recht

kantonrechter

locatie Utrecht

zaaknummer: 9906026 UE VERZ 22-163 JPd/45024

Beschikking van 12 oktober 2022

in de zaak van

[verzoekster] ,

wonend in [woonplaats] ,

verder ook te noemen: [verzoekster] ,

verzoekende partij,

gemachtigde: Stichting Achmea Rechtsbijstand,

tegen:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[verweerster] B.V.,

gevestigd in [vestigingsplaats] ,

verder ook te noemen: [verweerster] ,

verwerende partij,

gemachtigde: mr. C.C.M.M. Daniels.

1 Het verloop van de procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het verzoekschrift van [verzoekster] (met vijf bijlagen), ter griffie ingekomen op 31 mei 2022;

- het verweerschrift van [verweerster] (met 10 bijlagen) van 9 september 2022, met voorwaardelijk tegenverzoek.

1.2.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 20 september 2022. Mevrouw [verzoekster] was aanwezig, bijgestaan door mr. N.F.J. Sijstermans. Namens [verweerster] was mevrouw [A] aanwezig, bijgestaan door mr. C.C.M.M. Daniëls. Partijen hebben antwoord gegeven op de vragen van de kantonrechter en hun standpunten toegelicht. Beide gemachtigden hebben daarbij gebruik gemaakt van pleitnotities. De griffier heeft daarvan aantekening gehouden.

1.3.

Hierna is uitspraak bepaald.

2 Waar het in deze zaak over gaat

2.1.

[verzoekster] is op 1 april 2019 als receptioniste in dienst getreden van [onderneming] (de rechtsvoorgangster van [verweerster] ) voor 40 uur per week, op basis van een contract van één jaar.

2.2.

[verweerster] heeft [verzoekster] in april 2020 bericht dat bij de tussentijdse beoordeling de mogelijkheid voor een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd besproken zal worden. Op 4 juni 2020 heeft de tussentijdse beoordeling plaatsgevonden. Daar is een schriftelijk verslag van gemaakt.

2.3.

Op 7 april 2021 heeft [verweerster] de arbeidsovereenkomst met nog één jaar verlengd. [verzoekster] is per 7 mei 2021 met zwangerschapsverlof gegaan. Op 27 augustus 2021 heeft [verzoekster] zich ziek gemeld.

2.4.

[verweerster] heeft op 22 februari 2022 [verzoekster] bericht dat haar arbeidsovereenkomst niet zal worden verlengd en het per 31 maart 2022 van rechtswege zal eindigen.

3 Het verzoek van [verzoekster]

3.1.

verzoekt vernietiging van de opzegging van de arbeidsovereenkomst en veroordeling van [verweerster] om het salaris met vakantiebijslag en overige emolumenten te betalen vanaf 31 maart 2022 tot het moment dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig wordt beëindigd en veroordeling van [verweerster] tot wedertewerkstelling althans het starten van re-integratiewerkzaamheden als de bedrijfsarts dat mogelijk acht, op straffe van een dwangsom. Voor het geval de arbeidsovereenkomst per 31 maart 2022 rechtsgeldig is beëindigd, verzoekt [verzoekster] , na eisvermeerdering, betaling van een vergoeding van € 20.000. [verzoekster] vordert in beide gevallen veroordeling van [verweerster] in de proceskosten.

3.2.

[verzoekster] stelt zich op het standpunt dat [verweerster] heeft toegezegd een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd aan te bieden en dat [verweerster] die had moeten nakomen. Het niet nakomen van die toezegging leidt er volgens [verzoekster] toe dat de arbeidsovereenkomst niet van rechtswege is geëindigd op 31 maart 2022. Omdat [verzoekster] niet heeft ingestemd met een opzegging maakt zij aanspraak op een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Voor het geval de arbeidsovereenkomst niet voor onbepaalde tijd is verlengd, vraagt [verzoekster] een vergoeding van het daardoor misgelopen salaris. [verzoekster] mocht er, wegens hetgeen tijdens de tussentijdse beoordeling is besproken, van uitgaan dat de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd gesloten is.

4 Het verweer van [verweerster] en het voorwaardelijk tegenverzoek

5 De beoordeling van de verzoeken

6 De beslissing