Rechtbank Midden-Nederland, 12-07-2024, ECLI:NL:RBMNE:2024:4180, UTR 23/6182
Rechtbank Midden-Nederland, 12-07-2024, ECLI:NL:RBMNE:2024:4180, UTR 23/6182
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Midden-Nederland
- Datum uitspraak
- 12 juli 2024
- Datum publicatie
- 15 augustus 2024
- ECLI
- ECLI:NL:RBMNE:2024:4180
- Zaaknummer
- UTR 23/6182
Inhoudsindicatie
Uitspraak over een omgevingsvergunning voor het verbouwen van een recreatiewoning. De rechtbank oordeelt dat in dit geval aanleiding bestaat om af te wijken van het uitgangspunt van ex-nunc beoordeling in de bezwaarfase. Het college moet alsnog de oude beleidsregels toepassen bij de beoordeling van het bezwaar.
Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 23/6182
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
(gemachtigde: mr. H.A. Samuels Brusse-van der Linden),
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrechtse Heuvelrug, het college
(gemachtigde: mr. W. van der Wel).
Inleiding
1. Eiser is sinds 2020 eigenaar van een recreatiewoning op vakantiepark [vakantiepark] aan de [adres] in [plaats] (hierna: de woning). De woning heeft op drie plekken op de begane grond inkepingen in de gevel met daarboven een overhangende kap. In 2022 heeft eiser bij het college een aanvraag ingediend voor het veranderen en vernieuwen van de gevels van de woning. De bestaande open ruimten bleven bij deze aanvraag in stand (zie afbeelding 1). Deze omgevingsvergunning heeft het college, na een bezwaarprocedure met het besluit van 17 november 2022 verleend en is onherroepelijk.
Afbeelding 1: Vergunde situatie 17 november 2022
2. Op 30 december 2022 heeft eiser opnieuw een aanvraag ingediend voor het wijzigen van de gevels. Deze aanvraag wijkt af van de op 17 november 2022 vergunde situatie. De nieuwe aanvraag heeft tot doel om de open ruimten onder de kap die ontstaan door de inkepingen in de gevels, inpandig te maken (zie afbeelding 2).
3. Met het besluit van 20 april 2023 (het primaire besluit) heeft het college de aanvraag geweigerd. Eiser is het hier niet mee eens en heeft hiertegen bezwaar gemaakt.
4. Met de beslissing op bezwaar van 8 november 2023 (het bestreden besluit) heeft het college het bestreden besluit onder aanvulling van zijn motivering in stand gelaten. Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
5. Het beroep van eiser is behandeld op de zitting van 22 mei 2024. Eiser heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Het college heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, bijgestaan door [A] .
Planologische situatie
6. De woning heeft op grond van het bestemmingsplan ‘Recreatieterreinen Utrechtse Heuvelrug’ (het bestemmingsplan) de enkelbestemming ‘Recreatie – Verblijfsrecreatie’ en de dubbelbestemmingen ‘Aardkundige waarden’ en ‘Archeologie 1’. Tegen dit in 2021 vastgestelde bestemmingsplan is door eiser, en andere eigenaren van een recreatiewoning, beroep ingesteld. De procedure tegen dit bestemmingsplan loopt nog bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS). Inmiddels heeft het college op 9 november 2023 het gewijzigde bestemmingsplan ‘Correctieve herziening Recreatieterreinen Utrechtse Heuvelrug’ vastgesteld. Met dit gewijzigde bestemmingsplan verandert de bestemming van de woning niet. In dit bestemmingsplan is in overeenstemming met de bestaande situatie voor de woning wel een maximaal bouwvolume van 310 m3 opgenomen.