Home

Rechtbank Noord-Holland, 06-06-2017, ECLI:NL:RBNHO:2017:4935, 5864827

Rechtbank Noord-Holland, 06-06-2017, ECLI:NL:RBNHO:2017:4935, 5864827

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum uitspraak
6 juni 2017
Datum publicatie
10 juli 2017
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2017:4935
Zaaknummer
5864827

Inhoudsindicatie

Rechtsgeldig ontslag op staande voet; concurrentie- en relatiebeding

Uitspraak

Afdeling Privaatrecht

Sectie Kanton - locatie Alkmaar

Zaaknr./rolnr.: 5864827 \ AO VERZ 17-33 (NE)

Uitspraakdatum: 6 juni 2017

Beschikking in de zaak van:

[naam verzoeker]

wonende te [woonplaats]

verzoekende partij

verder te noemen: [verzoeker]

gemachtigde: mr. M.W. Koole, advocaat

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Gourmet B.V.,

gevestigd te Grootebroek

verwerende partij

verder te noemen: Gourmet

gemachtigde: mr. M.J. Draaisma en mr. L. Milders, advocaten

1 Het procesverloop

1.1.

[verzoeker] heeft een verzoek gedaan om ten laste van Gourmet een billijke vergoeding toe te kennen. [verzoeker] heeft daarnaast een verzoek gedaan om Gourmet te veroordelen een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en een transitievergoeding te betalen. Verder heeft [verzoeker] nevenvorderingen ingediend als bedoeld in artikel 7:686a lid 3 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Gourmet heeft een verweerschrift ingediend en een tegenverzoek gedaan.

1.2.

Op 9 mei 2017 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. De gemachtigden van partijen hebben pleitaantekeningen overgelegd. Voorafgaand aan de zitting heeft [verzoeker] bij brieven van 5 en 9 mei 2017 en Gourmet bij brieven van 4 en 9 mei 2017 nog stukken toegezonden.

2 De feiten

2.1.

Gourmet is een teeltbedrijf dat naast eigen teelt gespecialiseerd is in het verwerken, verpakken, leveren en distribueren van sjalotten, uien en knoflook.

2.2.

[verzoeker] is voor het eerst bij Gourmet in dienst getreden in 2002. [verzoeker] heeft deze arbeidsovereenkomst met ingang van 1 september 2008 opgezegd. Op 23 juli 2010 is [verzoeker] opnieuw in dienst getreden bij Gourmet in de functie van Commercieel Manager AGF met een salaris van € 6.500,00 bruto bij een arbeidsomvang van 40 uur per week. Op de arbeidsovereenkomst is de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Groothandel in Aardappelen, Groenten en Fruit (hierna: toepasselijke CAO) van toepassing.

2.3.

De arbeidsovereenkomst luidt, voor zover van belang, als volgt:

“(…)
5.3 Bij toekomstige externe productielocaties wordt de mogelijkheid tot participatie
geboden.

(…)
12. Geheimhoudingsbeding

Werknemer is verplicht tot volledige geheimhouding van al hetgeen hij in het kader van de uitvoering van deze overeenkomst zowel ten aanzien van de werkzaamheden als ten aanzien van de organisatie, of daarbij werkzame personen, dan wel klanten en/of relaties van werkgever ter kennis is gekomen. Deze geheimhouding geldt zowel tijdens de looptijd van deze overeenkomst als na beëindiging daarvan. De geheimhoudingsplicht is niet beperkt tot de zaken van de afdeling waar werknemer werkzaam is, maar omvat het geheel van activiteiten van werkgever, alsmede de rechten en verplichtingen van werkgever tegenover derden, de marktpositie, bedrijfspolitiek en dergelijke van werkgever en haar gelieerde ondernemingen.

13. Relatiebeding

Het is werkgever niet toegestaan, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van werkgever, binnen een tijdsbestek van twee jaar na beëindiging van het dienstverband direct of indirect, zowel vooreigen rekening als voor derden, in enigerlei vorm activiteiten te verrichten op een terrein gelijk of gelijksoortig aan of anderszins concurreren met die van werkgever of aan werkgever gelieerde ondernemingen ten behoeve van en/of ter verwerving van bestaande relaties van werkgever of aan werkgever gelieerde ondernemingen, dan wel ten behoeve en/of ter verwerving van relaties die de twee jaar voorafgaan aan beëindiging van de arbeidsovereenkomst relatie zijn geweest. Het begrip relatie dient hierbij in de ruimste zin des woord te worden uitgelegd, een en ander ter beoordeling door de directie van werkgever.

14. Concurrentiebeding

Het is werknemer niet toegestaan, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van werkgever, binnen een tijdsbestek van twee jaar na beëindiging van het dienstverband om welke reden dan ook, binnen Europa direct of indirect, zowel voor eigen rekening als ten behoeve van derden, in dienstverband of anderszins op een terrein, gelijk aan of anderszins concurrerend met dat van werkgever of aan werkgever gelieerde ondernemingen, hetzij tegen vergoeding hetzij om niet.

15. Boetebeding

Bij overtreding van het bepaalde in de artikelen 11, 12, 13 en/of 14, zal werknemer zonder dat enige ingebrekestelling is vereist, per overtreding een boete ten behoeve van werkgever verbeuren ten bedrage van één bruto maandsalaris, onverminderd het recht van werkgever om in plaats van de boete volledige schadevergoeding te vorderen. Hiermee wordt uitdrukkelijk afgeweken van het bepaalde in artikel 7:650 leden 3 t/m 5 BW. De boete zal worden verhoogd met € 1000,- voor iedere dag dat de overtreding voortduurt.

(…)”

2.4.

Levent Investigations B.V. (hierna: Levent) heeft in januari en februari 2017 in opdracht van Gourmet onderzoek verricht naar [verzoeker] . De eerste uitkomst van het onderzoek is vastgelegd in een rapport van 13 februari 2017.

2.5.

Op 16 februari 2017 heeft Levent in opdracht van Gourmet [verzoeker] geconfronteerd met de resultaten van het onderzoek en [verzoeker] hierover gehoord. Vervolgens heeft een gesprek plaatsgevonden tussen de heer [X] senior namens Gourmet en [verzoeker] . Tijdens dit gesprek is [verzoeker] op staande voet ontslagen. De ontslagbrief luidt, voor zover van belang, als volgt:

“(…)
Naar aanleiding van enkele recente gebeurtenissen en (ICT-)onderzoek, hebben wij moeten vaststellen dat u zich schuldig maak en/of heeft gemaakt aan overtreding van het geheimhoudingsbeding (zoals opgenomen in de arbeidsovereenkomst met Gourmet B.V.) en (mede daardoor) in strijd heeft gehandeld en handelt met de regels van goed werknemerschap. Meer in het bijzonder gaat het om het volgende.

U bent met Gourmet B.V. in uw arbeidsovereenkomst een geheimhoudingsbeding overeengekomen (artikel 12 van uw arbeidsovereenkomst) en een daaraan gekoppeld boetebeding (artikel 15 arbeidsovereenkomst). Uit het verrichte onderzoek in uw zakelijk e-mailadres (bas@gourmet.nl) is komen vast te staan dat u zich schuldig heeft gemaakt/maakt aan het overtreden van voornoemd geheimhoudingsbeding. Dat blijkt onder meer uit het volgende:

-

het op 13 januari 2017 heimelijk, dus zonder medeweten en voorafgaande toestemming van Gourmet, per e-mail verzenden van vertrouwelijke bedrijfsinformatie aan het Belgische bedrijf Himschoot – Vermeire (hierna: ‘ Himschoot ’), onze klant en ook concurrent;

-

het op 13 januari 2017 heimelijk, dus zonder medeweten en voorafgaande toestemming van Gourmet, per e-mail verzenden van een document met gevoelige informatie omtrent leveringen, volume en prijzen van een belangrijke relatie van Gourmet B.V., te weten Albert Heijn, naar onze klant en ook concurrent Himschoot. Deze informatie was onder strikte vertrouwelijkheid door Albert Heijn ter beschikking gesteld aan Gourmet B.V. Voor het verkrijgen van deze informatie is nota bene door u namens Gourmet B.V. een geheimhoudingsverklaring (‘NDA’) ondertekend op grond waarvan de verkregen informatie op geen enkele manier buiten Gourmet B.V. gebracht mocht worden. Dit heeft u echter wel gedaan door deze informatie aan Himschoot te zenden op 13 januari 2017;

-

het zonder onze toestemming buiten de organisatie brengen van bedrijfsgegevens en –informatie alsmede interne informatie over en van klanten van Gourmet B.V., onder andere door deze naar uw privé e-mailadres en het e-mailadres van uw echtgenote te zenden.

Bovenstaande is niet alleen in strijd met het overeengekomen geheimhoudingsbeding zoals bepaald in artikel 12 van de arbeidsovereenkomst, maar ook in strijd met hetgeen van u als goed werknemer mag worden verwacht (art. 7:611 BW).

Wij en het door ons ingeschakelde onderzoeksbureau Levent Investigations B.V. (de heren R. Reijenga en J. Vosselman) hebben hierover met u op donderdag 16 februari 2017 uitvoerig gesproken, u geconfronteerd met voornoemde bevindingen en u om uw reactie gevraagd.

Wij hebben de bevindingen en uw reactie hierop intern besproken en hebben ons beraden. Het door u gevoerde verweer en/of commentaar gaf geen aanleiding tot een andere beslissing dan u op staande voet te ontslaan vanwege voornoemde redenen als bedoel in artikel 7:677/678 BW. Bij dit besluit hebben wij tevens uw persoonlijke omstandigheden en ook de geschiedenis die u met ons bedrijf heeft betrokken. Daarbij speelt een rol dat u in 2008, toen u nog tot 31 augustus 2008 bij ons in dienst was, met het Zweedse bedrijf Almhaga heimelijk, dus zonder dat het ons bekend was, (financiële) afspraken had gemaakt over het door u verstrekken van bij ons opgedane kennis en vaardigheden aan Almhaga om het beleveringsaandeel aan het Zweedse bedrijf ICA (een grote klant van Gourmet B.V.) te vergroten ten koste van Gourmet B.V. U hebt in 2008 ontslag genomen en in 2010 verzocht weer bij ons te komen werken, hetgeen wij hebben toegestaan als tweede en laatste kans en onder de voorwaarde dat uw handelwijze zoals met Almhaga niet nog een keer mocht plaatsvinden. Wij beschouwen de schending van het geheimhoudingsbeding als hiervoor beschreven tevens als een herhaling van hetgeen u toen met Almhaga heeft gedaan, te weten het heimelijk bedrijfsinformatie doorspelen naar een concurrent, kennelijk met het doel om er zelf financieel beter van te worden en ten nadele van ons bedrijf. U zult het dan ook begrijpen dat vanwege de geschiedenis met u, wij tot ons besluit zijn gekomen.

(…)”

2.7.

Gourmet heeft op 16 februari 2017 conservatoir (derden)beslag en bewijsbeslag gelegd ten laste van [verzoeker] op grond van het op 16 februari 2017 van de rechtbank Amsterdam verkregen verlof. Bij dagvaarding van 2 maart 2017 is Gourmet een bodemprocedure gestart waarin zij als incidentele vordering ex artikel 843a RV inzage en afschrift van de beslagen gegevensdragers vordert, alsmede betaling van door [verzoeker] verbeurde boetes van
€ 490.500,00, een verklaring voor recht dat [verzoeker] onrechtmatig jegens Gourmet heeft gehandeld, een verbod tot het verrichten van enige activiteit in strijd met postcontractuele bedingen, afgifte van bedrijfsinformatie en een kostenveroordeling van € 70.000,00.

3 Het verzoek

3.1.

[verzoeker] heeft een verzoek gedaan om voor recht te verklaren dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is gegeven en ten laste van Gourmet een billijke vergoeding toe te kennen van € 100.000 netto, op grond van artikel 7:681 lid 1 BW. Volgens [verzoeker] moet een billijke vergoeding worden toegekend, omdat geen sprake is van een dringende reden voor ontslag op staande voet en het ontslag dus in strijd is met artikel 7:671 BW. In dat kader heeft [verzoeker] het volgende aangevoerd. De in de ontslagbrief genoemde redenen fixeert de ontslagreden en bakent de rechtsstrijd tussen partijen af. Andere verwijten dienen buiten beschouwing te blijven. [verzoeker] betwist dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan overtreding van het geheimhoudingsbeding op een dermate ernstige wijze dat dit een ontslag op staande voet rechtvaardigt. Het is de taak van [verzoeker] als Commercieel Manager om bestaande en potentiele relaties actief te bewerken, relaties te onderhouden en verder uit te bouwen en te zorgen voor verdere uitbreiding van de markt. [verzoeker] is altijd volledig vrij gelaten in de wijze waarop hij zijn taken uitvoerde. In de markt waarin Gourmet opereert is het gebruikelijk dat informatie wordt gedeeld. Op deze wijze heeft [verzoeker] er ook voor gezorgd dat het aantal relaties is uitgebouwd en de omzet aanzienlijk is gegroeid. Gourmet was op de hoogte van de wijze waarop [verzoeker] werkte en heeft hem hierop nimmer aangesproken. [verzoeker] heeft nimmer beoogd Gourmet te benadelen. Zijn doel was slechts handel te creëren. [verzoeker] betwist ook dat hij met zijn handelwijze in 2008 Gourmet heeft benadeeld. Dat is ook niet geloofwaardig aangezien hij in 2010 opnieuw in dienst is getreden. Van een verzwaard concurrentie- en relatiebeding was geen sprake.
Ondanks de aanzienlijke omzetgroei en het aandeel van [verzoeker] daarin is het salaris van [verzoeker] nimmer aangepast. Eind 2016 en in januari 2017 zijn hierover serieuze gesprekken gevoerd. Deze gesprekken hebben de verstandhouding tussen partijen onder druk gezet. Volgens [verzoeker] is dit en een contractuele aanspraak op participatie de reden voor het op 16 februari 2017 gegeven ontslag op staande voet. De handelwijze van Gourmet – inschakeling van een recherchebureau, het leggen van (bewijs)beslagen, waarbij een deurwaarder, hulpofficier van justitie, een sleutelspecialist en twee IT-specialisten de woningen van Poettuijn zijn binnengetreden en goederen van [verzoeker] in beslag hebben genomen – is ernstig verwijtbaar

3.2.

[verzoeker] heeft daarnaast ook een verzoek gedaan om Gourmet te veroordelen een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en een transitievergoeding te betalen. Volgens [verzoeker] is Gourmet op grond van artikel 7:672 lid 10 BW een vergoeding wegens onregelmatige opzegging verschuldigd, gelijk aan het bedrag aan loon over de opzegtermijn, te weten € 19.073,86 bruto. [verzoeker] stelt verder dat Gourmet op grond van artikel 7:673 lid 1 BW een transitievergoeding verschuldigd is van € 18.774,00 bruto.

3.3.

[verzoeker] heeft verder op grond van artikel 7:686a lid 3 BW andere vorderingen ingediend die verband houden met voorgaande verzoeken.

4 Het verweer en het tegenverzoek

5 De beoordeling

6 De beslissing