Home

Rechtbank Noord-Holland, 20-11-2024, ECLI:NL:RBNHO:2024:12098, 11285548

Rechtbank Noord-Holland, 20-11-2024, ECLI:NL:RBNHO:2024:12098, 11285548

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum uitspraak
20 november 2024
Datum publicatie
3 december 2024
Annotator
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2024:12098
Zaaknummer
11285548

Inhoudsindicatie

arbeidsovereenkomst niet van rechtswege geeindigd door afloop bepaalde tijd of ontbindende voorwaarde. Opzegging niet rechtsgeldig. Werkgever moet billijke vergoeding betalen. Transitievergoeding is al aan werknemer voldaan. Geen recht op gefixeerde schadevergoeding omdat er niet onregelmatig is opgezegd.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Civiel recht

Kantonrechter

Zittingsplaats Haarlem

Zaaknummer / rekestnummer: 11285548 \ AO VERZ 24-111

Beschikking van 20 november 2024

in de zaak van

[verzoeker] ,

te [plaats] ,

verzoekende partij,

hierna te noemen: [verzoeker] ,

gemachtigde: mr. R.P.M. Duijndam,

tegen

de publiekrechtelijke rechtspersoon LUCHTVERKEERSLEIDING NEDERLAND,

te Schiphol,

verwerende partij,

hierna te noemen: LVNL

gemachtigde: mr. C.M.I. Huijts

De zaak in het kort

In deze zaak verzoekt de werknemer om te verklaren voor recht dat de opzegging door de werkgever niet rechtsgeldig is gegeven en om de werkgever te veroordelen tot betaling van onder andere een transitievergoeding, billijke vergoeding en gefixeerde schadevergoeding. De werkgever voert aan dat de arbeidsovereenkomst van rechtswege is geeindigd door afloop van de bepaalde tijd danwel door het rechtsgeldig intreden van de ontbindende voorwaarde en dat voor toekenning van de verzochte vergoedingen daarom geen plaats is.

De kantonrechter oordeelt dat de de arbeidsovereenkomst niet van rechtswege is geeindigd en dat de opzegging niet (rechts)geldig is. Het verzoek tot betaling van de gefixeerde schadevergoeding wordt afgewezen omdat de opzegging niet onregelmatig is. Het verzoek tot betaling van de transitievergoeding wordt afgewezen omdat de werkgever die vergoeding al heeft uitbetaald. De werkgever wordt wel veroordeeld om een billijke vergoeding van € 60.000,- bruto te betalen.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het verzoekschrift met producties;

- het verweerschrift, met een voorwaardelijk tegenverzoek met producties;

- de brief van [verzoeker] van 17 oktober 2024 met aanvullende producties;
- de brief van [verzoeker] van 21 oktober 2024 betreffende de wijziging een aanvulling van het petitum van het verzoek;

- de mondelinge behandeling van 23 oktober 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt en ten behoeve waarvan door beide partijen pleitnotities zijn overgelegd.

2 Feiten

2.1.

LVNL is een op grond van de Wet Luchtvaart ingestelde organisatie voor het verlenen van luchtverkeersleidingsdiensten in Nederland. Op grond van de Wet Luchtvaart is LVNL ook belast met de taak tot het (doen) verzorgen van opleiding voor luchtverkeersleiding.

2.2.

Bij brief van 17 maart 2021 heeft LVNL [verzoeker] een aanbod gedaan om in dienst te treden als trainee Air Traffic Controller (luchtverkeersleider in opleiding) en te worden getraind voor de positie van Air Traffic Controller (hierna: ATC) en Ground Controller TWR/APP. Daarbij is vermeld dat zodra [verzoeker] zijn training behaald heeft en als ATC gekwalificeerd is een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd met hem zal worden aangegaan, maar dat als hij een examen niet behaalt, hij zal worden ontslagen.

2.3.

Op 15 april 2021 is [verzoeker] bij LVNL in dienst getreden in de functie van trainee met een bruto maandsalaris van € 8.926,- exclusief emolumenten. Tot 1 mei 2024 heeft LVNL de 30% regeling toegepast.

2.4.

In de arbeidsovereenkomst staat, voor zover relevant:

Article 2 Nature of the employment

Your employment contract is for a fixed term, i.e. for a maximum of the duration of your training until you are qualified as an ATC and Ground Controller TWR/APP.

Article 10 Interim termination of your training

Your employment contract will be valid for the maximum duration of your training up to Air Traffic Controller (…)
However, if it then becomes apparent from the data that your development is still below expectations, your training will be terminated. Premature termination of your study programme will automatically result in the termination of your employment contract, subject to the applicable statutory notice period. (…)’

2.5.

De opleiding en de opleidingsonderdelen voor de functie van luchtverkeersleider zijn vastgelegd in (de bijlagen van) de Verordening 2015/340. Het doel van de opleiding is het behalen van het voor de functie noodzakelijke en wettelijk vereiste brevet Air Traffic Controller license (ATCO). De opleiding bestaat uit twee onderdelen: de Initial Training en de Unit Training. Wanneer de Initial Training met goed gevolg is afgerond, volgt de Unit Training. Tijdens de Unit Training doet de trainee onder supervisie praktijkervaring op als luchtverkeersleider om zich de lokale gebruiken van de luchthaven waar hij gaat werken eigen te maken. Nadat ook de Unit Training succesvol is doorlopen, wordt een ATCO-brevet met Nederlandse rating (‘local endorsement’) afgegeven.

2.6.

Bij indiensttreding bij LVNL was [verzoeker] (vanwege zijn werkervaring als luchtverkeersleider op andere buitenlandse luchthavens) al in het bezit van een ATCO-brevet met Engelse rating. Daardoor hoefde [verzoeker] voor het verkrijgen van het ATCO-brevet met Nederlandse rating alleen de Unit Training met succes af te ronden. De Unit Training bestaat uit: de Basic Training Schiphol (BTS), gevolgd door de pre On-the-Job Training (pre-OJT) en de On-the-Job Training (OJT), waarna de trainee nog een assessment moet afleggen.

2.7.

Tot oktober 2023 heeft [verzoeker] zich met name gericht op het leren van de Nederlandse taal voor het behalen van het B2 niveau Nederlands. Daartoe heeft hij diverse taaltrainingen gevolgd en op diverse plekken binnen LVNL werkzaamheden verricht om zoveel mogelijk taalvaardigheid in een operationele omgeving op te doen. In september 2023 heeft [verzoeker] zijn staatsexamen B2 niveau Nederlands behaald.

2.8.

Op 13 november 2023 is [verzoeker] met het trainingsonderdeel BTS gestart, dat hij met succes heeft afgerond.

2.9.

Op 19 januari 2024 is [verzoeker] gestart met de pre-OJT van zeven weken. De training is bedoeld om de benodigde competenties, vaardigheden en houdingen op een simulator te ontwikkelen en bestaat uit theoriebehandelingen en simulatortrainingen onder supervisie van coaches. Deze coaches stellen wekelijks een coachverslag op, dat zij met de trainee bespreken. In de coachverslagen worden de voortgang, competenties en aandachtspunten van de trainee vastgelegd. De pre-OJT wordt afgesloten met een simulatortest en een theorie-examen.

2.10.

Op 9 maart 2024 heeft [verzoeker] de simulatortest gedaan. Daarvoor heeft hij een score van 68% heeft behaald, terwijl de minimaal te halen norm ligt op 70%. [verzoeker] heeft onvoldoende gescoord op de categorieën resultaat, informatieverwerking en beïnvloedende factoren.

2.11.

Op 11 maart 2024 heeft de Voortgangscommissie1 [verzoeker] kenbaar gemaakt dat zijn opleiding tussentijds wordt beëindigd.

2.12.

Bij brief van 12 maart 2024 heeft LVNL [verzoeker] het volgende geschreven: ‘Nadat er diverse gesprekken met jou zijn gevoerd, is recent je opleiding tussentijds beëindigd. We vinden het jammer dat de extra ondersteuning, coaching en evaluatiemomenten niet tot het gewenste resultaat hebben geleid. Zoals je weet betekent de tussentijdse beëindiging van je opleiding, in beginsel, ook een einde van je arbeidsovereenkomst. We nemen daarbij de wettelijke opzegtermijn in acht, zoals ook afgesproken in je arbeidsovereenkomst. (…) Gedurende de opzegtermijn wordt onderzocht of er interne herplaatsingsmogelijkheden voor jou zijn. Mocht dat echter niet het geval zijn, dan eindigt je arbeidsovereenkomst op 1 juli 2024. (…)’. [verzoeker] is vanaf 12 maart 2024 onder doorbetaling van salaris vrijgesteld van werkzaamheden.

2.13.

Op 20 maart 2024 heeft [verzoeker] een klacht ingediend bij General Manager Training [betrokkene] (hierna: [betrokkene] ) tegen de tussentijdse beëindiging van zijn opleiding.

2.14.

Bij e-mail van 7 juni 2024 heeft LVNL geschreven: ‘Zoals je weet hebben we met jouw medewerking een plaatsingsadvies na beëindiging opleiding opgemaakt om te onderzoeken of je plaatsbaar zou zijn op een andere operationele functie. (…) Ik moet je helaas informeren dat we binnen LVNL geen match kunnen vinden (…)’.

2.15.

Op 14 juni 2024 heeft [betrokkene] de klacht van [verzoeker] afgedaan en daarbij geconcludeerd dat hij geen aanwijzingen heeft gevonden om de conclusie dat opleidingsvoortgang onvoldoende was in twijfel te trekken.

2.16.

Per 1 juli 2024 heeft LVNL een eindafrekening opgesteld, waarbij aan [verzoeker] een transitievergoeding is uitbetaald.

2.17.

[verzoeker] heeft van 1 juli tot 1 oktober 2024 een WW-uitkering ontvangen.

3 Het (gewijzigde) verzoek, het verweer en het voorwaardelijke tegenverzoek

3.1.

Bij brief van 21 oktober 2024 heeft [verzoeker] de zogeheten ‘switch’ gemaakt en zijn verzoeken aangepast in die zin dat hij de kantonrechter thans (primair)2 verzoekt om, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

I. te verklaren voor recht dat het ontslag van 1 juli 2024 niet rechtsgeldig is gegeven;

II. LNVL te veroordelen tot het betalen aan [verzoeker] van een billijke vergoeding van € 322.807,68 bruto;

III. LVNL te veroordelen tot het betalen aan [verzoeker] van de transitievergoeding;

IV. LVNL te veroordelen tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding gelijk aan het bedrag van het in geld vastgestelde loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging had behoren voort te duren;

V. LVNL te veroordelen tot betaling van een schadevergoeding aan [verzoeker] ex artikel 7:611 BW;

VI. LVNL te veroordelen aan [verzoeker] te betalen het verschuldigd achterstallig loon uit hoofde van de 30%-regeling, vermeerderd met de wettelijke verhoging vanaf 1 mei 2024 tot 1 juli 2024;

VII. LVNL te veroordelen tot het verstrekken van de correcte salarisspecificaties aan [verzoeker] vanaf 1 mei 2024, waarin de betaling onder VI. is verwerkt, op straffe van een dwangsom;

VIII. LVNL te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten conform de staffel buitengerechtelijke incassokosten;

IX. LVNL te veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over de onder I t/m VII. genoemde kosten vanaf het opeisbaar worden van die bedragen tot de dag der algehele voldoening;

X. LVNL te veroordelen tot betaling van de proceskosten van [verzoeker] .

3.2.

[verzoeker] legt aan zijn verzoek ten grondslag (samengevat) dat LVNL de arbeidsovereenkomst per 1 juli 2024 heeft opgezegd in strijd met artikel 7:671 BW. Volgens [verzoeker] (i) is geen sprake van een geldige ontbindende voorwaarde, (ii) heeft LVNL de ontbindende voorwaarde ten onrechte ingeroepen en (iii) heeft zij nagelaten zich in te spannen om [verzoeker] binnen een redelijke termijn te herplaatsen. Gelet daarop heeft [verzoeker] recht op betaling van een gefixeerde schadevergoeding, een transitievergoeding en een billijke vergoeding van twee jaarsalarissen. [verzoeker] maakt daarnaast aanspraak op een aanvullende schadevergoeding voor de kosten die hij heeft moeten maken ten behoeve van de behandeling van de procedure. Tot slot is achterstallig loon verschuldigd vanwege het feit dat LVNL de 30% regeling vanaf mei 2024 heeft stopgezet.

3.3.

LVNL voert verweer en stelt dat het verzoek moet worden afgewezen. LVNL voert (samengevat) aan dat geen sprake is van een (onregelmatige) opzegging, omdat de arbeidsovereenkomst van [verzoeker] van rechtswege is geëindigd wegens het verstrijken van de bepaalde tijd althans het rechtsgeldig intreden van de ontbindende voorwaarde. LVNL heeft een zelfstandig voorwaardelijk tegenverzoek ingediend strekkende tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst, voor zover zou worden geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig is geëindigd.

4 De beoordeling

5 De beslissing