Rechtbank Noord-Holland, 07-05-2024, ECLI:NL:RBNHO:2024:5069, C/15/350391 / HA RK 24-35

Op 8 augustus 2023 heeft de Kamer van Koophandel het voornemen tot ontbinding van Sym-Phonia meegedeeld. Op 18 oktober 2023 is dit in de Staatscourant gepubliceerd. Sym-Phonia is vervolgens ontbonden door de Kamer van Koophandel.¹

[verzoeker] verzoekt benoemd te worden tot vereffenaar van het ontbonden Sym-Phonia. De rechtbank begrijpt dat [verzoeker] met dit verzoekschrift de heropening van de vereffening van Sym-Phonia wenst,² op de grond dat na het tijdstip waarop Sym-Phonia is opgehouden te bestaan nog is gebleken van het bestaan van een bate.

Artikel 2:23c van het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat indien van een bate is gebleken na het tijdstip waarop de rechtspersoon is opgehouden te bestaan, de rechtbank op verzoek van een belanghebbende de vereffening kan heropenen en zo nodig een vereffenaar kan benoemen.

Uit het verzoekschrift blijkt dat mevrouw [naam] bestuurster was van Sym-Phonia. Zij is op 20 januari 2021 overleden. [verzoeker] was op dat moment onder huwelijkse voorwaarden gehuwd met [naam] . Daarnaast is [verzoeker] erfgenaam en benoemd tot beheers-executeur en afwikkelingsbewindvoerder van de nalatenschap van [naam] . [verzoeker] kan daarom als belanghebbende bij het verzoek tot heropening worden beschouwd.

[verzoeker] heeft naar het oordeel van de rechtbank voldoende aannemelijk gemaakt dat er is gebleken van een bate, nadat Sym-Phonia is opgehouden te bestaan. Gebleken is dat de Kamer van Koophandel in augustus 2023 voornemens was om Sym-Phonia te ontbinden, omdat zij in de veronderstelling was dat er geen baten meer aanwezig waren. [verzoeker] heeft bij het verzoekschrift een overzicht van de ING-betaalrekening van Sym-Phonia overgelegd, waarop te zien is dat er in oktober 2023 een bedrag van € 3.622,57 op de bankrekening stond. [verzoeker] wenst dit bedrag aan te wenden voor de doeleinden van de stichting. In verband daarmee is het noodzakelijk dat de vereffening wordt heropend.

[verzoeker] heeft hiermee naar het oordeel van de rechtbank voldoende aannemelijk gemaakt dat er sprake is van een noodzaak tot heropening van de vereffening en van een noodzaak tot het benoemen van een vereffenaar. [verzoeker] verzoekt hemzelf te benoemen tot vereffenaar. De rechtbank zal dit verzoek toewijzen. Volledigheidshalve merkt de rechtbank op dat deze toewijzing geen oordeel over de voorgestelde wijze van vereffening inhoudt.

Aangezien niet is gebleken dat er mogelijk nog andere belanghebbenden zijn bij het verzoek, heeft de rechtbank afgezien van een mondelinge behandeling.