Rechtbank Noord-Holland, 10-07-2024, ECLI:NL:RBNHO:2024:6940, 10302675 \ EJ VERZ 23-38
Rechtbank Noord-Holland, 10-07-2024, ECLI:NL:RBNHO:2024:6940, 10302675 \ EJ VERZ 23-38
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 10 juli 2024
- Datum publicatie
- 25 juli 2024
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2024:6940
- Zaaknummer
- 10302675 \ EJ VERZ 23-38
Inhoudsindicatie
Verzoek tot ontslag van de executeur van een nalatenschap. De kantonrechter wijst het verzoek af.
Uitspraak
Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./repnr.: 10302675 \ EJ VERZ 23-38 WD
Uitspraakdatum: 10 juli 2024
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
[verzoeker 1] , en [verzoeker 2] ,
beiden wonende [woonplaats] ,
verzoekende partij,
verder te noemen: [verzoekers] ,
gemachtigde: mr. E. Doornbos,
inzake
de nalatenschap van [erflaatster], (hierna: de erflaatster)
geboren op [geboortedatum] 1939 te ‘s- Gravenhage en overleden op 24 februari 2021 te Tarragina (Spanje),
tegen
[verweerder] ,
wonende te [woonplaats] ,
verwerende partij,
verder te noemen: [verweerder] ,
gemachtigde: mr. P.R. Starink.
1 Het procesverloop
[verzoekers] hebben een verzoekschrift ingediend, bij de griffie ontvangen op 20 januari 2023.
[verweerder] heeft een verweerschrift ingediend.
Op 14 mei 2024 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht.
[verweerder] heeft gebruik gemaakt van pleitaantekeningen, die zijn overgelegd.
Voorafgaand aan de zitting heeft [verweerder] nog stukken toegezonden. Daarnaast hebben partijen zich desgevraagd schriftelijk uitgelaten over de bevoegdheid van de kantonrechter en het toepasselijke recht.
2 De feiten
Op 24 februari 2021 is [erflaatster] (hierna: de erflaatster) overleden.
De erflaatster heeft bij testament van 22 augustus 2011 over haar nalatenschap beschikt. In dit testament heeft zij:
(i) verzoekers benoemd tot de enig erfgenamen;
(ii) [broer 1 van verzoekers] en [broer 2 van verzoekers] en hun eventuele afstammelingen uitgesloten als erfgenaam;
(iii) verweerder benoemd tot executeur van de nalatenschap;
(iv) bepaald dat op de vererving en de afwikkeling van de nalatenschap zoveel als mogelijk het Nederlands recht van toepassing is.
[verweerder] heeft de executeursbenoeming aanvaard.
Op 17 april 2021 heeft [verweerder] een bedrag van € 3.776,58 van een op naam van de erflaatster staande bankrekening overgeschreven naar een op naam van [verweerder] staande bankrekening.
Op 23 december 2022 hebben [verweerder] [verzoekers] gedagvaard voor de kantonrechter te Haarlem (rechtbank Noord-Holland) en gevorderd dat [verweerder] zal worden veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 18.755,48. [verzoekers] hebben ter onderbouwing van die vordering aangevoerd dat [verweerder] zijn zorgplicht als executeur heeft geschonden door geen rekening en verantwoording af te leggen en zonder recht gelden van de erflaatster aan zichzelf over te schrijven.
Bij vonnis van 12 juli 2023 heeft de kantonrechter te Haarlem de vordering van [verzoekers] afgewezen.
3 Het verzoek
[verzoekers] verzoeken dat de kantonrechter [verweerder] ontslaat uit zijn hoedanigheid van executeur van de nalatenschap van de erflaatster.
[verzoekers] voeren daartoe, kort gezegd, als volgt aan. [verweerder] dient uit zijn hoedanigheid van executeur te worden ontslagen omdat hij, (i) gelden die toebehoren aan de nalatenschap van de erflaatster naar zijn eigen vermogen heeft overgeheveld en (ii) [verzoekers] niet informeert over de wijze waarop hij uitvoering geeft aan zijn taken als executeur.
[verweerder] voert verweer.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.