Rechtbank Noord-Holland, 14-02-2025, ECLI:NL:RBNHO:2025:1557, 11162762 \ CV EXPL 24-1651
Rechtbank Noord-Holland, 14-02-2025, ECLI:NL:RBNHO:2025:1557, 11162762 \ CV EXPL 24-1651
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 14 februari 2025
- Datum publicatie
- 27 februari 2025
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2025:1557
- Zaaknummer
- 11162762 \ CV EXPL 24-1651
Inhoudsindicatie
Werkgever moet door werknemer opgenomen verlofuren uitbetalen ook nadat de loondoorbetalingsverplichting is geeindigd.
Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Zaanstad
Zaaknummer: 11162762 \ CV EXPL 24-1651 /MdV
Vonnis van 20 februari 2025
in de zaak van
[eiseres] ,
te [woonplaats] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiseres] ,
gemachtigde: mr. J.F.R. Eisenberger,
tegen
de besloten venoootschap DÜRÜM COMPANY NL B.V.,
te Westknollendam,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Dürüm Company,
gemachtigde: mr. P. Wieringa.
De zaak in het kort
In deze zaak vordert een zieke werknemer dat haar werkgever wordt veroordeeld tot uitbetaling van de door de werknemer opgenomen verlofuren in de periode dat de loondoorbetalingsverplichting was geëindigd. De kantonrechter oordeelt dat de werknemer recht heeft op uitbetaling van die uren. De vordering van de werknemer wordt daarom toegewezen.
1 De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 14 juni 2024
- de conclusie van antwoord
- het tussenvonnis van 26 september 2024
- de mondelinge behandeling van 27 januari 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt
- de pleitaantekeningen van [eiseres] en Dürüm Company
Ten slotte is vonnis bepaald.
2 De feiten
[eiseres] is vanaf 26 juni 2017 in dienst bij Dürüm Company in de functie van Office Manager. De arbeidsduur per week bedraagt 32 uur en het uurloon bedraagt € 15,98 bruto.
In de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst is opgenomen dat een werknemer bij een fulltime dienstverband recht heeft op 21 vakantiedagen.
Per 6 november 2020 is [eiseres] arbeidsongeschikt. Vanwege een zwangerschap en een door het UWV opgelegde loonsanctie is de wachttijd verlengd tot 17 maart 2024. Per 17 maart 2024 is de loondoorbetalingsverplichting gestopt en vanaf dat moment ontvangt [eiseres] een WIA-uitkering.
Op 26 april 2024 heeft de gemachtigde van [eiseres] de gemachtigde van Dürüm Company laten weten dat [eiseres] met ingang van de daarop volgende week wil starten met het opnemen van de door haar opgebouwde verlofuren. Op dit schrijven heeft Dürüm Company niet gereageerd.
3 Het geschil
Nadat [eiseres] haar vordering op de zitting heeft verminderd vordert zij - samengevat – het loon vanaf week 18 2024 tot het moment dat het verlofsaldo is opgemaakt, hetgeen neerkomt op een bedrag van € 8.749,37 bruto. Verder maakt [eiseres] aanspraak op de maximale wettelijke verhoging, op de wettelijke rente over voornoemd bedrag en op de proceskosten.
[eiseres] legt aan haar vordering ten grondslag dat zij gedurende de periode dat zij ziek was vakantiedagen heeft opgebouwd, in totaal neerkomend op 17,11 weken. [eiseres] heeft deze vakantiedagen nooit opgenomen. Op 26 april 2024 heeft zij aan Dürüm Company te kennen gegeven deze vakantiedagen alsnog op te willen nemen. Dürüm Company heeft op dit verzoek niet gereageerd, zodat het verlof wordt geacht te zijn vastgesteld conform de wens van [eiseres] . [eiseres] heeft recht op betaling van loon gedurende de periode dat zij verlof heeft opgenomen. Omdat Dürüm Company met de betaling van het loon in verzuim is, maakt [eiseres] ook aanspraak op de wettelijke verhoging, wettelijke rente en de proceskosten.
Dürüm Company voert verweer. Zij voert aan – samengevat – dat de wettelijke verlofaanspraken over de jaren 2020 tot en met 2023 zijn vervallen, omdat deze niet tijdig zijn opgenomen. Daar komt bij dat [eiseres] vanaf 17 maart 2024 een WIA-uitkering ontvangt en Dürüm Company op grond van artikel 7:629 lid 5 Burgerlijk Wetboek (BW) het loon mocht verrekenen met de uitkering. Dürüm Company hoefde daarom geen loon te betalen over de vakantiedagen en de vordering van [eiseres] moet daarom worden afgewezen. Voor zover Dürüm Company wel verplicht zou zijn tot (gedeeltelijke) loonbetaling over de opgenomen vakantiedagen, doet zij een beroep op matiging van de gevorderde wettelijke verhoging en de wettelijke rente. Dit omdat [eiseres] al lange tijd ziek is en de gevorderde wettelijke verhoging in strijd is met de redelijkheid en billijkheid.