Home

Rechtbank Noord-Nederland, 01-03-2017, ECLI:NL:RBNNE:2017:715, C/19/109028 / HA ZA 15-33

Rechtbank Noord-Nederland, 01-03-2017, ECLI:NL:RBNNE:2017:715, C/19/109028 / HA ZA 15-33

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Datum uitspraak
1 maart 2017
Datum publicatie
1 maart 2017
ECLI
ECLI:NL:RBNNE:2017:715
Zaaknummer
C/19/109028 / HA ZA 15-33
Relevante informatie
Burgerlijk Wetboek Boek 6 [Tekst geldig vanaf 04-02-2025 tot 28-06-2025]

Inhoudsindicatie

De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) moet aan een deel van de inwoners van het Groningenveld de immateriële schade vergoeden, zo oordeelt de rechtbank Noord-Nederland. De NAM is aansprakelijk voor de door inwoners van het Groningenveld geleden en/of nog te lijden immateriële schade, als gevolg van de aardbevingen.

Uitspraak

vonnis

Afdeling privaatrecht

Locatie Assen

Vonnis van 1 maart 2017

in de zaak met zaaknummer / rolnummer: C/19/109028 / HA ZA 15-33 van

1 [EISER D] , wonende te [woonplaats] ,

alsmede alle andere 103 natuurlijke personen, vermeld in de lijst van eisers op de in fotokopie aan dit vonnis gehechte voorbladen van de dagvaarding van 6 februari 2015,

welke lijst eindigt met:

104. [....], wonende te [woonplaats] ,

eisers,

advocaat mr. P.W. Huitema te Groningen,

tegen

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

NEDERLANDSE AARDOLIE MAATSCHAPPIJ B.V.,

gevestigd te Assen,

gedaagde,

advocaat mr. M.A. Leijten te Amsterdam,

2. de publiekrechtelijke rechtspersoon

DE STAAT DER NEDERLANDEN (MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN),

gevestigd te 's-Gravenhage,

gedaagde,

advocaat mr. B.J. Drijber te 's-Gravenhage,

en in de (rolgevoegde) zaak met zaaknummer / rolnummer C/19/109680 / HA ZA 15-73 van

1 [EISER H] , wonende te [woonplaats] ,

alsmede alle andere 22 natuurlijke personen, vermeld in de lijst van eisers op het in fotokopie aan dit vonnis gehechte voorblad van de dagvaarding van 24 maart 2015,

welke lijst eindigt met:

23. [....], wonende te [woonplaats] ,

eisers,

advocaat mr. P.W. Huitema te Groningen,

tegen

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

NEDERLANDSE AARDOLIE MAATSCHAPPIJ B.V.,

gevestigd te Assen,

gedaagde,

advocaat mr. M.A. Leijten te Amsterdam,

2. de publiekrechtelijke rechtspersoon

DE STAAT DER NEDERLANDEN (MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN),

gevestigd te 's-Gravenhage,

gedaagde,

advocaat mr. B.J. Drijber te 's-Gravenhage.

Partijen zullen hierna eisers ( [EISER D] c.s. en [EISER H] c.s.) en NAM en de Staat genoemd worden.

1 De procedure in beide zaken

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

de rolbeslissing van 18 mei 2016;

-

de akte wijziging van eis en inbreng producties van 15 juni 2016;

-

de akte reactie eiswijziging en overlegging producties van NAM van 24 augustus 2016;

-

de akte uitlating wijziging van eis van de Staat van 24 augustus 2016;

-

het proces-verbaal van de op 22 november 2016 gehouden pleidooizitting;

-

de akte uitlating na pleidooi van de Staat van 7 december 2016;

-

de antwoordakte van NAM van 21 december 2016;

- de antwoordakte van eisers van 21 december 2016;

- de reactie van NAM van 22 december 2016 op het proces-verbaal van de op 22 november 2016 gehouden pleidooizitting.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten in beide zaken

3 Het geschil in beide zaken

4 De beoordeling

5 De beslissing