Rechtbank Oost-Brabant, 06-10-2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:4210, 21/2717
Rechtbank Oost-Brabant, 06-10-2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:4210, 21/2717
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Oost-Brabant
- Datum uitspraak
- 6 oktober 2022
- Datum publicatie
- 6 oktober 2022
- ECLI
- ECLI:NL:RBOBR:2022:4210
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:RVS:2024:2241, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 21/2717
Inhoudsindicatie
Natuurvergunning vleeskuikenstal. Rav
De zaak gaat over een natuurvergunning voor een vleeskuikenstal met stalsysteem E5.11 met gebruik van intern salderen. De rechtbank leidt uit het CBS-rapport af dat er in ieder geval twijfel is over de juistheid van de emissiefactor voor stalsysteem E 5.11. Er zijn bepaalde managementpraktijken die de werking van het stalsysteem beïnvloeden. In de toepasselijke leaflet wordt niets bepaald over het type strooisel dat wordt toegepast en wordt ook niets bepaald over de reiniging van de warmtewisselaar. Er wordt wel iets gezegd over het rendement en de capaciteit van de warmtewisselaars. Ook als het stalsysteem wordt geïnstalleerd, gebruikt en onderhouden conform de leaflet, is daarmee niet verzekerd dat de beoogde emissiereductie daadwerkelijk wordt behaald en ook in de toekomst behaald zal worden. De rechtbank is van oordeel dat verweerder niet zonder meer van de Rav-factor heeft mogen uitgaan.
Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
Bestuursrecht
zaaknummer: SHE 21/2717
uitspraak van de meervoudige kamer van 6 oktober 2022 in de zaak tussen
[naam]
, [naam], [naam] en , uit [woonplaats] , en
[naam] U.A., uit [vestigingsplaats] , eisers,
(gemachtigde: mr. V. Wösten),
het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Brabant, verweerder
(gemachtigden: mr. A. Speekenbrink en [naam] ).
Als derde-partij heeft aan het geding deelgenomen: [naam] B.V. te [vestigingsplaats] ,
(vergunninghoudster),
(gemachtigde: mr. J.J. de Rooij).
Inleiding
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eisers tegen het besluit van verweerder van 28 september 2021, waarin verweerder een vergunning op grond van
artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming (Wnb) heeft geweigerd vanwege het ontbreken van een vergunningplicht.
In de zaak is een inlichtingencomparitie gehouden op 21 december 2021. Hiervan is een proces-verbaal opgemaakt.
Verweerder heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft het beroep op 10 mei 2022 op zitting behandeld gelijktijdig met de beroepen in de zaken SHE 21/1176, SHE 21/1288 en SHE 21/1374. Hieraan hebben deelgenomen:
Eisers, bijgestaan door hun gemachtigde;
De gemachtigden van verweerder;
[naam] namens vergunninghoudster, vergezeld door [naam] , [naam] en de gemachtigde.