Rechtbank Oost-Brabant, 21-09-2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:4636, 21/2701 en 21/2731
Rechtbank Oost-Brabant, 21-09-2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:4636, 21/2701 en 21/2731
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Oost-Brabant
- Datum uitspraak
- 21 september 2023
- Datum publicatie
- 2 oktober 2023
- ECLI
- ECLI:NL:RBOBR:2023:4636
- Zaaknummer
- 21/2701 en 21/2731
Inhoudsindicatie
Ook bij een besluit tot ambtshalve wijziging van de watervergunning op grond van artikel 6:22, eerste lid, van de Waterwet moet het bevoegd gezag in bepaalde gevallen bezien of er omstandigheden of feiten zijn die maken dat de handeling(en) waarvoor de vergunning is verleend niet langer toelaatbaar kunnen worden geacht.
Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
Bestuursrecht
zaaknummers: SHE 21/2701
SHE 21/2731
NV Bossche Investerings-Maatschappij (BIM), uit 's-Hertogenbosch, eiseres
(gemachtigde: mr. P.A.J. Huijbregts),
AsfaltNu Beheer C.V. uit [plaats] ,
[eiseressen] ,
eiseressen,
(gemachtigden: mr. H. Doornhof en mr. A.J.G. Vegt),
en
het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant, het college,
(gemachtigden: mr. T. Paas en ing. M. Maessen).
Als derde-partij neemt aan de zaak deel: [vergunninghoudster]
, vergunninghoudster,
(gemachtigde: mr. J.L. Stoop).